12 JUNI 2008. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende vrijstelling van de federale bijdrage ter compensatie van de inkomstenderving van de gemeenten ingevolge de liberalisering van de elektriciteitsmarkt

De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 6, § 1, VIII, 1ste lid, 9°bis, 3de lid, ingevoegd bij de bijzondere wet van 13 september 2004;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 29 november 2007;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 13 december 2007;

Gelet op het overleg met de Federale Regering binnen het overlegcomité van 21 mei 2008, uitgevoerd overeenkomstig artikel 6 van het Protocol van 5 juli 2005 welke de verschillende vormen van samenwerking regelt tussen de federale, de gewestelijke en de gemeenschapsoverheden;

Gelet op advies 44.096/3 van de Raad van State, gegeven op 28 februari 2008, met toepassing van artikel 84, § 1, 1ste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Minister belast met Leefmilieu, Energie, Waterbeleid, Renovatiepremies en Groenvoorzieningen;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.De eindafnemers aangesloten op de distributienetten en/of op de gewestelijke transportnetten gelegen op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest worden vrijgesteld van de federale bijdrage ter compensatie van de inkomstenderving van de gemeenten ingevolge de liberalisering van de elektriciteitsmarkt, bedoeld in artikel 6, § 1, VIII, eerste lid, 9°bis van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen.

De vrijstelling bedoeld in het 1ste lid wordt toegekend met ingang van 1 januari 2007. Ze geldt voor de gehele duur van bovenbedoelde bijdrage.

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2007.

Indien dit besluit binnen twaalf maanden na deze datum niet bij ordonnantie van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad bekrachtigd wordt, dan wordt het geacht nooit uitwerking te hebben gehad.

Art. 3.De Minister, bevoegd voor energie, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 12 juni 2008.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Ch. PICQUE De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Leefmilieu, Energie en Waterbeleid, Mevr. E. HUYTEBROECK