gepubliceerd op 21 mei 2007
Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende vaststelling van de voorwaarden tot aanstelling en van ontslag van de leden van de Reguleringscommissie voor energie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en hun statuut
3 MEI 2007. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende vaststelling van de voorwaarden tot aanstelling en van ontslag van de leden van de Reguleringscommissie voor energie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en hun statuut
De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de ordonnantie van 19 juli 2001 houdende organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, inzonderheid op artikel 30quinquies ingevoegd door de ordonnantie van 14 december 2006;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën van 1 februari 2007;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting van 15 februari 2007;
Gelet op het advies 42.395/3 van de Raad van State, gegeven op 19 maart 2007, in toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, Besluit :
Artikel 1.De Commissie voor regulering van de energie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, « Brussel Gas Elektriciteit » genoemd, afgekort als « BRUGEL » bestaat uit 5 leden.
Art. 2.§ 1 De leden van de BRUGEL-commissie worden aangeduid door de Regering voor een hernieuwbare termijn van 5 jaar. § 2 De aanstelling gebeurt op voordracht van een jury aangeduid door de Regering.
Elk jurylid moet : 1° hetzij een hoge functie uitoefenen in de elektriciteits- of gassector, hetzij een hoge functie uitoefenen in de regulering van de netwerkmarkten zoals de telecommunicatie, de spoorwegen of de postdiensten, hetzij behoren tot het academische personeel van een universiteit;2° de Franse en Nederlandse taal begrijpen;3° de incompatibiliteitsregels die voorzien zijn in artikel 5 respecteren. De Minister bevoegd voor energie duidt de secretaris van de jury aan. § 3 Een forfaitaire vergoeding van 1.500 euro bruto wordt toegekend aan de leden van de jury.
Art. 3.§ 1. Een kandidatuuroproep voor de leden van de BRUGEL-commissie wordt in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd alsook in 4 Belgische dagbladen die op landelijk niveau verspreid worden, een minimumtermijn van dertig kalenderdagen moet voorzien zijn tussen de publicatie in het Belgisch Staatsblad en de einddatum voor indiening van de kandidaturen. § 2 Op basis van het dossier van de kandidaten, doet de jury een eerste selectie. De jury kan besluiten een proef te organiseren die bestaat uit een casestudie, voor de weerhouden kandidaten.
De weerhouden kandidaten worden door de jury uitgenodigd voor een gesprek. § 3 Voor iedere functie, kent de jury aan de kandidaten een van de volgende vermeldingen toe : A : volledig geschikt voor de functie;
B : geschikt voor de functie;
C : niet geschikt voor de functie. § 4. De benoemingen gebeuren tussen de kandidaten die vermelding A of B kregen, rekening houdende met hun complementariteit. De namen van de nietweerhouden kandidaten worden niet gepubliceerd. § 1 De leden van de Commissie moeten : 1° een gedrag vertonen dat overeenstemt met de functievereisten 2° houder zijn van een diploma van hoger onderwijs van het lange type of van de tweede cyclus van het universitair onderwijs, of een ervaring kunnen voorleggen van ten minste 10 jaar binnen het domein van elektriciteit en gas;3° een goede kennis hebben van de milieu-, sociale, economische en institutionele toestand van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;4° diepgaande kennis hebben van de elektriciteit en gassector met betrekking tot ten minste een van de volgende aspecten : gastechniek, elektriciteitstechniek, juridische aspecten, organisatie, financiën, bescherming van de verbruiker, mededinging, groene elektriciteit;en zo niet binnen het domein van de regulering van de netwerkmarkten, zoals de telecommunicatie, de spoorwegen of de postdiensten; 5° over de de capaciteit beschikken om de elektriciteits- en gasmarkt binnen een stedelijke omgeving te kunnen inschatten, meer bepaald de sociale, economische en milieudimensie.6° blijk geven van belangstelling voor het algemene belang, onafhankelijkheid ten opzichte van de spelers van de energiemarkt, en de energiebezorgdheden, met inbegrip van de duurzame ontwikkeling en de milieubescherming;7° in een multidisciplinair team kunnen werken;8° voldoende beschikbaar zijn om de functie te kunnen uitoefenen, met inbegrip van de voorbereiding van de vergaderingen;9° de Franse en Nederlandse taal begrijpen. § 2 De Voorzitter van de BRUGEL-commissie moet naast voorwaarden 1°, 2°, 3°, 5°, 6°, 7°, 8° vermeld in § 1 : 1° diepgaande kennis hebben van de elektriciteit en gassector met betrekking tot minstens vijf van de volgende aspecten : gastechniek, elektriciteitstechniek, juridische aspecten, organisatie, financiën, bescherming van de verbruiker, mededinging, groene elektriciteit;2° de Nederlandse, Franse en Engelse taal begrijpen.
Art. 4.§ 1. De leden van de BRUGEL-commissie mogen geen Minister, Staatssecretaris, lid van een ministerieel kabinet of lid van een parlementaire assemblee zijn. § 2 De leden van de BRUGEL-commissie mogen geen enkele andere functie uitoefenen die mogelijk de onafhankelijkheid en de objectiviteit bij de uitoefening van het mandaat in het gedrang kunnen brengen § 3. De leden van de BRUGEL-commissie mogen geen activiteit of mandaat uitoefenen, al dan niet bezoldigd, voor een producent of een netwerkbeheerer, een leverancier of een tussenpersoon.
Deze verbodsbepalingen blijven twee jaar gelden na het einde van het mandaat van de houder.
Art. 5.De leden van de Commissie leggen de eed af voor ze in functie treden, voor de Minister die Energie in zijn bevoegdheden heeft.
Art. 6.De functie van de leden van de BRUGEL-commissie loopt ten einde : 1° bij verstrijken van de vastgelegde termijn;2° bij optreden van een oorzaak van onverenigbaarheid of verbod zoals voorzien in artikel 5;3° voor ernstige tekortkomingen;de Regering doet een uitspraak, op voorstel van de Commissie, nadat die het betrokken lid gehoord of opgeroepen heeft; 4° in geval van vrijwillig ontslag, aan het einde van een opzeggingstermijn van maximum drie maanden die door de Regering wordt vastgesteld.
Art. 7.De voorzitter van de Commissie ontvangt zitpenningen bepaald op 600 euro per zitting van de Commissie en voor elke vergadering die deel uitmaakt van zijn vertegenwoordigingsoprdacht bij nationale, internationale en Europese instanties, met een maximum van 24.000 euro per jaar.
De voorzitter ontvangt eveneens een jaarlijkse bruto forfaitaire vergoeding van 16.000 euro De andere leden van de Commissie krijgen zitpenningen van 500 euro per zitting van de Commissie, met een maximum van 12.500 euro per jaar.
Zij ontvangen eveneens een jaarlijkse bruto forfaitaire vergoeding van 7.500 euro.
Art. 8.De Minister die Energie in zijn bevoegdheden heeft is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 3 mei 2007.
Namens de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Ch. PICQUE De Minister van Leefmilieu, van Energie en Waterbeleid, Mevr. E. HUYTEBROECK