Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 10 oktober 2001
gepubliceerd op 26 oktober 2001

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de toekenning van toelagen aan gemeenten voor het opmaken van een structuurplan dat de inrichting van de zone 30, woonerven en voetgangerszones in het wijknet omvat

bron
ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2001031369
pub.
26/10/2001
prom.
10/10/2001
ELI
eli/besluit/2001/10/10/2001031369/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

10 OKTOBER 2001. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de toekenning van toelagen aan gemeenten voor het opmaken van een structuurplan dat de inrichting van de zone 30, woonerven en voetgangerszones in het wijknet omvat


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op artikel 39 van de Grondwet;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993;

Gelet op het artikel 12 van de ordonnantie van 22 december 2000 houdende de administratieve begroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 2001 gewijzigd bij de ordonnantie van 19 juli 2001;

Gelet op het advies van de Inspectie van financiën gegeven op 13 juli 2001;

Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door het feit dat de gemeenten hun project in moeten dienen voor 30 november 2001;

Gelet op het advies van de Raad van State, 32.220/2/V, gegeven op 20 september 2001, met toepassing van artikel 84, 1e lid, 2°; van de gecoördineerde wetten op de Raad van State Overwegende de hiërarchische opbouw van het wegennet, waarvan kaart nr. 6 van het Gewestelijke Ontwikkelingsplan de organisatie aangeeft, en die in elke gemeente een wijknet bestaande uit plaatselijke straten en verzamelwegen inhoudt;

Overwegende dat de aard van deze zones voor plaatselijk verkeer met zich meebrengt dat de snelheid van het verkeer er beperkt zal worden tot 30 km per uur of 20 km per uur (GewOP, bewerkstelliging pag. 46 § 2.5.1.1.);

Overwegende dat het door de Regering op 16 oktober 1998 goedgekeurd gewestelijk IRIS-vervoerplan tevens in dezelfde maatregel voorziet (pag. 69 IRIS-plan, maatregelen op het vlak van het autoverkeer);

Overwegende dat de Regering de prioriteit geeft aan de verbetering van de veiligheid van de zwakke weggebruikers (voetgangers, fietsers) en van de gebruikers van de openbare ruimte in het algemeen;

Overwegende het effect van deze maatregelen ter ontwikkeling van andere vervoermiddelen dan de particuliere wagen, opdat de doelstellingen van het IRIS-plan bereikt zouden worden tegen 2005;

Overwegende de impact van deze maatregelen die de kwaliteit van het leven en wonen ten goede moeten komen en die de herbevolking van het Gewest in de hand moeten werken, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling

Artikel 1.De Regering kan, binnen de perken van de begrotingskredieten, een toelage toekennen aan elke gemeente voor het opmaken van haar structuurplan betreffende de zone 30, woonerven en voetgangerszones in haar wijknet. HOOFDSTUK 2. - Voorwerp van de toelage

Art. 2.De toelage heeft als voorwerp het opmaken door de gemeente van een structuurplan dat de invoering van zone 30 in haar netwerk van plaatselijke wegen, met inbegrip van de woonerven en voetgangerszones, behelst.

Het plan zal o.m. het volgende omvatten : 1. een weergave van het huidige statuut van elke straat van het plaatselijk netwerk en de vermelding van de eigenschappen ervan, bekeken vanuit de verkeers- en verblijfsfunctie;2. de bepaling van een typologische rangschikking van deze wegen op grond van hun geometrische eigenschappen en van bijzondere doelstellingen op het vlak van de snelheidsvermindering en de verdeling van de openbare ruimte, samen met een voorstel van type-inrichting voor elke categorie op een schaal 1/200;3. de opmetingsstaat en de budgettaire raming, de lijst van de verplichtingen, de planning, de aanduiding van de prioriteiten en het in overeenstemming brengen met de gemeentelijke investeringsplannen;4. het opstellen van een dossier van uitvoering of een dossier van stedenbouwkundige aanvraag als het noodzakelijk is voor minstens de drie wegvakken waarvan geacht wordt dat ze de hoogste prioriteit moeten genieten HOOFDSTUK 3.- Berekening van de toelage

Art. 3.Het maximumbedrag van de toelage ten laste van artikel 12.13.24.12.30 a) bestaat uit een forfaitair bedrag van 250 000 BEF, vermeerderd met een naar rato van de lengte van het wijknet en de bevolkingsdichtheid veranderlijke, aanvullende som.

Het veranderlijke gedeelte van de toelage wordt vastgesteld volgens de hierna volgende formule : Pv = C x L x DC/DR waarbij : C : coëfficiënt L : de lengte van het wijknet in de betrokken gemeente DC : de gemiddelde bevolkingsdichtheid in de gemeente DR : de gemiddelde bevolkingsdichtheid in het Gewest De berekening voor de maximale betoelating per gemeente is hier bijgevoegd.

Het bedrag van de toelage mag 60 % van de geraamde, totale kostprijs niet overschrijden ingeval een externe ontwerper wordt aangesteld en 80 % van de geraamde, totale kostprijs ingeval een intern team aan het werk is. In voorkomend geval mag de aanvraag gesplitst worden teneinde slechts een gedeelte van het grondgebied van de gemeente te omvatten, waarbij het toelageplafond evenredig verminderd wordt. HOOFDSTUK 4. - Procedure van betoelaging

Art. 4.Elke aanvraag tot een toelage wordt vergezeld van de hierna volgende bescheiden, in drievoud opgesteld en gericht aan het Bestuur Uitrusting en Vervoer - Directie Vervoerbeleid - CCN - Vooruitgangstraat 80, bus 1 - 1030 Brussel. Om over een budgettaire reservatie op de kredieten van 2001 te beschikken, moeten de aanvragen vóór 30 november 2001 ingediend zijn. 1. de gemotiveerde beslissing van de gemeenteraad om een structuurplan op te maken voor het omschakelen van het wijknet naar zone 30, woonerven en voetgangerszones.2. het aanstellen door de gemeenteraad hetzij van een externe ontwerper, gekozen in de lijst van voor het opmaken van de GOP's erkende ontwerpers, hetzij van een intern team van het gemeentebestuur, met een uitvoerige beschrijving van de vakbekwaamheid van de leden van het team en een raming van de tijd die nodig is om de opdracht tot een goed einde te brengen;3. het bestek en/of de door de externe ontwerper ingediende offerte of de omschrijving van het aan het interne team toevertrouwde mandaat;4. de kostprijs van het hetzij door de ontwerper, hetzij door het interne team te voeren studie.De kostprijs van de studie dat door een intern team wordt opgemaakt, omvat de brutosalarissen die de periodes bestrijken waar aan de studie gewerkt wordt alsmede een envelop van 20 % van de aldus bepaalde salariskosten, ter dekking van de algemene kosten.

Binnen de twee maanden na de ontvangst van de aanvraag beslist de Regering over het al dan niet toekennen van de toelage Onmiddellijk na de ontvangst van de kennisgeving van de toekenning van de toelage, beschikt de gemeente over maximum 12 maanden, onderverdeeld als volgt : - 4 maanden voor de stappen 1 en 2 van art. 2; - 4 maanden voor de stappen 3 en 4.

Het Begeleidingscomité behoudt zich in de totale termijn van 12 maanden, een maand om over de fases 1 en 2 en een maand om over de fases 3 en 4 een advies te geven.

Art. 5.Op het gewestelijk niveau wordt een begeleidingscomité opgericht, om een werkmethodologie voor te stellen en de verschillende stappen van de opdracht, zoals bepaald in artikel 2, te volgen.

De begeleidingscomité bezorgt aan de Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest belast met Mobiliteit, Ambtenarenzaken, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp die belast is met de uitvoering een advies over het structuurplan dat de inrichting van de zone 30, woonerven en voetgangerszones in het wijknet omvat. Dit advies handelt enkel over de vraag of de voorwaarden tot toekenning van de toelage vervuld zijn en dus over de vraag of het structuurplan overeenstemt met de bepalingen uit artikel 2 van het ontwerp.

Elke fase van het plan dient het advies van dit comité te krijgen : de overeenstemmende verslagen worden één voor één aan dit comité bezorgd.

Dit comité wordt samengesteld als volgt : - een vertegenwoordiger van het Kabinet van de Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest belast met Mobiliteit, Ambtenarenzaken, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp - een vertegenwoordiger van het Kabinet van de Minister belast met Openbare werken en Vervoer - twee vertegenwoordigers van het Bestuur Uitrusting en Vervoer - een vertegenwoordiger van het Bestuur Ruimtelijke Ordening en Huisvesting - een vertegenwoordiger van het Administratie van Plaatselijke Besturen - een vertegenwoordiger van de MIVB - een vertegenwoordiger van de Preventiedienst van de Brandweer - een vertegenwoordiger van het federale Ministerie van Verkeer en Infrastructuur -Directie Verkeersreglementering die alleen een raadgevende stem heeft - twee vertegenwoordigers van het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid, die alleen een raadgevende stem hebben. - een vertegenwoordiger van het Brussels Instituut voor het Milieubeheer - een vertegenwoordiger van de Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest - twee vertegenwoordigers van de gemeente waarvan het plan wordt onderzocht.

De niet-vertegenwoordiging op of de niet-deelname van het federale Ministerie van Verkeer en Infrastructuur of van het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid aan de vergaderingen van het begeleidingscomité mag geen weerslag hebben op de werking van het comité of op de geldigheid van de door het comité gestelde handelingen.

Het secretariaat wordt verzorgd door de Directie Vervoerbeleid van het Bestuur Uitrusting en Vervoer.

Art. 6.De uitbetalingen van de toelage gebeuren volgens de volgende fasering : 1. veertig percent na de kennisgeving van de beslissing van toekenning van de toelage;2. vijftien percent na het advies van het begeleidingscomité, van elke van de vier fases bedoeld in artikel 2. HOOFDSTUK 5. - Eindbepalingen

Art. 7.Het afgewerkt structuurplan dat de inrichting van de zone 30, woonerven en voetgangerszones in het wijknet omvat, met de vier stappen bedoeld in artikel 2, dient aan de Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest belast met Mobiliteit, Ambtenarenzaken, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp overgemaakt te worden binnen een termijn van een jaar na de kennisgeving van de goedkeuring van de Regering. Indien de gemeente deze termijn niet respecteert, is ze ertoe gehouden de helft van de reeds gestorte toelagen terug te storten binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving hiervan door de Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest belast met Mobiliteit, Ambtenarenzaken, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp.

Art. 8.Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 9.De Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest belast met Mobiliteit, Ambtenarenzaken, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 10 oktober 2001.

De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stedelijke Vernieuwing en Wetenschappelijk Onderzoek, F.-X. de DONNEA De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Openbare Werken, Vervoer, Brandbestrijding en Dringend Medische Hulp, J. CHABERT Minister van de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest belast met Financiën, Begroting en Externe Betrekkingen, G. VANHENGEL De Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest belast met Mobiliteit, Ambtenarenzaken, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp, R. DELATHOUWER

Bijlage 1 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^