gepubliceerd op 14 december 2010
Ordonnantie houdende de eindregeling van de begroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het jaar 2000
25 NOVEMBER 2010. - Ordonnantie houdende de eindregeling van de begroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het jaar 2000 (1)
TITEL I. - Verrichtingen gedaan ter uitvoering van de begroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest HOOFDSTUK I. - Vastleggingen gedaan in uitvoering van de gewestbegroting § 1. Vaststelling van de vastleggingen
Artikel 1.De vastleggingen van uitgaven aangerekend ten laste van de vastleggingskredieten van het begrotingsjaar 2000 bedragen, overeenkomstig de bijgaande tabel A, kolom 7, de som van : 8.505.756.170 BF. § 2. Vaststelling van de vastleggingskredieten.
Art. 2.De bij de begrotingsordonnanties geopende vastleggingskredieten en de vastleggingskredieten van het vorige jaar overgedragen door de Brussels Hoofdstedelijke Raad bedragen, overeenkomstig tabel A, kolom 6, voor het begrotingsjaar 2000 : 9.481.700.000 BF. Dit bedrag omvat : 1. De vastleggingskredieten die werden geopend bij de begrotingsordonnanties;dit bedrag is als volgt samengesteld : a) oorspronkelijke begrotingen : 9.509.100.000 BF b) kredietaanpassingen : verhogingen : 1.213.900.000 BF verminderingen : 1.241.300.000 BF (tabel A, kolommen 1, 2, 3 en 4) : 9.481.700.000 BF 2. De vastleggingskredieten die werden overgedragen van begrotingsjaar 1999 naar begrotingsjaar 2000 bij toepassing van de artikel 18 van de wet van 28 juni 1963 (tabel A, kolom 5) : 0 BF.
Art. 3.De vastleggingskredieten die werden overgedragen van begrotingsjaar 2000 naar begrotingsjaar 2001 bij toepassing van het artikel 18 van de wet van 28 juni 1963 (tabel A, kolom 10) : 0 BF.
Art. 4.De bij de begrotingsordonnanties geopende vastleggingskredieten van het begrotingsjaar 2000 en de overgedragen vastleggingskredieten worden verminderd met de aan het eind van het begrotingsjaar beschikbare en definitieve geannuleerde vastleggingskredieten, overeenkomstig tabel A, kolom 11 : 975.943.830 BF
Art. 5.Ingevolge de bepalingen vervat in de bovenstaande artikelen 2 en 3, worden de definitieve vastleggingskredieten van het begrotingsjaar 2000 vastgesteld op : 8.505.756.170 BF. Deze som is gelijk aan de ten laste van de begrotingskredieten van het begrotingsjaar 2000 aangerekende vastleggingen (tabel A, kolommen 7 en 12). HOOFDSTUK II. - Ontvangsten en uitgaven gedaan in uitvoering van de gewestbegroting § 1. Vaststelling van de ontvangsten.
Art. 6.De ten behoeve van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vastgestelde rechten voor het begrotingsjaar 2000 bedragen overeenkomstig bijgaande tabel B, kolom 2, de som van : 65.609.142.030 BF. Deze som is onderverdeeld als volgt : Ontvangsten : 60.566.654.530 BF Opbrengst van leningen : 5.042.487.500 BF
Art. 7.De voor het begrotingsjaar 2000 aangerekende ontvangsten, overeenkomstig tabel B, kolom 3, bedragen in het totaal 65.609.142.030 BF. Deze som is als volgt samengesteld : Ontvangsten : 60.566.654.530 BF Opbrengst van leningen : 5.042.487.500 BF
Art. 8.De vastgestelde rechten nog te innen bij de afsluiting van het begrotingsjaar bedragen : 0 BF. § 2. Vaststelling van de uitgaven.
Art. 9.De ten laste van het begrotingsjaar 2000 aangerekende verrichtingen worden als volgt vastgesteld (tabel C, kolommen 7, 8 en 9) : A.Niet-gesplitste kredieten : - samengesteld als volgt : a) prestaties van vorige jaren 4.559.937.435 BF b) prestaties van het lopende jaar : 57.947.168.084 BF 62.507.105.519 BF B. Ordonnanceringskredieten : - samengesteld als volgt : a) prestaties van vorige jaren : 3.651.599.009 BF b) prestaties van het lopende jaar : 2.647.223.933 BF 6.298.822.942 BF Totaal ordonnanceringen : 68.805.928.461 BF
Art. 10.De ten laste van het begrotingsjaar 2000 uitgevoerde betalingen, verantwoord of geregulariseerd, bedragen : - Niet-gesplitste kredieten : 62.507.105.519 BF - Ordonnanceringskredieten : 6.298.822.942 BF Totaal (tabel C, kolom 7) : 68.805.928.461 BF
Art. 11.De ten laste van de begroting aangerekende betalingen waarvan, bij toepassing van artikel 32 van de wet van 28 juni 1963, de verantwoording of de regularisatie naar een volgend begrotingsjaar wordt verwezen, bedragen : - Niet-gesplitste kredieten : 0 BF - Ordonnanceringskredieten : 0 BF Totaal (tabel C, kolom 10) : 0 BF § 3. - Vaststelling van de betalingskredieten
Art. 12.De bij de begrotingsordonnanties geopende betalingskredieten gesteld aan en toegewezen door de Brusselse Hoofdstedelijke Raad bedragen (tabel C, kolom 6) : - Niet-gesplitste kredieten : 69.196.592.930 BF - Ordonnanceringskredieten : 7.670.800.000 BF Totaal : 76.867.392.930 BF Deze bedragen omvatten : I. De betalingskredieten geopend door bij de begrotingsordonnanties, die als volgt samengesteld zijn (tabel C, kolommen 1, 2, 3 en 4) : 1. Oorspronkelijke begrotingen : - Niet-gesplitste kredieten : 59.660.300.000 BF - Ordonnanceringskredieten : 8.801.300.000 BF Totaal : 68.461.600.000 BF 2. Kredietaanpassingen : Verhogingen : - Niet-gesplitste kredieten : 5.206.700.000 BF - Ordonnanceringskredieten : 301.500.000 BF Totaal : 5.508.200.000 BF Verminderingen : - Niet-gesplitste kredieten : 1.364.000.000 BF - Ordonnanceringskredieten : 1.432.000.000 BF Totaal : 2.796.000.000 BF II. De betalingskredieten overgedragen bij toepassing van de artikelen 17 en 18 van de wet van 28 juni 1963 zijn als volgt samengesteld (tabel C, kolom 5) : - Niet-gesplitste kredieten : 5.693.592.930 BF - Ordonnanceringskredieten : 0 BF Totaal : 5.693.592.930 BF
Art. 13.Het bedrag van de voor het begrotingsjaar 2000 verleende betalingskredieten wordt als volgt verminderd (tabel C, kolommen 13 en 14) : I.De niet-gebruikte betalingskredieten overgedragen naar het begrotingsjaar bij toepassing van de artikelen 17 en 18 van de wet van 28 juni 1963 : - Niet-gesplitste kredieten : 5.555.831.916 BF - Ordonnanceringskredieten : 0 BF Totaal : 5.555.831.916 BF II. De beschikbaar gebleven betalingskredieten die worden geannuleerd : - Niet-gesplitste kredieten : 1.133.655.495 BF - Ordonnanceringskredieten : 1.371.977.058 BF Totaal : 2.505.632.553 BF De verdeling van de overgedragen kredieten en de te annuleren kredieten blijft behouden in de begroting van 2001.
Art. 14.Om de gedane uitgaven te dekken boven of buiten de uitgetrokken kredieten van het begrotingsjaar 2000, worden aanvullende kredieten toegekend als volgt (tabel C, kolom 12) : - Niet-gesplitste kredieten : 0 BF - Ordonnanceringskredieten : 0 BF Totaal : 0 BF
Art. 15.Ingevolge de bepalingen vervat in de artikelen 12, 13 en 14 worden de definitieve kredieten voor het begrotingsjaar 2000 als volgt vastgesteld : - Niet-gesplitste kredieten : 62.507.105.519 BF - Ordonnanceringskredieten : 6.298.822.942 BF Totaal : 68.805.928.461 BF Deze bedragen zijn gelijk aan de verrichtingen aangerekend ten laste van het begrotingsjaar, overeenkomstig tabel C, kolommen 7 en 15.
Art. 16.Het algemeen resultaat van de ontvangsten en uitgaven van de begroting van het begrotingsjaar 2000 zoals dit blijkt uit de artikelen 7 en 15, bedraagt : - Ontvangsten : 65.609.142.030 BF - Uitgaven : 68.805.928.461 BF - Overschot van de ontvangsten (+) of van uitgaven (-) : - 3.196.786.431 BF HOOFDSTUK III. - Ontvangsten en uitgaven gedaan op de Begrotingsfondsen voor het begrotingsjaar 2000
Art. 17.De ontvangsten van het begrotingsjaar 2000 aangerekend op de Begrotingsfondsen opgericht door de ordonnantie van 12 december 1991, overeenkomstig de bijgaande tabel E (kolom 8), bedragen : 1.547.671.141 BF.
Art. 18.De uitgaven van het begrotingsjaar 2000 aangerekend op de Begrotingsfondsen opgericht door de ordonnantie van 12 december 1991, overeenkomstig de bijgaande tabel E (kolom 16), bedragen : 804.989.324 BF.
Art. 19.De gedane, verantwoorde of geregulariseerde betalingen ten laste van de Begrotingsfondsen opgericht door de ordonnantie van 12 december 1991 van het begrotingsjaar 2000 bedragen : Totaal (tabel E, kolom 16) : 804.989.324 BF
Art. 20.De betalingen aangerekend ten laste van de Begrotingsfondsen opgericht door de ordonnantie van 12 december 1991 en waarvan de verantwoording of regularisatie naar een volgend jaar verwezen wordt bij toepassing van artikel 32 van de wet van 28 juni 1963, bedragen : 0 BF.
Art. 21.Het algemeen resultaat van Begrotingsfondsen opgericht door de ordonnantie van 12 december 1991 voor het jaar 2000 wordt definitief vastgesteld als volgt : A. Ontvangsten : 1.547.671.141 BF B. Uitgaven : 804.989.324 BF C. Overschot van de ontvangsten (+) of van de uitgaven (-) : 742.681.817 BF Dit ontvangstenoverschot wordt verminderd met 57.000.000 BF in uitvoering van artikel 28 van de ordonnantie van 16 december 1999 houdende de algemene uitgavenbegroting : 685.681.817 BF. Dit ontvangstenoverschot komt in meerdering van het saldo bij de afsluiting van het vorige begrotingsjaar, zijnde : 3.560.517.324 BF. Het aldus bekomen eindresultaat geeft een saldo van : 4.246.199.141 BF. De saldi van de Begrotingsfondsen opgericht door de ordonnantie van 12 december 1991 worden overgedragen naar de rekening van het begrotingsjaar 2001 (tabel E, kolom 17) : 4.246.199.141 BF. HOOFDSTUK IV. - Gecumuleerde begrotingsresultaten
Art. 22.Voor alle diensten samen, zowel begroting als Begrotingsfondsen, zijn de gecumuleerde resultaten van de begroting voor 2000 als volgt : Resultaten per 31 december 1999 : Begroting - Uitgavenoverschot - 16.265.584.891 BF Begrotingsfondsen - Ontvangstenoverschot 3.929.617.324 BF Totaal - Uitgavenoverschot - 12.335.967.567 BF Resultaten van het jaar 2000 (artikelen 16 en 21) : Begroting - Uitgavenoverschot - 3.196.786.431 BF Begrotingsfondsen - Ontvangstenoverschot 742.681.817 BF Totaal - Uitgavenoverschot - 2.454.104.614 BF Resultaten per 31 december 2000 : Begroting - Uitgavenoverschot - 19.462.371.322 BF Begrotingsfondsen - Ontvangstenoverschot 4.672.299.141 BF Totaal - Uitgavenoverschot - 14.790.072.181 BF TITEL II. - Verrichtingen gedaan ter uitvoering van de begrotingen van de Instellingen van Openbaar Nut van Categorie A, opgesomd in artikel 1 van de wet van 16 maart 1954 HOOFDSTUK I. - Centrum voor Informatica voor het Brussels Gewest (CIBG) § 1. Lopend jaar
Art. 23.De eindregeling van de begroting van het CIBG is, voor het begrotingsjaar 2000, als volgt vastgesteld : A. Ontvangsten : - de ramingen : 529.037.660 BF - de aangerekende ontvangsten : 510.619.774 BF - het verschil tussen de aangerekende ontvangsten en de ramingen : - 18.417.886 BF B. Uitgaven : - de bij de begrotingsordonnantie geopende kredieten : 529.037.660 BF - de aangerekende uitgaven : 450.863.335 BF - het bedrag van de te annuleren kredieten : 78.174.325 BF C. Resultaat : - de ontvangsten : 510.619.774 BF - de uitgaven : 450.863.335 BF zodat er voor het begrotingsjaar 2000 een ontvangstenoverschot is van : 59.756.439 BF waarbij het gecumuleerd overschot op 31 december 1999 toegevoegd wordt : 144.772.281 BF en waardoor het gecumuleerd overschot op 31 december 2000 bedraagt : 204.528.720 BF HOOFDSTUK II. - Brussels Instituut voor Milieubeheer (BIM) § 1. Lopend jaar.
Art. 24.De eindregeling van de begroting van het BIM is, voor het begrotingsjaar 2000, als volgt vastgesteld : A. Ontvangsten : - de ramingen : 1.767.792.000 BF - de aangerekende ontvangsten : 1.487.651.978 BF - het verschil tussen de aangerekende ontvangsten en de ramingen : - 280.140.022 BF B. Uitgaven : - de bij de begrotingsordonnantie geopende kredieten : 1.868.452.329 BF - de aangerekende uitgaven : 1.449.927.053 BF - het bedrag van de te annuleren kredieten : 418.525.276 BF C. Resultaat : - de ontvangsten : 1.487.651.978 BF - de uitgaven : 1.449.927.053 BF zodat er voor het begrotingsjaar 2000 een ontvangstenoverschot is van : 37.724.925 BF waarbij het gecumuleerd overschot op 31 december 1999 toegevoegd wordt : 688.970.827 BF en waardoor het gecumuleerd overschot op 31 december 2000 bedraagt : 726.695.752 BF HOOFDSTUK III. - Gewestelijk Agentschap voor Netheid (GAN) § 1. Lopend jaar.
Art. 25.De eindregeling van de begroting van het GAN is, voor het begrotingsjaar 2000, als volgt vastgesteld : A. Ontvangsten : - de ramingen : 4.734.000.000 BF - de aangerekende ontvangsten : 4.695.831.687 BF - het verschil tussen de aangerekende ontvangsten en de ramingen : - 38.168.313 BF B. Uitgaven : - de bij de begrotingsordonnantie geopende kredieten : 5.003.400.000 BF - de aangerekende uitgaven : 4.034.942.661 BF - het bedrag van de te annuleren kredieten : 968.457.339 BF C. Resultaat : - de ontvangsten : 4.695.831.687 BF - de uitgaven : 4.034.942.661 BF zodat er voor het begrotingsjaar 2000 een ontvangstenoverschot is van : 660.889.026 BF waarbij het gecumuleerd overschot op 31 december 1999 toegevoegd wordt : 1.119.847.414 BF en waardoor het gecumuleerd overschot op 31 december 2000 bedraagt : 1.780.736.440 BF HOOFDSTUK IV. - Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandweer en Dringende Medische Hulp (BHDBDMH) § 1. Lopend jaar.
Art. 26.De eindregeling van de begroting van de BHDBDMH is, voor het begrotingsjaar 2000, als volgt vastgesteld : A. Ontvangsten : - de ramingen : 2.616.662.000 BF - de aangerekende ontvangsten : 2.634.537.607 BF - het verschil tussen de aangerekende ontvangsten en de ramingen : 17.875.607 BF B. Uitgaven : - de bij de begrotingsordonnantie geopende kredieten : 2.616.662.000 BF - de aangerekende uitgaven : 2.285.156.203 BF - het bedrag van de te annuleren kredieten : 331.505.797 BF C. Resultaat : - de ontvangsten : 2.634.537.607 BF - de uitgaven : 2.285.156.203 BF zodat er voor het begrotingsjaar 2000 een ontvangstenoverschot is van : 349.381.404 BF waarbij het gecumuleerd overschot op 31 december 1999 toegevoegd wordt : 754.598.919 BF en waardoor het gecumuleerd overschot op 31 december 2000 bedraagt : 1.103.980.323 BF HOOFDSTUK V. - Brussels Gewestelijk Herfinancieringsfonds van de Gemeentelijke Thesaurieën (BGHGT) § 1. Lopend jaar.
Art. 27.De eindregeling van de begroting van het BGHGT is, voor het begrotingsjaar 2000, als volgt vastgesteld : A. Ontvangsten : - de ramingen : 5.636.512.000 BF - de aangerekende ontvangsten : 6.030.344.000 BF - het verschil tussen de aangerekende ontvangsten en de ramingen : 393.832.000 BF B. Uitgaven : - de bij de begrotingsordonnantie geopende kredieten : 6.036.512.000 BF - de aangerekende uitgaven : 6.031.077.000 BF - het bedrag van de te annuleren kredieten : 5.435.000 BF C. Resultaat : - de ontvangsten : 6.030.344.000 BF - de uitgaven : 6.031.077.000 BF zodat er voor het begrotingsjaar 2000 een uitgavenoverschot is van : - 733.000 BF waarbij het gecumuleerd overschot op 31 december 1999 toegevoegd wordt : 1.907.000 BF en waardoor het gecumuleerd overschot op 31 december 2000 bedraagt : 1.174.000 BF Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 25 november 2010.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Openbare Netheid en Ontwikkelingssamenwerking, C. PICQUE De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt en Externe Betrekkingen, J.-L.VANRAES De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Leefmilieu, Energie, Waterbeleid, Stadsvernieuwing, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en Huisvesting, E. HUYTEBROECK De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Openbare Werken en Vervoer, B. GROUWELS Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Tewerkstelling, Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, B. CEREXHE _______ Nota's (1) Documenten van het Parlement : Gewone zitting 2009-2010 A-104/1 Ontwerp van ordonnantie A-104/2 Verslag (verwijzing) Integraal verslag : Bespreking en aanneming : vergadering van vrijdag 12 november 2010.