Etaamb.openjustice.be
Beschikking van 17 oktober 2019
gepubliceerd op 22 oktober 2019

Ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 26 juli 2013 betreffende de toegang tot en de uitwisseling van informatie over ondergrondse kabels, buizen en leidingen

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2019015096
pub.
22/10/2019
prom.
17/10/2019
ELI
eli/ordonnantie/2019/10/17/2019015096/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

17 OKTOBER 2019. - Ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 26 juli 2013 betreffende de toegang tot en de uitwisseling van informatie over ondergrondse kabels, buizen en leidingen


Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen, het geen volgt :

Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.

Zij beoogt de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2014/61/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 inzake maatregelen ter verlaging van de kosten van de aanleg van elektronischecommunicatienetwerken met hoge snelheid.

Art. 2.Artikel 2 van de ordonnantie van 26 juli 2013 betreffende de toegang tot en de uitwisseling van informatie over ondergrondse kabels, buizen en leidingen wordt aangevuld met de bepalingen onder 9°, 10°, 11° en 12°, luidend als volgt : « 9° netwerkexploitant : een onderneming die openbare communicatienetwerken aanbiedt of waaraan vergunning is verleend om openbare communicatienetwerken aan te bieden, alsmede een onderneming die fysieke infrastructuur aanbiedt die tot doel heeft een dienst te leveren : a) zoals de productie, het transport of de distributie van : i) gas ; ii) elektriciteit, met inbegrip van straatverlichting ; iii) verwarming ; iv) water, met inbegrip van de verwijdering of verwerking van afval- en rioolwater, en drainagesystemen ; b) vervoersdiensten, met inbegrip van spoorwegen, wegen, havens en luchthavens ;10° fysieke infrastructuur : elk element van een netwerk dat bedoeld is om er andere elementen van een netwerk in onder te brengen zonder dat het zelf een actief element van het netwerk wordt, zoals buizen, masten, kabelgoten, inspectieputten, mangaten, straatkasten, gebouwen of ingangen in gebouwen, antenne-installaties, torens en palen ; kabels, met inbegrip van ongebruikte glasvezels (dark fibre), alsmede elementen van netwerken die worden gebruikt voor de voorziening met voor menselijke consumptie bestemd water als bedoeld in artikel 2, punt 1, van Richtlijn 98/83/EG van de Raad, zijn geen fysieke infrastructuur in de zin van deze ordonnantie ; 11° elektronisch communicatienetwerk met hoge snelheid : een elektronisch communicatienetwerk dat breedbandtoegangsdiensten kan leveren met snelheden van minstens 30 Mbps ;12° instantie voor geschillenbeslechting inzake netwerk-infrastructuren : de instantie voor geschillenbeslechting zoals bepaald in het samenwerkingsakkoord van 14 juli 2017 tussen de Federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten in het kader van de omzetting van de Richtlijn 2014/61/EU.».

Art. 3.In hoofdstuk 2 van dezelfde ordonnantie wordt een artikel 4/1 ingevoegd, luidend als volgt : «

Art. 4/1.- Op specifiek, schriftelijk verzoek van een onderneming die openbare communicatienetwerken aanbiedt of waaraan vergunning voor het aanbieden van openbare communicatienetwerken is verleend, gaat de kabel-, buis- en leidingbeheerder of, indien verschillend, de netwerkexploitant in op redelijke verzoeken tot inspecties ter plaatse van specifieke elementen van hun fysieke infrastructuur. In dat verzoek moeten de elementen van het betrokken netwerk worden gespecificeerd met het oog op de aanleg van elementen van elektronische communicatie-netwerken met hoge snelheid.

Inspecties ter plaatse van de gespecificeerde netwerkelementen moeten uiterlijk één maand vanaf de datum van ontvangst van het schriftelijk verzoek worden toegestaan, waarbij evenredige, niet-discriminerende en transparante voorwaarden worden gehanteerd.

De personen die de toestemming hebben gekregen dienen nauwgezet de veiligheidsmaatregelen en procedures te volgen die hun worden meegedeeld.

De onderneming die openbare communicatienetwerken aanbiedt of waaraan vergunning voor het aanbieden van openbare communicatienetwerken is verleend, zorgt voor de bescherming van vertrouwelijkheid en handels- en bedrijfsgeheimen. ».

Art. 4.In hoofdstuk 2 van dezelfde ordonnantie, wordt een artikel 4/2 ingevoegd, luidend als volgt : «

Art. 4/2.- § 1. De nationale en gewestelijke kritieke infrastructuren worden vrijgesteld van de verplichtingen in de artikelen 4, § 1, 3°, en 4/1. De regering kan een lijst opstellen met de gewestelijke kritieke infrastructuren. § 2. De regering kan bestaande fysieke infrastructuur die geacht wordt technisch niet geschikt te zijn voor de aanleg van elektronische communicatienetwerken met hoge snelheid, alsmede kritieke nationale en gewestelijke infrastructuur vrijstelling verlenen van de in de artikelen 4, § 1, 3°, en 4/1 vermelde verplichtingen. Dergelijke vrijstellingen moeten in dat geval met redenen worden omkleed. De belanghebbende partijen moeten in de gelegenheid worden gesteld binnen een redelijke periode opmerkingen te maken over de ontwerpvrijstellingen. Eventuele vrijstellingen moeten aan de Commissie worden meegedeeld. ».

Art. 5.In dezelfde ordonnantie wordt het opschrift van hoofdstuk 4 vervangen als volgt : « Sancties en beroep ».

Art. 6.In hoofdstuk 4 van dezelfde ordonnantie, wordt artikel 6, § 2, aangevuld met de bepaling onder 5°, luidend als volgt : « 5° : elke kabel-, buis- en leidingbeheerder of elke onderneming die openbare communicatienetwerken aanbiedt of waaraan vergunning voor het aanbieden van openbare communicatienetwerken is verleend, die op ongerechtvaardigde wijze de verplichtingen in de artikelen 4, § 1, 3°, en 4/1 niet nakomt. ».

Art. 7.In hoofdstuk 4 van dezelfde ordonnantie wordt een artikel 6/1 ingevoegd, luidend als volgt : «

Art. 6/1.- § 1. Bij de berekening van de administratieve geldboete, wordt rekening gehouden met de verzachtende omstandigheden, alsook met de frequentie van de ongerechtvaardigde weigeringen, de impact en de ernst van de hinder die voorkomt uit de ongerechtvaardigde weigering van het in artikel 4/1 bedoelde inspectierecht. § 2. De administratieve geldboete wordt betaald binnen een termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de afgifte van de aangetekende brief of de kennisgeving tegen ontvangstbewijs van de beslissing die de administratieve geldboete oplegt. § 3. In geval van niet-betaling van de administratieve geldboete, wordt de invordering toevertrouwd aan de bevoegde agent, in de zin van de ordonnantie van 6 maart 2019 betreffende de Brusselse Codex Fiscale Procedure, die een dwangbevel kan uitvaardigen. Het uitgevaardigde dwangbevel wordt door voornoemde agent geviseerd en uitvoerbaar verklaard.

Het wordt aan de schuldenaar betekend bij deurwaardersexploot. § 4. De regering kan de in dit artikel nader gestelde regels wijzigen, aanpassen of aanvullen. ».

Art. 8.In hoofdstuk 4 van dezelfde ordonnantie wordt een artikel 6/2 ingevoegd, luidend als volgt : «

Art. 6/2.- Bij ieder geschil in verband met de in de artikelen 4 § 1, 3°, en 4/1 vermelde rechten en verplichtingen, heeft elke partij het recht het geschil door te verwijzen naar de instantie voor geschillenbeslechting inzake netwerkinfrastructuren. ».

Art. 9.Deze ordonnantie treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 17 oktober 2019.

De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de promotie van het Imago van Brussel en Biculturele zaken van gewestelijk belang, R. VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid, E. VAN DEN BRANDT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie, A. MARON De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel, S.ven GATZ De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering en de Plaatselijke Besturen, B. CLERFAYT _______ Nota Documenten van het Parlement : Gewone zitting 2019-2020 A-14/1 Voorstel van ordonnantie.

A-14/2 Verslag.

Integraal verslag : 11 oktober 2019.

Bespreking en aanneming : vergadering van vrijdag 11 oktober 2019.

^