Etaamb.openjustice.be
Beschikking van 16 mei 2024
gepubliceerd op 04 juni 2024

Ordonnantie betreffende de financiering van de infrastructuur van ziekenhuizen en psychiatrische verzorgingstehuizen

bron
gemeenschappelijke gemeenschapscommissie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2024005058
pub.
04/06/2024
prom.
16/05/2024
ELI
eli/ordonnantie/2024/05/16/2024005058/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

16 MEI 2024. - Ordonnantie betreffende de financiering van de infrastructuur van ziekenhuizen en psychiatrische verzorgingstehuizen


De Verenigde Vergadering heeft aangenomen en Wij, Verenigd College, bekrachtigen hetgeen volgt :

HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepaling, definities en algemene beginselen

Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 135 van de Grondwet.

Art. 2.Voor de toepassing van deze ordonnantie wordt verstaan onder: 1° instelling: het ziekenhuis of het psychiatrisch verzorgingstehuis;2° ziekenhuis: de verzorgingsinrichting bedoeld in de artikelen 2, 3 en 7 van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/07/2008 pub. 04/06/2010 numac 2010000299 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling type wet prom. 10/07/2008 pub. 31/03/2011 numac 2011000186 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Gecoördineerde wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen;3° psychiatrisch verzorgingstehuis: de plaats van residentiële zorg zoals gedefinieerd in het artikel 3, § 2, van de ordonnantie van 23 november 2023 met betrekking tot psychiatrische woonzorgcentra;4° opdracht van algemeen belang: de opdracht van algemeen belang die aan de instelling is toevertrouwd door en in toepassing van de organieke wetgeving die op haar betrekking heeft, desgevallend gepreciseerd in het gewestelijk strategisch zorgplan;5° Verenigd College: het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie;6° ministers: de Leden van het Verenigd College, bevoegd voor het Gezondheidsbeleid;7° administratie: de Diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie;8° opdrachtgever: de beheerder van het ziekenhuis of het psychiatrisch verzorgingstehuis;9° subsidie: de financiële enveloppe die betrekking heeft op een specifieke investering en die wordt gebruikt om de financiering van de infrastructuur van de instelling op grond van deze ordonnantie te berekenen;10° waarborg: de waarborg van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie voor de terugbetaling van leningen die zijn aangegaan door de opdrachtgevers voor de financiering van het subsidieerbaar bedrag van de kosten die kunnen gedekt worden door de investeringssubsidie en de onderhoudssubsidie;11° financiële instelling: de Europese Investeringsbank (EIB), de Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa (CEB), een kredietinstelling die de vergunning heeft verkregen bedoeld in artikel 7 van de wet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014003194 bron federale overheidsdienst financien en federale overheidsdienst justitie Wet op het statuut van en het toezicht op kredietinstellingen type wet prom. 25/04/2014 pub. 27/05/2014 numac 2014003225 bron federale overheidsdienst financien Wet inzake het statuut van en het toezicht op de onafhankelijk financieel planners en inzake het verstrekken van raad over financiële planning door gereglementeerde ondernemingen en tot wijziging van het Wetboek van vennootschappen en van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten type wet prom. 25/04/2014 pub. 14/05/2014 numac 2014009199 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen betreffende Justitie sluiten op het statuut van en het toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen en op grond van de verordening (EU) nr.575/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende de prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van verordening (EU) nr. 648/2012 en de ermee verbonden ondernemingen in de zin van artikel 1:20 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, evenals elke andere kredietinstelling die deel uitmaakt van een andere lidstaat van de Europese Unie en die, in overeenstemming met boek III van de voormelde wet van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014003194 bron federale overheidsdienst financien en federale overheidsdienst justitie Wet op het statuut van en het toezicht op kredietinstellingen type wet prom. 25/04/2014 pub. 27/05/2014 numac 2014003225 bron federale overheidsdienst financien Wet inzake het statuut van en het toezicht op de onafhankelijk financieel planners en inzake het verstrekken van raad over financiële planning door gereglementeerde ondernemingen en tot wijziging van het Wetboek van vennootschappen en van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten type wet prom. 25/04/2014 pub. 14/05/2014 numac 2014009199 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen betreffende Justitie sluiten, zijn activiteiten mag uitoefenen op het Belgische grondgebied; 12° uitbreiding: werken die nieuwe vierkante meters en een waardestijging van het onroerend goed met zich meebrengen;13° herconditioneringswerken: werken die: a) hetzij omvangrijke renovaties met ingrijpende verbouwingen binnen de bestaande structuur zijn, die noch nieuwbouw noch een uitbreiding van een bestaand gebouw zijn;b) hetzij nodig zijn om te voldoen aan nieuwe erkenningsnormen;c) hetzij de volledige vervanging van technische installaties omvatten als onderdeel van een groter herconditioneringsproject als bedoeld in a) en b);14° onderhoud: herstellings -en onderhoudswerken, al dan niet periodiek, die geen aanleiding geven tot een waardestijging van het onroerend goed, bedoeld om de bestaande infrastructuur in goede staat te houden of de vervanging van installaties;15° onvoorziene onderhoudswerken: onderhoudswerken die noodzakelijk zijn geworden door onvoorziene omstandigheden waarvan een normaal gezien voorzichtige en zorgvuldige instelling redelijkerwijs niet kan worden verwacht dat deze in haar vijfjarenonderhoudsplan werden opgenomen;16° globaal investeringsplafond: de totale kosten die kunnen gedekt worden door de investeringssubsidie;17° bouwkost: de kost per vierkante meter;18° erkenningsnormen: erkenningsnormen en erkenningseisen als bedoeld in artikel 69 van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/07/2008 pub. 04/06/2010 numac 2010000299 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling type wet prom. 10/07/2008 pub. 31/03/2011 numac 2011000186 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Gecoördineerde wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, ongeacht de bevoegde autoriteit die deze heeft vastgesteld;19° gewestelijk strategisch zorgplan: het plan, bedoeld in der artikelen 28, eerste lid, en 29;20° particulier zorgplan: het plan, bedoeld bij artikel 30;21° investeringskalender: de kalender, bedoeld in artikel 31;22° vijfjarenonderhoudsplan: een plan waarin de instelling beschrijft op welke wijze zij zou willen voldoen aan haar verplichting om haar infrastructuur in een goede staat te houden;23° duurzaamheidstool: een instrument gekozen door het Verenigd College om de duurzaamheid van een infrastructuurproject te analyseren aan de hand van verschillende criteria en indicatoren.

Art. 3.Deze ordonnantie is van toepassing op ziekenhuizen en psychiatrische verzorgingstehuizen.

Art. 4.De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie kan een financiële tussenkomst verlenen om de kosten te dekken die nodig zijn om te beschikken over duurzame en kwaliteitsinfrastructuur.

De instelling die dergelijke financiële tussenkomst ontvangt, is verplicht deze infrastructuur in een goede staat te houden.

Art. 5.Subsidies worden toegekend aan ziekenhuizen en psychiatrische verzorgingstehuizen overeenkomstig het besluit 2012/21/EU van de Commissie van 20 december 2011 betreffende de toepassing van artikel 106, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op staatssteun in de vorm van compensatie voor de openbare dienst, verleend aan bepaalde met het beheer van diensten van algemeen economisch belang belaste ondernemingen.

Zij worden toegekend als compensatie voor de verplichtingen die voortvloeien uit de opdracht van openbare dienstverlening die aan ziekenhuizen en psychiatrische verzorgingstehuizen is toevertrouwd overeenkomstig de gecoördineerde wet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/07/2008 pub. 04/06/2010 numac 2010000299 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling type wet prom. 10/07/2008 pub. 31/03/2011 numac 2011000186 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Gecoördineerde wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, met het oog op het waarborgen van een kwalitatief hoogstaande en toegankelijke gezondheidszorg.

HOOFDSTUK 2. - Voorwaarden om voor financiering in aanmerking te komen

Art. 6.Om een financiering te verkrijgen en te behouden, moet de instelling over de voor haar zorgtaken vereiste erkenningen beschikken, waar nodig geprogrammeerd zijn en een particulier zorgplan hebben ingediend. Zij streeft een belangeloos doel na en mag rechtstreeks noch onrechtstreeks enig vermogensvoordeel uitkeren of bezorgen aan de oprichters, de leden, de bestuurders of enig andere persoon behalve voor het in de statuten bepaald belangeloos doel.

Art. 7.De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie kan een financiering verlenen ter dekking van de kosten die de instelling maakt om over een kwalitatieve zorginfrastructuur te beschikken. Deze financiering bestaat uit de volgende elementen: 1° een investeringssubsidie;2° een onderhoudssubsidie;3° een huursubsidie;4° een projectsubsidie;5° een waarborg. De gezamenlijke toepassing van de subsidies en de waarborg mag echter niet leiden tot tussenkomsten die de werkelijke kost van het betrokken project overschrijden.

Art. 8.Geven het recht op een investeringssubsidie, projecten die bestaan uit: 1° de volledige bouw, heropbouw van of verwerving van zakelijke rechten op de infrastructuur van de instelling;2° de uitbreiding van de infrastructuur van de instelling;3° de aankoop van materieel dat onroerend goed door bestemming of door incorporatie betreft, zowel het medisch als het niet-medisch materiaal, met inbegrip van de zware medische apparatuur;4° de aankoop van rollend materieel dat gekoppeld is aan een organisatie van de instelling die meer gericht is op ambulante zorg;5° de herconditionering van de gehele of een deel van de infrastructuur van de instelling. Het Verenigd College kan bepalen welke werken van minder belang buiten beschouwing kunnen worden gelaten.

Art. 9.Geeft recht op een onderhoudssubsidie, de kosten die nodig zijn om een infrastructuur in uitbating die het voorwerp uitmaakt of kan uitmaken van een investeringssubsidie in goede staat te houden overeenkomstig de door het Verenigd College vastgestelde voorwaarden.

Geeft eveneens recht op een onderhoudssubsidie, de aanschaf door de instelling, in welke vorm dan ook, van medische of niet-medische apparatuur, met inbegrip van zware medische apparatuur, binnen de door het Verenigd College vastgestelde grenzen. Het Verenigd College bepaalt inzonderheid het jaarlijkse plafond, de duur van de financiering en de frequentie van de vernieuwing per soort uitrusting.

Art. 10.Geven recht op een projectsubsidie, de aanvragen van de instelling die voorafgegaan worden door een projectoproep gelanceerd door de ministers: 1° de aanvraag van de verzoeker voor een innovatief of uniek project of proefproject;2° de aanvragen van instellingen die beantwoorden aan een specifiek beleidsontwikkelingsprogramma dat deel uitmaakt van het gewestelijk strategisch zorgplan. Het Verenigd College stelt de voorwaarden vast waaraan projecten moeten voldoen om gesubsidieerd te kunnen worden.

De projectsubsidie wordt toegekend op een eenmalige en uitdovende basis.

Art. 11.Kan recht op huursubsidie geven, het feit dat een huurovereenkomst werd gesloten voor de huur van onroerende infrastructuur. Om in aanmerking te komen voor een huursubsidie moet de huurovereenkomst uitdrukkelijk aangeven welke investeringskosten ten laste zijn van de verhuurder en welke ten laste van de huurder.

De door de verhuurder te betalen onderhoudskosten worden niet meegenomen in de berekening van de onderhoudssubsidie.

Elke wijziging van het huurcontract moet eerst aan de administratie worden voorgelegd.

Art. 12.Het recht op een waarborg ontstaat wanneer de bouwheer een lening heeft afgesloten bij een financiële instelling. De voorwaarden waaraan de lening moet voldoen, worden vastgesteld door het Verenigd College.

HOOFDSTUK 3. - Bedragen die voor financiering in aanmerking komen en vereffening van de financiering Afdeling 1. - Investeringssubsidie


Art. 13.Het Verenigd College stelt een lijst op van de kosten van werken, leveringen en diensten die voor subsidiëring in aanmerking komen.

Art. 14.Voor elke infrastructuur wordt een globaal investeringsplafond vastgesteld, overeenkomstig de door het Verenigd College vastgestelde voorwaarden.

In afwijking van het eerste lid kunnen de investeringen die door het Verenigd College worden opgesomd, in aanmerking komen voor subsidiëring boven het globaal investeringsplafond.

Art. 15.Wanneer de infrastructuur die het voorwerp uitmaakt van de financieringsaanvraag, gedeeltelijk bestemd is voor de uitvoering van een activiteit die buiten de door de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie toevertrouwde opdracht van algemeen belang valt, wordt het in uitvoering van artikel 14, eerste lid, berekende bedrag verminderd met het gedeelte van de investering dat voor deze externe activiteit is bestemd. Afdeling 2. - Onderhoudssubsidie


Art. 16.De onderhoudssubsidie dekt de kosten voor het onderhoud van de infrastructuur die nodig zijn om deze in goede staat te houden, met inbegrip van de aankoop en hernieuwing van de medische of niet-medische apparatuur die niet gedekt wordt door de investeringssubsidie. Ze wordt voor elke instelling berekend voor een periode van vijf jaar.

Ze mag het door het Verenigd College vastgestelde plafond, uitgedrukt in een percentage van de investeringssubsidie, niet overschrijden. Bij de vaststelling van dit percentage wordt rekening gehouden met hetgeen nodig is om de infrastructuur in goede staat te houden. Het is voor alle instellingen identiek. Afdeling 3. - Projectsubsidies


Art. 17.De kosten die in aanmerking komen voor projectsubsidies zijn de volgende: 1° gerechtvaardigde aankoopkosten voor de uitvoering van het project, verhoogd met vaste kosten voor het ontwerp en het beheer van het project, volgens de door het Verenigd College vastgestelde voorwaarden;2° eventuele afschrijvingen verbonden aan deze kosten. Afdeling 4. - Huursubsidie


Art. 18.De kosten die voor de huursubsidie in aanmerking komen, zijn de huurprijzen voor de huur van de infrastructuur.

Het bedrag van de huursubsidie mag in geen geval hoger zijn dan het plafond van de investeringssubsidie waarop de infrastructuur recht had kunnen hebben, waarbij het bedrag van de door de verhuurder te betalen onderhoudskosten en de eventuele investeringssubsidie voor de inrichting van de gehuurde infrastructuur in mindering worden gebracht.

Het Verenigd College bepaalt het deel van het plafond dat in aanmerking kan worden genomen voor de berekening van de subsidie, alsmede de omrekeningsverhoudingen voor de herberekening van het plafond naar jaarlijkse bedragen van de theoretische huurwaarde.

HOOFDSTUK 4. - Vereffening van subsidies Afdeling 1. - Algemene principes


Art. 19.De jaarlijkse subsidies worden voor elke instelling berekend door alle bedragen die op basis van de investerings-, onderhouds- en huursubsidies worden berekend, bij elkaar op te tellen.

De administratie meldt jaarlijks en bij voorraad het bedrag aan de instelling. De instelling meldt aan de administratie enige vergissing die zij waarneemt. Het Verenigd College bepaalt de termijn en modaliteiten van deze meldingen.

Art. 20.De projectsubsidie wordt afzonderlijk vereffend, overeenkomstig de procedures die zijn gespecificeerd in uitvoering van afdeling 5. Afdeling 2. - Investeringssubsidie


Art. 21.§ 1. Het overeenkomstig artikel 14 berekende totale bedrag van de investeringssubsidie vormt het totaal te betalen bedrag. Dit totaalbedrag wordt vanaf de eerste vorderingsstaat jaarlijks vereffend. § 2. Vóór de ingebruikname van de infrastructuur ontvangt de aanvrager jaarlijks het kleinste van de volgende twee bedragen: 1° 1/20ste van de totale kosten van het project zoals begrensd volgens de regels van artikel 14;2° het bedrag van jaarlijkse afbetaling van de lening (hoofdsom, kosten en intresten) die is aangegaan om de infrastructuur voor te financieren. De in het eerste lid bedoelde lening moet voldoen aan de voorwaarden bepaald door het Verenigd College. § 3. Bij de ingebruikname van de infrastructuur wordt het saldo van het totale te vereffenen bedrag berekend. Het wordt gedeeld door het aantal resterende jaren, berekend over een periode van 20 jaar vanaf de eerste vorderingsstaat, om het bedrag van de annuïteit te bepalen. § 4. Het deel van de investeringssubsidie dat betrekking heeft op materieel bedoeld bij artikel 8, eerste lid, 3° en 4°, wordt evenredig vereffend met de vermoedelijke gebruiksduur. Deze duurtijd wordt tevens gebruikt om de waarde van deze investering te herleiden op een duurtijd van 20 jaar. § 5. Het Verenigd College stelt de voorwaarden vast voor de vereffening van de investeringssubsidie. Afdeling 3. - Onderhoudssubsidie


Art. 22.De onderhoudssubsidie wordt vereffend in de vorm van jaarlijkse voorschotten volgens de door het Verenigd College vastgestelde procedures.

Art. 23.Aan het einde van de periode waarop het lopende vijfjarenonderhoudsplan betrekking heeft, stelt de instelling een overzicht op van de kosten die in de betrokken periode zijn gemaakt.

De afrekening maakt een onderscheid tussen de in het vijfjarenplan aangekondigde posten en de onvoorziene posten. De afrekening geeft aan waarom de onvoorziene posten noodzakelijk waren.

Indien het gecumuleerde bedrag van de jaarlijkse voorschotten hoger is dan de kosten voor de in het vijfjarenplan aangekondigde posten, wordt het gedeelte van het bedrag dat deze bedragen overschrijdt, teruggevorderd overeenkomstig de door het Verenigd College vastgestelde regelingen. Deze terugvordering kan geheel of gedeeltelijk gebeuren door een verlaging van de onderhoudssubsidie voor de volgende periode.

In afwijking van het tweede lid kunnen de bedragen die de werkelijke kosten die overeenkomen met de in het vijfjarenplan aangekondigde posten overschrijden, niet worden teruggevorderd, mits zij zijn toegewezen aan de uitvoering van onderhoudswerken die niet in het vijfjarenplan waren voorzien. Daartoe moet de betrokken instelling aantonen dat het noodzakelijk was dergelijke werken uit te voeren en rechtvaardigen waarom zij niet in het vijfjarenplan werden opgenomen.

Art. 24.Niettegenstaande het in artikel 16, tweede lid, genoemde plafond, kan aan de instelling bij de in artikel 23 bedoelde afrekening een aanvulling op de onderhoudssubsidie worden toegekend voor de financiering van onvoorziene onderhoudswerken. Deze aanvullende subsidie kan alleen worden toegekend op voorwaarde dat de werken waarop zij betrekking heeft, overeenkomstig de door het Verenigd College vastgestelde regelingen aangegeven zijn. Afdeling 4. - Huursubsidie


Art. 25.De huursubsidie wordt vereffend volgens de door het Verenigd College vastgestelde voorwaarden.

De huursubsidie wordt uitbetaald gedurende de duur van de huurovereenkomst.

De instelling informeert onverwijld de administratie van enige wijziging met betrekking tot de huurovereenkomst, met inbegrip van de verlenging, hernieuwing of vroegtijdige beëindiging ervan. De huursubsidie wordt van rechtswege opgeschort indien de instelling de administratie een wijziging van de huurovereenkomst niet meedeelt. Afdeling 5. - Projectsubsidies


Art. 26.De projectsubsidie wordt vereffend volgens de door het Verenigd College vastgestelde voorwaarden. Afdeling 6. - Waarborg


Art. 27.De waarborg dekt het saldo van de uitstaande lening en de verschuldigde rente, met uitzondering van de verwijlinteresten en de intercalaire intresten. De voorwaarden voor de uitoefening ervan worden vastgesteld door het Verenigd College.

HOOFDSTUK 5. - Toekenningsprocedure Afdeling 1. - Het gewestelijk strategisch zorgplan


Art. 28.Het Verenigd College kan een gewestelijk strategisch zorgplan goedkeuren dat de opdrachten van algemeen belang inzake gezondheidszorg bepaalt die zij aan de instellingen zou willen toevertrouwen.

Indien er geen gewestelijk strategisch zorgplan van kracht is, dient de algemene beleidsverklaring van het Verenigd College als strategisch plan.

Art. 29.In het gewestelijk strategisch zorgplan worden ten minste de volgende aspecten beschreven: 1° de huidige situatie inzake zorgaanbod, infrastructuur, locatie en samenwerkingsverbanden;2° de toekomstvisie met betrekking tot de elementen als bedoeld in 1° ;3° de voorwaarden waaraan moet worden voldaan om de geplande visie te bereiken. Afdeling 2. - Het particulier zorgplan


Art. 30.§ 1. Elke instelling neemt haar beleid voor het beheer van haar infrastructuur op in de uitvoering van de opdracht van algemeen belang. § 2. Het particulier zorgplan bevat ten minste de volgende elementen: 1° een beschrijving van de bestaande infrastructuur, hun financiering en hun toestand, met inbegrip van hun boekhoudkundige situatie;2° een algemene beschrijving van de geplande projecten met betrekking tot infrastructuur die in aanmerking zou komen voor financiering in het kader van deze ordonnantie;3° voor elk project bedoeld bij 2° wordt de volgende informatie verstrekt: a) een beschrijving van het geplande project en de financiële middelen die nodig zijn om het uit te voeren;b) een planning met de startdatum van de werken, de duur van de werken en de datum van ingebruikname;c) de wijze waarop het project past in de uitvoering van de opdracht van algemeen belang van de instelling;d) de verantwoording van het nut van het project om aan de behoeften van de bevolking te voldoen, in voorkomend geval rekening houdend met de richtsnoeren van het gewestelijk strategisch zorgplan;e) een analyse van het project via de duurzaamheidstool.4° voor projecten die met één of meerdere andere instellingen worden overwogen, een beschrijving van de beoogde samenwerking tussen de verschillende betrokken instellingen, met name wat de juridische en financiële aspecten betreft. In het particulier zorgplan wordt een onderscheid gemaakt tussen de projecten voor de komende vijf jaar en de projecten op langere termijn.

Het Verenigd College kan de in het particulier zorgplan op te nemen elementen en de procedures voor de vaststelling ervan preciseren. § 3. Elke instelling dient uiterlijk op 1 januari van het jaar volgend op de gewestelijke verkiezingen een particulier zorgplan in bij het Verenigd College. De laatste versie van het vijfjarenonderhoudsplan wordt erbij gevoegd.

Wanneer een gewestelijk strategisch zorgplan wordt aangenomen, passen de instellingen hun particulier plan binnen 3 maanden na de mededeling van het gewestelijk strategisch zorgplan aan, behalve wanneer dit plan meer dan 3 maanden voor 1 januari van het jaar volgend op de gewestelijke verkiezingen wordt aangenomen. Afdeling 3. - De investeringskalender


Art. 31.§ 1. Op basis van de particuliere zorgplannen van de instellingen stelt het Verenigd College binnen een termijn van 6 maanden na afloop van de termijn waarbinnen de instellingen hun particulier zorgplan moeten indienen, een investeringskalender vast. § 2. In de investeringskalender worden de projecten van de instellingen gerangschikt in volgorde van prioriteit. Het Verenigd College stelt de prioriteitsregels vast. § 3. De kalender bevat een lijst van de voor de komende tien jaar geplande projecten, waarbij voor elk project wordt aangegeven: 1° de aard van de geplande investering;2° de betrokken instelling of instellingen;3° de impact op de uitvoering van het gezondheidsbeleid op het grondgebied van het tweetalige gebied van Brussel-Hoofdstad;4° wanneer een gewestelijk strategisch zorgplan is vastgesteld, de impact van het project op het beleid dat in het gewestelijk strategisch zorgplan is beschreven;5° de geplande startdatum voor elk project. De opname van een investering in de investeringskalender geldt noch als vergunning voor werken in de zin van artikel 39 van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/07/2008 pub. 04/06/2010 numac 2010000299 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling type wet prom. 10/07/2008 pub. 31/03/2011 numac 2011000186 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Gecoördineerde wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, noch als aanvaarding of weigering van de financiering.

De investeringskalender neemt de werken in overweging die verwezenlijkt zijn alsmede de vorige investeringskalenders. Afdeling 4. - Financieringsaanvragen


Art. 32.§ 1. Uiterlijk 12 maanden voor de in de investeringskalender voorziene aanvangsdatum van haar project dient de instelling een financieringsaanvraag in bij de administratie.

De instelling kan, uiterlijk tegen het verstrijken van de termijn voor het indienen van de financieringsaanvraag, om uitstel van deze termijn vragen. § 2. Het project moet worden opgenomen in de investeringskalender. De instelling die met een dringende situatie wordt geconfronteerd, kan echter om een herziening van de kalender vragen met het oog op de opname van haar project in de kalender. § 3. Het Verenigd College bepaalt de procedures voor het indienen en de samenstelling van de financieringsaanvraag. § 4. Indien de instelling niet binnen de in paragraaf 1 genoemde termijn een financieringsaanvraag of een verzoek tot verlenging van de indieningstermijn heeft ingediend, wordt de instelling geacht van het project af te zien en kan de investeringskalender worden herzien. Het project kan echter wel worden opgenomen in een volgend particulier zorgplan. Afdeling 5. - De gunning van overheidsopdrachten


Art. 33.§ 1. Het Verenigd College bepaalt nader de procedures met betrekking tot het indienen en de samenstelling van het "gunningsdossier", alsook de procedures volgens dewelke het subsidiebedrag wordt bepaald. § 2. De goedkeuring van het "gunningsdossier" geeft een subjectief recht op financiering. De vastlegging waartoe wordt overgegaan heeft alleen betrekking op de percelen die in het desbetreffende "gunningsdossier" zijn opgenomen. Afdeling 6. - De procedure voor het verlenen van de waarborg


Art. 34.Het Verenigd College stelt de regelingen vast van de procedure voor het verlenen van de waarborg. Afdeling 7. - De procedure voor de toekenning van de

onderhoudssubsidie

Art. 35.De instelling stelt om de vijf jaar een vijfjarenonderhoudsplan op.

Het vijfjarenonderhoudsplan bevat ten minste de volgende elementen: 1° een beschrijving van de bestaande infrastructuur, de financiering en de staat ervan, met inbegrip van de boekhoudkundige situatie;2° een algemene beschrijving van de geplande onderhoudswerken en de wijze waarop de instelling met de uitvoering ervan kan voldoen aan haar verplichting om de infrastructuur in goede staat te houden.Deze analyse geeft aan hoe de beoogde werken deel uitmaken van een onderhoudsstrategie op lange termijn; 3° voor elke post wordt de volgende informatie verstrekt: a) een beschrijving van de geplande werken en de financiële middelen die nodig zijn om deze uit te voeren;b) de overwegingen die de gepastheid van de uitgaven en de opname ervan in het vijfjarenplan rechtvaardigen;c) de wijze waarop de onderhoudswerken de instelling in staat stellen te voldoen aan haar verplichting om de infrastructuur in goede staat te houden, in voorkomend geval met verwijzing naar de huurovereenkomst en de verplichtingen van de verhuurder. Het Verenigd College kan aanvullende elementen vastleggen die in het vijfjarenonderhoudsplan moeten worden opgenomen.

Art. 36.Het bedrag van de onderhoudssubsidie wordt vastgesteld op basis van het vijfjarenonderhoudsplan, volgens de door het Verenigd College vastgestelde procedure. Afdeling 8. - De uitvoering van overheidsopdrachten


Art. 37.Het Verenigd College bepaalt de procedures betreffende de informatie die de bouwheer moet verstrekken over de uitvoering van de overheidsopdrachten die het voorwerp uitmaken van een subsidiedossier.

HOOFDSTUK 6. - Controle en sancties

Art. 38.Het Verenigd College stelt controleprocedures vast om ervoor te zorgen dat de toegewezen bedragen worden gebruikt in overeenstemming met het beoogde doel.

Het Verenigd College bepaalt de terugvorderingsmechanismen van de investeringssubsidie in geval van beëindiging van de activiteit die recht gaf op financiering, met inbegrip wanneer de instelling niet meer onder de bevoegdheid van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie valt.

Als een investeringssubsidie werd toegekend met het oog op het aanschaffen van een onroerend goed, wordt de betaling, bedoeld in artikel 39, gewaarborgd met een wettelijke hypotheek die ten gunste van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie wordt gevestigd op de aangeschafte zakelijke rechten. Onverminderd de vroeger door derden verkregen rechten, is de wettelijke hypotheek een hypotheek van eerste rang.

Een waarborg, onder vorm van hypotheek, kan eveneens worden afgesloten ten behoeve van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie wanneer de investeringssubsidie wordt toegekend met het oog op het uitvoeren van werken. Het beoogt de terugbetaling bepaald bij artikel 39 te vrijwaren.

Art. 39.De instelling is verplicht de nominale waarde van de infrastructuur waarvoor een investeringssubsidie werd verleend, terug te storten in de volgende gevallen: 1° beëindiging van de activiteit;2° ontmanteling van de infrastructuur;3° de instelling valt niet meer onder de bevoegdheid van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie. De bij het eerste lid bedoelde nominale waarde stemt overeen met de oorspronkelijk in de rekening van de instelling aangegeven waarde.

HOOFDSTUK 7. - Opheffingsbepalingen, inwerkingtreding en slotbepalingen

Art. 40.De artikelen 63, 64, 65, 106 en artikel 170, § 3, van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/07/2008 pub. 04/06/2010 numac 2010000299 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling type wet prom. 10/07/2008 pub. 31/03/2011 numac 2011000186 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Gecoördineerde wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen worden opgeheven, behalve voor de toepassing van de overgangsbepalingen die door het Verenigd College, in uitvoering van deze ordonnantie, worden bepaald.

Art. 41.Het Verenigd College bepaalt de datum van inwerkingtreding van deze ordonnantie.

Art. 42.Elke instelling bezorgt een eerste particulier zorgplan en een eerste vijfjarenonderhoudsplan aan de administratie binnen de zes maanden na de bekendmaking van deze ordonnantie.

Art. 43.De huurovereenkomsten die gesloten werden voor de inwerkingtreding van deze ordonnantie geven enkel recht op een subsidie voor zover zij in overeenstemming zijn met de bepalingen van huidige ordonnantie en haar uitvoeringsbesluiten.

Art. 44.Het Verenigd College kan specifieke overgangsmaatregelen vaststellen met betrekking tot de geleidelijke vermindering van de forfaitaire bedragen voor bepaalde uitrustingen of materiaal bedoeld in artikels 29 § 1, 1°, 2° en 3° en 31, § 3, van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen.

Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 16 mei 2024.

Het Lid van het Verenigd College, bevoegd voor Welzijn en Gezondheid, E. VAN DEN BRANDT Het Lid van het Verenigd College, bevoegd voor Welzijn en Gezondheid, A. MARON Het Lid van het Verenigd College, bevoegd voor de Gezinsbijslagen, Begroting, Openbaar Ambt en Externe betrekkingen, S. GATZ Het Lid van het Verenigd College, bevoegd voor de Gezinsbijslagen, Begroting, Openbaar Ambt en Externe betrekkingen, B. CLERFAYT _______ Nota (1) Documenten van de Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie: Gewone zitting 2023-2024 B-200/1 Ontwerp van ordonnantie B-200/2 Verslag Integraal verslag: Bespreking: vergadering van donderdag van 2 mei 2024 Aanneming: vergadering van vrijdag 3 mei 2024 .

^