gepubliceerd op 30 juni 2021
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 19 mei 2021, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 juni 2021, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Luxemburg, afdeling Marche « Schenden de artikelen 444 en 445 van het WIB 1992 de artikelen 10, 11, 16 en 172 van de Grondwet,(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij vonnis van 19 mei 2021, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 juni 2021, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Luxemburg, afdeling Marche-en-Famenne, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden de artikelen 444 en 445 van het WIB 1992 de artikelen 10, 11, 16 en 172 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en artikel 4 van het Protocol nr. 7 bij datzelfde Verdrag, in zoverre zij de belastingadministratie toelaten, enerzijds, de niet-indiening van een belastingaangifte te bestraffen met een geldboete waarvan het vaste bedrag varieert tussen 50,00 euro en 1 250,00 euro en, anderzijds, door, in het kader van de procedure van de aanslag van ambtswege die haar oorsprong vindt in de niet-indiening van de aangifte, een verhoging van 10 % tot 200 % van de niet-aangegeven inkomsten toe te passen ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 7591 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux