Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 18 januari 2019

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij beschikking van 28 november 2018 in zake Mohamed Amajod en anderen tegen de Franse Gemeenschap en anderen, waarvan(...) « Schenden de artikelen 1, 12/1, § 2, en 13 van het decreet van 29 maart 2017 betreffende de s(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2019200154
pub.
18/01/2019
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij beschikking van 28 november 2018 (verbeterd bij beschikking van 3 december 2018) in zake Mohamed Amajod en anderen tegen de Franse Gemeenschap en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 12 december 2018, heeft de kamer in kort geding van de Franstalige Rechtbank van eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vragen gesteld : « Schenden de artikelen 1, 12/1, § 2, en 13 van het decreet van 29 maart 2017 betreffende de studie geneeskunde en de studie tandheelkunde, zoals gewijzigd bij het decreet van 20 december 2017, in samenhang gelezen, de artikelen 10, 11, 13 en 24 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 13, lid 2, c), van het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten, opgemaakt te New York op 19 december 1966 en goedgekeurd bij de wet van 15 mei 1981, in zoverre zij studenten die zich in een vergelijkbare situatie bevinden verschillend behandelen, a) - de studenten die op het einde van het academiejaar 2016-2017 tussen 30 en 44 studiepunten in het eerste jaar van de Bachelor in de geneeskunde hebben verworven, zonder dat zij gezakt zijn (in de zin van artikel 150, § 2, van het Landschapsdecreet) voor de examenperiode van januari 2017, maar die minstens 45 studiepunten hebben behaald op het einde van het academiejaar 2017-2018, - en de studenten die een verminderingsovereenkomst hebben gesloten, ter uitvoering van artikel 150, § 2 van het Landschapsdecreet, die geslaagd zijn voor de verminderingsovereenkomst op het einde van het academiejaar 2016-2017 en die minstens 45 studiepunten hebben behaald op het einde van het academiejaar 2017-2018, aangezien alleen de laatstgenoemden worden vrijgesteld van het afleggen van het ingangs- en toelatingsexamen om hun studie geneeskunde/tandheelkunde voort te zetten, terwijl zij minder goede resultaten hadden behaald dan de eerstgenoemden voor de examens van januari 2017 dat alles terwijl zij niet wisten, op het ogenblik dat verminderingsovereenkomsten dienden te worden gesloten, op het einde van de examenperiode van januari 2017, welke de impact van die overeenkomsten zou zijn op het feit dat zij het ingangsexamen al dan niet moeten afleggen en ervoor moeten slagen ? b) - studenten die in 2016-2017 voor de eerste keer voor de Bachelor in de geneeskunde/tandheelkunde zijn ingeschreven, - die niet geslaagd zijn voor de examens van januari 2017 en die een verminderingsovereenkomst zijn aangegaan, met toepassing van artikel 150, § 2, van het Landschapsdecreet, - die op het einde van hun academiejaar 2016-2017 minstens 30 studiepunten voor geneeskunde of tandheelkunde hebben gevalideerd, - en die op het einde van het academiejaar 2017-2018 meer dan 45 studiepunten voor geneeskunde of tandheelkunde hebben gevalideerd, - maar die al dan niet gehouden zijn tot het afleggen van en het slagen voor het ingangs- en toelatingsexamen om hun studie geneeskunde of tandheelkunde voort te zetten, niet op grond van het aantal studiepunten die op het einde van het academiejaar 2016-2017 zijn gevalideerd, maar op grond van het al dan niet slagen, op het einde van het academiejaar 2016-2017, voor hun verminderingsovereenkomst, - terwijl het meer of minder veeleisende karakter van die verminderingsovereenkomsten niet uitsluitend afhangt van de wil van de student in kwestie, en zij niet wisten, op het ogenblik dat die overeenkomsten werden gesloten, welke de gevolgen zouden zijn van het slagen voor die overeenkomsten op het feit dat men het ingangs- en toelatingsexamen al dan niet moet afleggen, - zelfs al zou de student ermee hebben ingestemd de verminderingsovereenkomst aan te gaan ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 7076 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux

^