gepubliceerd op 08 februari 2018
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 20 januari 2016 in zake Robert Jacob en Nadine Marchal tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 8 decembe « - Doet artikel 245 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals van toepassing voor de(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij vonnis van 20 januari 2016 in zake Robert Jacob en Nadine Marchal tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 8 december 2017, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vragen gesteld : « - Doet artikel 245 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals van toepassing voor de aanslagjaren 1992 tot 2009, geen ten aanzien van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet onverantwoorde discriminatie ontstaan tussen de niet-inwoners, die bij dat artikel worden onderworpen aan een belasting gevestigd op grond van artikel 466 van hetzelfde Wetboek met betrekking tot de gemeentelijke opcentiemen, en de inwoners, waarbij die aan de gemeentelijke opcentiemen zijn onderworpen, terwijl de eersten, in tegenstelling tot de tweeden, het voordeel van de gemeentelijke faciliteiten en installaties die bestaan in een Belgische gemeente waarin zij zouden verblijven, niet genieten om de reden dat zij niet-inwoners zijn ? - Doen, in zoverre zij de niet-inwoner het voordeel van de belastingvrije som volledig of gedeeltelijk ontzeggen wanneer hij gedurende het volledige belastbare tijdperk geen tehuis in België heeft behouden of geen in België belastbare beroepsinkomsten heeft behaald of verkregen die ten minste 75 pct. bedragen van het geheel van zijn binnenlandse en buitenlandse beroepsinkomsten, de artikelen 243 en 244 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals van toepassing voor de aanslagjaren 1992 en 2001 tot 2009 en, wat de aanslagjaren 2001 tot 2009 betreft, in samenhang gelezen met artikel 25 van de tussen Frankrijk en België gesloten overeenkomst ter voorkoming van dubbele belasting zoals gewijzigd bij het avenant van 8 februari 1999, tussen de niet-inwoner en de Rijksinwoner geen met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet strijdige discriminatie ontstaan, aangezien de Rijksinwoner en de niet-inwoner, omdat zij gelijkelijk onderworpen zijn aan de progressiviteit van de belasting wegens hun wereldinkomen, de eerste in België en de tweede in zijn verblijfstaat, zich vanuit het oogpunt van de drempel voor de heffing van Belgische inkomstenbelasting in identieke situaties bevinden ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 6791 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux