Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 11 december 2013

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 7 november 2013 in zake Maria Wziatka tegen het Fonds tot vergoeding van de in geval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknemers, waarvan de e « Houdt artikel 36, § 2, 3°, van de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondern(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2013206753
pub.
11/12/2013
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij vonnis van 7 november 2013 in zake Maria Wziatka tegen het Fonds tot vergoeding van de in geval van sluiting van ondernemingen ontslagen werknemers, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 november 2013, heeft de Arbeidsrechtbank te Kortrijk de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Houdt artikel 36, § 2, 3°, van de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen een schending in van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat het de in § 1 bedoelde termijnen niet van toepassing verklaart op de ontslagen werknemers die het voordeel genieten van een beslissing uitgesproken na verloop van een gerechtelijke procedure, die vóór de sluiting geldig werd ingeleid, en dit voor de bedragen die voortvloeien uit deze beslissing, terwijl de in § 1 bedoelde termijnen wel van toepassing zijn op de ontslagen werknemers die het voordeel genieten van een dading, geldig afgesloten met de voormalige werkgever vóór de sluiting, en dit voor de bedragen die voortvloeien uit deze dading ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 5745 van de rol van het Hof.

De griffier, F. Meersschaut

^