gepubliceerd op 21 november 2007
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 19 september 2007 in zake Joost Rampelberg tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 oktober 2007, heef « Houdt artikel 104, 2° W.I.B. een discriminatie in die onverenigbaar is met de artikelen 10, 11 en(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 19 september 2007 in zake Joost Rampelberg tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 oktober 2007, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Houdt artikel 104, 2° W.I.B. een discriminatie in die onverenigbaar is met de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, ten nadele van de personen met thesaurieproblemen, in zoverre dit artikel aan de onderhoudsplichtigen zonder thesaurieproblemen het voordeel van de fiscale aftrekbaarheid verleent wanneer de achterstallige onderhoudsgelden het voorwerp van een gerechtelijke beslissing uitmaken, terwijl onderhoudsverplichtingen [lees : onderhoudsplichtigen] met thesaurieproblemen niet kunnen genieten van dergelijke belastingvermindering bij laattijdige betaling van het achterstallig onderhoudsgeld zonder gerechtelijke beslissing ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 4300 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux.