gepubliceerd op 25 september 2007
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 10 juli 2007 in zake Monique Laffineur tegen Jean-Pol Demesmaker, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 juli 2007, heeft de « 1. Uitspraak te doen over de volgende vraag : schendt artikel 806 van het Gerechtelijk Wetboek, i(...)
GRONDWETTELIJK HOF
   Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6    januari 1989    Bij vonnis van 10 juli 2007 in zake Monique Laffineur tegen Jean-Pol    Demesmaker, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen    op 18 juli 2007, heeft de Vrederechter van het kanton    Florennes-Walcourt het Hof gevraagd :    « 1. Uitspraak te doen over de volgende vraag : schendt artikel 806    van het Gerechtelijk Wetboek, in die zin geïnterpreteerd dat, wanneer    een verstekvonnis niet als bestaande wordt beschouwd omdat het niet    binnen een jaar is betekend, het geding blijft bestaan en kan worden    voortgezet op initiatief van alleen de eisende partij, zonder dat aan    die laatste enige verjaring of overschrijding van de redelijke termijn    kan worden tegengeworpen, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in    zoverre het, enerzijds, een ongelijkheid onder de partijen invoert en,    anderzijds, een discriminatie onder schuldenaars teweegbrengt, waarbij    alleen diegenen wier schuld is vastgesteld bij een vonnis dat niet als    bestaande wordt beschouwd, het verlopen van enige termijn niet kunnen    genieten ? 2. In het bevestigende geval, te onderzoeken of er een andere    interpretatie bestaat die de in het geding zijnde norm bestaanbaar zou    maken met die artikelen.»    Die zaak is ingeschreven onder nummer 4269 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux.