gepubliceerd op 01 juni 2007
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 26 april 2007 in zake het openbaar ministerie tegen Mhamed Taheri, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 mei 2007, heeft de C « Schendt artikel 759 van het Gerechtelijk Wetboek de artikelen 10 en 11 van de Grondwet indien het(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 26 april 2007 in zake het openbaar ministerie tegen Mhamed Taheri, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 mei 2007, heeft de Correctionele Rechtbank te Antwerpen een prejudiciële vraag gesteld die bij beschikking van het Hof van 8 mei 2007 als volgt is geherformuleerd : « Schendt artikel 759 van het Gerechtelijk Wetboek de artikelen 10 en 11 van de Grondwet indien het aldus wordt geïnterpreteerd dat het de toehoorders en beklaagden verboden is de zittingen bij te wonen wanneer zij een hoofddeksel dragen, ook wanneer dit hoofddeksel een uiting is van hun religieuze overtuiging ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 4200 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux.