gepubliceerd op 04 april 2006
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 3 februari 2006 in zake D. Castronovo en anderen tegen de n.v. Mono Car Styling, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitrag « Schenden artikel 21, § 2, van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedr(...)
ARBITRAGEHOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 3 februari 2006 in zake D. Castronovo en anderen tegen de n.v. Mono Car Styling, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 10 februari 2006, heeft de Arbeidsrechtbank te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden artikel 21, § 2, van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven en de artikelen 1 en 2 van de wet van 19 maart 1991 houdende bijzondere ontslagregeling voor de personeelsafgevaardigden in de ondernemingsraden en in de comités voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen alsmede voor de kandidaat-personeelsafgevaardigden, in die zin geïnterpreteerd dat de afgevaardigde elke bescherming tegen ontslag verliest wanneer hij zijn mandaat neerlegt, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, aangezien de verkozen kandidaat minder goed beschermd is tegen ontslag dan de niet-verkozen kandidaat ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 3895 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux.