gepubliceerd op 31 maart 2005
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 4 februari 2005 in zake de c.v.b.a. Provinciale Brabantse Energiemaatschappij tegen de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de P « Schendt het artikel 161bis, §§ 1 en 2, van de Nieuwe gemeentewet de artikelen 10 en 11 (...)
ARBITRAGEHOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 4 februari 2005 in zake de c.v.b.a. Provinciale Brabantse Energiemaatschappij tegen de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de Provinciale en Plaatselijke Overheidsdiensten, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 15 februari 2005, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt het artikel 161bis, §§ 1 en 2, van de Nieuwe gemeentewet de artikelen 10 en 11 van de gecoördineerde Grondwet doordat, aan overheidsdiensten die met het oog op hun pensioenverplichtingen niet zijn aangesloten bij de RSZPPO en waarnaar personeel wordt overgeheveld van een overheidsdienst die wordt geherstructureerd of afgeschaft en die wel is aangesloten bij de RSZPPO de volgende verplichtingen wordt opgelegd : a) in artikel 161 [lees : 161bis ], § 1, van de Nieuwe gemeentewet : bij te dragen in de last van de rust- en overlevingspensioenen van het personeel van de overdragende overheidsdienst dat reeds gepensioneerd werd voor de herstructurering/de afschaffing van de geherstructureerde/ afgeschafte overheidsdienst en dit ten belope van een bedrag dat de volledige in het voorgaande jaar betaalde rust- en overlevingspensioenen omvat in verhouding tot het aandeel van de weddenmassa van het overgehevelde personeel in de totale weddenmassa van de afgeschafte of geherstructureerde overheidsdienst op het ogenblik van de afschaffing of de herstructurering;b) in artikel 161 [lees : 161bis ], § 2, van de Nieuwe gemeentewet : (1) in de interpretatie dat de toepasselijkheid van de bepalingen van de ' wet van 14 juli 1965 tot de vaststelling van een zeker verband tussen de onderscheiden pensioenregelingen van de openbare sector ' voor wat betreft de terugbetaling van de pensioenaandelen door de RSZPPO buiten werking wordt gesteld : bij de pensionering van de actieve overgenomen personeelsleden de verplichting wordt opgelegd de pensioenaandelen, overeenkomstig de wet van 14 juli 1965 met betrekking tot de periode dat het personeelslid diensten heeft verricht voor de overdragende overheidsdienst die was aangesloten bij de RSZPPO, ten laste nemen; (2) in de interpretatie dat de bepalingen van de ' wet van 14 juli 1965 tot vaststelling van een zeker verband tussen de onderscheiden pensioenregelingen van de openbare sector ' voor wat betreft de terugbetaling van de pensioenaandelen door de RSZPPO hun volle werking blijven behouden : bij de pensionering van de actieve overgenomen personeelsleden de verplichting wordt opgelegd de pensioenaandelen, overeenkomstig de wet van 14 juli 1965 m.b.t. de periode dat het personeelslid diensten heeft verricht voor de overdragende overheidsdienst die was aangesloten bij de RSZPPO, ten laste te nemen, doch met de mogelijkheid deze terug te vorderen van de RSZPPO overeenkomstig artikelen 13 en 14 van de wet van 14 juli 1965, en dit in afwijking van de algemene regeling zoals voorzien in ' de wet van 14 juli 1965 tot vaststelling van een zeker verband tussen de onderscheiden pensioenregelingen van de openbare sector ' die van toepassing blijft op : - overheidsdiensten die niet aangesloten zijn bij de RSZPPO die personeel overnemen van een overheidsdienst die wordt geherstructureerd of afgeschaft die niet aangesloten is bij de RSZPPO, - overheidsdiensten die niet aangesloten zijn bij de RSZPPO die personeel overnemen van een overheidsdienst die aangesloten is bij de RSZPPO doch niet wordt geherstructureerd of afgeschaft, - overheidsdiensten die wel aangesloten zijn bij de RSZPPO die personeel overnemen van een eveneens aangesloten overheidsdienst die wordt geherstructureerd of afgeschaft, en waarbij de overnemende overheidsdienst niet dient bij te dragen in de betaling van de reeds gepensioneerden op het ogenblik van de overname, noch bijkomende verplichtingen heeft m.b.t. de betaling van de toekomstige pensioenen van de overgenomen personeelsleden ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 3482 van de rol van het Hof.
De griffier, L. Potoms.