Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 22 maart 2005

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 9 februari 2005 in zake H. Gasch tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 1 « Schenden de wet van 14 december 1972 houdende goedkeuring van de Overeenkomst tussen België en Lu(...)

bron
arbitragehof
numac
2005200765
pub.
22/03/2005
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

ARBITRAGEHOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 9 februari 2005 in zake H. Gasch tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 17 februari 2005, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Aarlen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden de wet van 14 december 1972 houdende goedkeuring van de Overeenkomst tussen België en Luxemburg tot het vermijden van dubbele belasting en tot regeling van sommige andere aangelegenheden inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, en van het Slotprotocol, ondertekend te Luxemburg op 17 september 1970 (Belgisch Staatsblad van 27 januari 1973), en dientengevolge de Overeenkomst tussen België en Luxemburg tot het vermijden van dubbele belasting en tot regeling van sommige andere aangelegenheden inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, en het Slotprotocol, ondertekend te Luxemburg op 17 september 1970, de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, in zoverre de beoefenaar van een vrij beroep, Belgisch inwoner, die in het Groothertogdom Luxemburg over een vaste basis beschikt, in België wordt belast op de interesten van zijn in het Groothertogdom Luxemburg geïnde professionele schuldvorderingen, terwijl een ondernemer, Belgisch inwoner, die in het Groothertogdom Luxemburg over een vaste basis beschikt, niet in België wordt belast op de interesten van zijn in het Groothertogdom Luxemburg geïnde professionele schuldvorderingen ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 3579 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux.

^