gepubliceerd op 28 december 2000
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 6 november 2000 in zake het Ministerie van Financiën en het openbaar ministerie tegen P. Lambrecht en de n.v. General Logistics, wa « of artikel 265 van de Algemene Wet inzake Douane en Accijnzen d.d. 18 juli 1977 en het door dit a(...)
ARBITRAGEHOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij vonnis van 6 november 2000 in zake het Ministerie van Financiën en het openbaar ministerie tegen P. Lambrecht en de n.v. General Logistics, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 21 november 2000, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen de prejudiciële vraag gesteld : « of artikel 265 van de Algemene Wet inzake Douane en Accijnzen d.d. 18 juli 1977 en het door dit artikel ingestelde vermoeden van strafrechtelijke en burgerlijke aansprakelijkheid in hoofde van een aangestelde niet indruist tegen : 1. het algemeen rechtsbeginsel gehanteerd in strafzaken volgens hetwelk elke persoon als onschuldig beschouwd wordt zolang zijn schuld niet is bewezen en 2.tegen artikel 10 van de Grondwet volgens hetwelk elke Belg gelijk is voor de wet en waar er in de Staat geen onderscheid van standen is en 3. tegen artikel 11 van de Grondwet volgens hetwelk het genot van de rechten en vrijheden aan de Belgen toegekend, moet worden verzekerd zonder discriminatie ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 2078 van de rol van het Hof en werd samengevoegd met de zaak met rolnummer 2041.
De griffier, L. Potoms.