gepubliceerd op 05 februari 1998
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 22 december 1997 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 23 december 1 Die zaak is ingeschreven onder nummer 1261 van de rol van het Hof. De griffier, L. Potoms.
ARBITRAGEHOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 22 december 1997 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 23 december 1997, is beroep tot vernietiging en een vordering tot schorsing ingesteld van de artikelen 2 en 3 van de wet van 16 juli 1997 tot wijziging van de wet van 27 december 1973 betreffende het statuut van het personeel van het operationeel korps van de rijkswacht (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 24 juli 1997), wegens schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, door de Syndicale Federatie van de Belgische Rijkswacht, met maatschappelijke zetel te 1150 Brussel, Watermaalsesteenweg 106, J. Schonkeren, wonende te 3670 Meeuwen-Guitrode, Heidestraat 28, F. Maes, wonende te 2520 Ranst, Schawijkstraat 80, M. Dentant, wonende te 7912 Frasnes-lez-Anvaing, rue du Beau Site 10, en D. Delpierre, wonende te 6110 Montigny-le-Tilleul, rue de Gozée 681.
Die zaak is ingeschreven onder nummer 1261 van de rol van het Hof.
De griffier, L. Potoms.
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 8 januari 1998 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 9 januari 1998, is beroep tot vernietiging en een vordering tot schorsing ingesteld van artikel 10, 1°, van de wet van 12 december 1997 tot bekrachtiging van de koninklijke besluiten genomen met toepassing van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie, en van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 18 december 1997), in zoverre het de artikelen 20, § 1, eerste lid (gedeeltelijk) en tweede lid, van het koninklijk besluit van 24 juli 1997 tot instelling van de vrijwillige arbeidsregeling van de vierdagenweek en de regeling van de halftijdse vervroegde uitstap voor sommige militairen en tot wijziging van het statuut van de militairen met het oog op de instelling van de tijdelijke ambtsontheffing wegens loopbaanonderbreking, met toepassing van artikel 3, § 1, 1°, van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie, bevestigt, wegens schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, door H. Eelen, wonende te 3018 Wijgmaal, Wijveld 54, M. Kiebooms, wonende te 2531 Vremde, Wommelgemsesteenweg 2, bus 3, W. Amelinckx, wonende te 2880 Bornem, Achterweidestraat 49a1, P. Watripont, wonende te 9400 Voorde, Zevenhoek 14 B, P. de Poortere, wonende te 1780 Wemmel, Berkendellelaan 7, P. Dufrane, wonende te 5100 Jambes, boulevard de la Meuse 22, C. Derese, wonende te 1410 Waterloo, rue du Ménil 65 A, P. Louis, wonende te 1320 Tourinnes-la-Grosse, rue du Moulin 8, H. De Bisschop, wonende te 1880 Kapelle-op-den-Bos, Mechelseweg 374, en D. Ossieur, wonende te 9970 Kaprijke, Plein 113.
Die zaak is ingeschreven onder nummer 1272 van de rol van het Hof.
De griffier, L. Potoms.