Etaamb.openjustice.be
Arrest
gepubliceerd op 23 mei 2013

Uittreksel uit arrest nr. 42/2013 van 21 maart 2013 Rolnummer : 5545 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1022 van het Gerechtelijk Wetboek , gesteld door de Rechtbank va(...) Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters M. Bossuyt en R. Henneuse, en de rechter(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2013202136
pub.
23/05/2013
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Uittreksel uit arrest nr. 42/2013 van 21 maart 2013 Rolnummer : 5545 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1022 van het Gerechtelijk Wetboek (vóór de wijziging ervan bij de wet van 21 februari 2010Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/02/2010 pub. 11/03/2010 numac 2010009184 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties type wet prom. 21/02/2010 pub. 23/06/2010 numac 2010000374 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties. - Duitse vertaling van uittreksels sluiten), gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te Gent.

Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters M. Bossuyt en R. Henneuse, en de rechters L. Lavrysen, A. Alen, E. Derycke, J. Spreutels en P. Nihoul, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter M. Bossuyt, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 13 december 2012 in zake de procureur des Konings tegen L.D. en H.A., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 3 januari 2013, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Gent de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt art. 1022 van het Gerechtelijk Wetboek, voor de inwerkingtreding van de wet van 21 februari 2010Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/02/2010 pub. 11/03/2010 numac 2010009184 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties type wet prom. 21/02/2010 pub. 23/06/2010 numac 2010000374 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties. - Duitse vertaling van uittreksels sluiten (en gelezen zoals onder meer in de arresten van het Grondwettelijk Hof van 18 mei 2011 en 8 maart 2012) de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre een rechtsplegingsvergoeding ten laste van de Belgische Staat gelegd kan worden wanneer het openbaar ministerie in het ongelijk wordt gesteld bij zijn op grond van art. 184 Burgerlijk Wetboek ingestelde vordering tot nietigverklaring van een huwelijk, terwijl op grond van artikel 162bis van het Wetboek van Strafvordering geen enkele rechtsplegingsvergoeding van de Belgische Staat kan geëist worden wanneer het openbaar ministerie een strafvordering instelt die eindigt met een buitenvervolgingstelling of een vrijspraak ? ».

Op 23 januari 2013 hebben de rechters-verslaggevers L. Lavrysen en J. Spreutels, met toepassing van artikel 72, eerste lid, van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof, het Hof ervan in kennis gesteld dat zij ertoe zouden kunnen worden gebracht voor te stellen een arrest van onmiddellijk antwoord te wijzen. (...) III. In rechte (...) B.1. Artikel 1022 van het Gerechtelijk Wetboek, vóór de wijziging ervan bij de wet van 21 februari 2010Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/02/2010 pub. 11/03/2010 numac 2010009184 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties type wet prom. 21/02/2010 pub. 23/06/2010 numac 2010000374 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties. - Duitse vertaling van uittreksels sluiten, bepaalde : « De rechtsplegingsvergoeding is een forfaitaire tegemoetkoming in de kosten en erelonen van de advocaat van de in het gelijk gestelde partij.

Na het advies te hebben ingewonnen van de Orde van Vlaamse Balies en van de Ordre des barreaux francophones et germanophone, stelt de Koning, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad de basis-, minimum- en maximumbedragen vast van de rechtsplegingsvergoeding, onder meer in functie van de aard van de zaak en van de belangrijkheid van het geschil.

Op verzoek van een van de partijen, dat in voorkomend geval wordt gedaan na ondervraging door de rechter, kan deze bij een met bijzondere redenen omklede beslissing ofwel de vergoeding verminderen, ofwel die verhogen, zonder de door de Koning bepaalde maximum- en minimumbedragen te overschrijden. Bij zijn beoordeling houdt de rechter rekening met : - de financiële draagkracht van de verliezende partij, om het bedrag van de vergoeding te verminderen; - de complexiteit van de zaak; - de contractueel bepaalde vergoedingen voor de in het gelijk gestelde partij; - het kennelijk onredelijk karakter van de situatie.

Indien de in het ongelijk gestelde partij van de tweedelijns juridische bijstand geniet, wordt de rechtsplegingsvergoeding vastgelegd op het door de Koning vastgestelde minimum, tenzij in geval van een kennelijk onredelijke situatie. De rechter motiveert in het bijzonder zijn beslissing op dat punt.

Wanneer meerdere partijen de rechtsplegingsvergoeding ten laste van dezelfde in het ongelijk gestelde partij genieten, bedraagt het bedrag ervan maximum het dubbel van de maximale rechtsplegingsvergoeding waarop de begunstigde die gerechtigd is om de hoogste vergoeding te eisen aanspraak kan maken. Ze wordt door de rechter tussen de partijen verdeeld.

Geen partij kan boven het bedrag van de rechtsplegingsvergoeding worden aangesproken tot betaling van een vergoeding voor de tussenkomst van de advocaat van een andere partij ».

B.2. De verwijzende rechter vraagt het Hof of die bepaling de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt in zoverre een rechtsplegingsvergoeding ten laste van de Belgische Staat kan worden gelegd wanneer de procureur des Konings in het ongelijk wordt gesteld bij zijn op grond van artikel 184 van het Burgerlijk Wetboek ingestelde vordering tot nietigverklaring van een huwelijk.

De verwijzende rechter vergelijkt die situatie met die welke voortvloeit uit artikel 162bis van het Wetboek van strafvordering, volgens hetwelk geen enkele rechtsplegingsvergoeding van de Belgische Staat kan worden geëist wanneer het openbaar ministerie een strafvordering instelt die eindigt met een buitenvervolgingstelling of een vrijspraak.

B.3. Artikel 162bis van het Wetboek van strafvordering, vóór de wijziging ervan bij de wet van 21 februari 2010Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/02/2010 pub. 11/03/2010 numac 2010009184 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties type wet prom. 21/02/2010 pub. 23/06/2010 numac 2010000374 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties. - Duitse vertaling van uittreksels sluiten, bepaalde : « Ieder veroordelend vonnis, uitgesproken tegen de beklaagde en tegen de personen die voor het misdrijf burgerrechtelijk aansprakelijk zijn, veroordeelt hen tot het betalen aan de burgerlijke partij van de rechtsplegingsvergoeding bedoeld in artikel 1022 van het Gerechtelijk Wetboek.

De burgerlijke partij die rechtstreeks heeft gedagvaard en die in het ongelijk wordt gesteld, zal veroordeeld worden tot het aan de beklaagde betalen van de vergoeding bedoeld in artikel 1022 van het Gerechtelijk Wetboek. De vergoeding wordt bepaald door het vonnis ».

B.4. In zijn arrest nr. 182/2008 van 18 december 2008 met betrekking tot de beroepen tot vernietiging van de wet van 21 april 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/04/2007 pub. 31/05/2007 numac 2007009497 bron federale overheidsdienst justitie Wet betreffende de verhaalbaarheid van de erelonen en de kosten verbonden aan de bijstand van een advocaat sluiten betreffende de verhaalbaarheid van de erelonen en de kosten verbonden aan de bijstand van een advocaat, heeft het Hof geoordeeld dat de fundamentele verschillen tussen het openbaar ministerie en de burgerlijke partij kunnen verantwoorden dat de in de wet van 21 april 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/04/2007 pub. 31/05/2007 numac 2007009497 bron federale overheidsdienst justitie Wet betreffende de verhaalbaarheid van de erelonen en de kosten verbonden aan de bijstand van een advocaat sluiten bedoelde forfaitaire vergoedingsregeling niet wordt toegepast ten laste van de Staat. Door het openbaar ministerie en de burgerlijke partij verschillend te behandelen, heeft de wetgever het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie bijgevolg niet geschonden.

B.5. In zijn arrest nr. 83/2011 van 18 mei 2011 heeft het Hof op een prejudiciële vraag geantwoord dat artikel 1022 van het Gerechtelijk Wetboek, vóór de inwerkingtreding van de wet van 21 februari 2010Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/02/2010 pub. 11/03/2010 numac 2010009184 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties type wet prom. 21/02/2010 pub. 23/06/2010 numac 2010000374 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties. - Duitse vertaling van uittreksels sluiten, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt in zoverre een rechtsplegingsvergoeding ten laste van de Belgische Staat kan worden gelegd wanneer het arbeidsauditoraat in het ongelijk wordt gesteld bij zijn rechtsvordering ingesteld op grond van artikel 138bis, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek.

Het Hof was met name van oordeel dat het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie vereist dat die rechtsvorderingen, die in naam van het algemeen belang en in alle onafhankelijkheid door een publiek orgaan zijn ingesteld, op dezelfde wijze worden behandeld als de strafvorderingen.

In zijn arrest nr. 43/2012 van 8 maart 2012 heeft het Hof zich in soortgelijke bewoordingen uitgesproken over de herstelvordering die door de stedenbouwkundig inspecteur, op grond van artikel 6.1.43 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, voor de burgerlijke rechtbank wordt ingesteld.

B.6. Bij de wet van 21 februari 2010Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/02/2010 pub. 11/03/2010 numac 2010009184 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties type wet prom. 21/02/2010 pub. 23/06/2010 numac 2010000374 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties. - Duitse vertaling van uittreksels sluiten « tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties » wordt in artikel 1022 van het Gerechtelijk Wetboek een achtste lid ingevoegd dat bepaalt : « Geen enkele vergoeding is verschuldigd ten laste van de Staat : 1° wanneer het openbaar ministerie bij wege van rechtsvordering in burgerlijke procedures tussenkomt overeenkomstig artikel 138bis, § 1;2° wanneer het arbeidsauditoraat een rechtsvordering instelt voor de arbeidsgerechten overeenkomstig artikel 138bis, § 2 ». Krachtens artikel 6 van de wet van 21 februari 2010Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/02/2010 pub. 11/03/2010 numac 2010009184 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties type wet prom. 21/02/2010 pub. 23/06/2010 numac 2010000374 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties. - Duitse vertaling van uittreksels sluiten, zal die nieuwe bepaling in werking treden op een datum die de Koning zal bepalen.

Uit de parlementaire voorbereiding van die wet blijkt dat de wetgever een aantal tekortkomingen van de voormelde wet van 21 april 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/04/2007 pub. 31/05/2007 numac 2007009497 bron federale overheidsdienst justitie Wet betreffende de verhaalbaarheid van de erelonen en de kosten verbonden aan de bijstand van een advocaat sluiten, die aanleiding geven tot een aantal onbillijke situaties, heeft willen rechtzetten (Parl. St., Kamer, 2009-2010, DOC 52-2313/004, p. 4), en dat hij rekening heeft willen houden met het voormelde arrest nr. 182/2008. Hij heeft onder meer in twee nieuwe vrijstellingen voorzien « om het openbaar ministerie [en het arbeidsauditoraat] toe te staan [hun] rechtsvordering uit te oefenen in volle onafhankelijkheid, zonder rekening te houden met het financieel risico verbonden aan het proces » (Parl. St., Kamer, 2009-2010, DOC 52-2313/001, p. 6).

B.7. De thans in het geding zijnde vordering is door de procureur des Konings uitsluitend ingesteld in het algemeen belang en in volle onafhankelijkheid, met het oog op het handhaven van de in het Burgerlijk Wetboek neergelegde huwelijksvoorwaarden.

De voormelde vordering van de procureur des Konings moet bijgevolg op dezelfde wijze worden behandeld als de strafvordering, zodat de prejudiciële vraag om die reden bevestigend dient te worden beantwoord.

Om die redenen, het Hof zegt voor recht : Artikel 1022 van het Gerechtelijk Wetboek, vóór de inwerkingtreding van de wet van 21 februari 2010Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/02/2010 pub. 11/03/2010 numac 2010009184 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties type wet prom. 21/02/2010 pub. 23/06/2010 numac 2010000374 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de artikelen 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en 162bis van het Wetboek van strafvordering en tot opheffing van artikel 6 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties. - Duitse vertaling van uittreksels sluiten, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre een rechtsplegingsvergoeding ten laste van de Belgische Staat kan worden gelegd wanneer de procureur des Konings in het ongelijk wordt gesteld bij zijn op grond van artikel 184 van het Burgerlijk Wetboek ingestelde vordering tot nietigverklaring van een huwelijk.

Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 21 maart 2013.

De griffier, P.-Y. Dutilleux De voorzitter, M. Bossuyt

^