gepubliceerd op 17 april 2024
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 13 maart 2024, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 25 maart 2024, heeft het Hof van Cassatie de volgende prejudiciële vraag ge « Schendt artikel 78 van de wet van 5 mei 2014 betreffende de internering de artikelen 10 en 11 van(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij arrest van 13 maart 2024, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 25 maart 2024, heeft het Hof van Cassatie de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 78 van de wet van 5 mei 2014 betreffende de internering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre, krachtens die wetsbepaling, tegen de beslissingen van de kamer voor de bescherming van de maatschappij met betrekking tot de toekenning of de afwijzing van de beperkte detentie cassatieberoep openstaat voor het openbaar ministerie en de advocaat van de geïnterneerde persoon, terwijl tegen de beslissingen van de kamer voor de bescherming van de maatschappij met betrekking tot de toekenning of de afwijzing van de uitgaansvergunning geen cassatieberoep openstaat ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 8195 van de rol van het Hof.
De griffier, Nicolas Dupont