gepubliceerd op 20 juni 2022
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 10 mei 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 23 mei 2022, heeft het Hof van Beroep te Brussel de volgende prejudiciële vr « Schenden artikel 2.6.5, 1° en 2.6.10, § 1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening in de in(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij arrest van 10 mei 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 23 mei 2022, heeft het Hof van Beroep te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden artikel 2.6.5, 1° en 2.6.10, § 1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening in de interpretatie dat de categorie van rechtsonderhorigen die als gevolg van een bestemmingswijziging door een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) kunnen genieten van een meerwaarde op de volledige oppervlakte van het perceel dat door de bestemmingswijziging wordt getroffen op dezelfde manier worden belast als de categorie van rechtsonderhorigen die als gevolg van een bestemmingswijziging slechts kunnen genieten van een meerwaarde op een gedeelte van de oppervlakte van het perceel dat door de bestemmingswijziging wordt getroffen, de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, doordat in beide gevallen de planbatenheffing is verschuldigd op de totaliteit van de oppervlakte van het perceel dat door de bestemmingswijziging wordt getroffen, terwijl een deel onbebouwbaar is minstens onderhevig aan bouwbeperkingen ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 7809 van de rol van het Hof.
De griffier, F. Meersschaut