Etaamb.openjustice.be
Arrest Van Het Grondwettelijk Hof
gepubliceerd op 28 maart 2019

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 11 februari 2019, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 februari 2019, heeft het Arbeidshof te Luik, afdeling Luik, de volgen « - Schendt artikel 30 [bis], § 5, van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwe(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2019201358
pub.
28/03/2019
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij arrest van 11 februari 2019, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 februari 2019, heeft het Arbeidshof te Luik, afdeling Luik, de volgende prejudiciële vragen gesteld : « - Schendt artikel 30 [bis], § 5, van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het personen die zich in verschillende situaties bevinden, namelijk personen die te goeder trouw zijn en personen aan wie die eigenschap niet kan worden toegekend, op dezelfde manier behandelt, dat wil zeggen door hun dezelfde bijslag op te leggen ? - Schendt artikel 30 [bis], § 5, van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders artikel 16 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, dat een redelijk verband van evenredigheid vereist tussen de aangewende middelen en het nagestreefde doel, en in voorkomend geval met artikel 6 van dat Verdrag, in zoverre het voorziet in een bijslag die wordt gecumuleerd met twee andere mechanismen van herstel, zonder de mogelijkheid te geven, noch aan de RSZ, noch aan de justitiële rechter, om het bedrag van die bijslag te verminderen wanneer de voormelde cumulatie tot een sanctie leidt die niet evenredig is met de ten laste gelegde feiten ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 7127 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux

^