gepubliceerd op 10 februari 2017
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 16 december 2016 in zake de nv « T-Groep » tegen B.L., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 26 december 2016, heeft het Arbei « Schendt artikel 67, § 2, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, zo(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij arrest van 16 december 2016 in zake de nv « T-Groep » tegen B.L., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 26 december 2016, heeft het Arbeidshof te Bergen de volgende prejudiciële vragen gesteld : « Schendt artikel 67, § 2, van de
wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
03/07/1978
pub.
03/07/2008
numac
2008000527
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten
type
wet
prom.
03/07/1978
pub.
12/03/2009
numac
2009000158
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten
sluiten betreffende de arbeidsovereenkomsten, zoals het van kracht was op het ogenblik van de feiten, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet indien het in die zin wordt geïnterpreteerd dat het bedrag van het jaarlijkse loon, dat als criterium dient om de maximale duur van de proeftijd te bepalen, identiek is (dat wil zeggen het bedrag van het werkelijke loon van de bediende), zonder te letten op het feit dat die voltijds dan wel deeltijds werkt ? Schendt het voormelde artikel 67, § 2, dezelfde grondwetsbepalingen indien het in die zin wordt geïnterpreteerd dat het daarin vermelde bedrag van het jaarlijkse loon dat is van een bediende die voltijds werkt en dat ten aanzien van een bediende die deeltijds werkt, dat bedrag datgene is van het jaarlijkse loon dat die bediende proportioneel zou hebben gehad indien hij voltijds had gewerkt ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 6569 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux