gepubliceerd op 16 oktober 2003
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 12 september 2003 in zake de gemeente Dalhem tegen de n.v. Belgacom Mobile, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof « Is artikel 10, tweede lid, van de wet van 24 december 1996, gewijzigd bij artikel 92 van de wet v(...)
ARBITRAGEHOF
   Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6    januari 1989 op het Arbitragehof    Bij arrest van 12 september 2003 in zake de gemeente Dalhem tegen de    n.v. Belgacom Mobile, waarvan de expeditie ter griffie van het    Arbitragehof is ingekomen op 18 september 2003, heeft het Hof van    Beroep te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld :    « Is artikel 10, tweede lid, van de wet van 24 december 1996,    gewijzigd bij artikel 92 van de wet van 15 maart 1999, en in die zin    geïnterpreteerd dat het een vermoeden van gegrondheid van het    aanvankelijk bezwaar instelt, indien en wanneer bij de rechtbank van    eerste aanleg een fiscaal beroep aanhangig wordt gemaakt zonder dat    het initieel bezwaar beslecht is, in strijd met de artikelen 10, 11 en    172 van de gecoördineerde Grondwet, afzonderlijk of in samenhang    gelezen, doordat, enerzijds, dat vermoeden enkel van toepassing is op    de gemeentelijke of provinciale bepalingen en niet op de    rijksbelastingen, terwijl, anderzijds, het een verschil in behandeling    teweegbrengt tussen de belastingheffende overheid en de    belastingschuldige ? »    Die zaak is ingeschreven onder nummer 2784 van de rol van het Hof.
De griffier, L. Potoms.