gepubliceerd op 23 januari 2002
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest nr. 100.521 van 5 november 2001 in zake P. Seeuws tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is in « 1. Schendt artikel 24/25 van de wet van 27 december 1973 betreffende het statuut van het personee(...)
ARBITRAGEHOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest nr. 100.521 van 5 november 2001 in zake P. Seeuws tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 20 november 2001, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vragen gesteld : « 1. Schendt artikel 24/25 van de wet van 27 december 1973 betreffende het statuut van het personeel van het actief kader van het operationeel korps van de rijkswacht de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in de mate dat het bepaalt dat de tuchtstraf van de ambtshalve pensionering 'in eerste en laatste aanleg' wordt opgelegd terwijl alle andere ambtenaren, zoals de leden van het rijkspersoneel, de gemeenteambtenaren en inzonderheid de leden van de Krijgsmacht op grond van de op hen toepasselijke reglementering de mogelijkheid hebben om administratief beroep in te stellen tegen een tuchtstraf die hen wordt opgelegd of tegen een voorstel van tuchtstraf dat tegen hen wordt geformuleerd ? 2. Schenden de artikelen 24/13-1, 24/24-1, 24/25-1 en 24/39 van de wet van 27 december 1973 betreffende het statuut van [het] personeel van het actief kader van het operationeel korps van de rijkswacht de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in de mate dat zij aan de tuchtoverheid niet toelaten een tuchtstraf met uitstel uit te spreken terwijl de leden van de Krijgsmacht dat voordeel wel bezitten overeenkomstig artikel 39, eerste lid, van de wet van 14 januari 1975 houdende het tuchtreglement van de Krijgsmacht ? » Die zaak is ingeschreven onder nummer 2290 van de rol van het Hof. De griffier, L. Potoms.