Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêt du --
← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 129/2010 du 18 novembre 2010 Numéro du rôle : 4822 En cause : la question préjudicielle relative aux articles 80, alinéa 3, et 82, alinéa 2, de la loi du 8 août 1997 sur les faillites, posée par la Cour d'appel de Lièg La Cour constitutionnelle, composée des présidents M. Melchior et M. Bossuyt, et des juges R. He(...)"
Extrait de l'arrêt n° 129/2010 du 18 novembre 2010 Numéro du rôle : 4822 En cause : la question préjudicielle relative aux articles 80, alinéa 3, et 82, alinéa 2, de la loi du 8 août 1997 sur les faillites, posée par la Cour d'appel de Lièg La Cour constitutionnelle, composée des présidents M. Melchior et M. Bossuyt, et des juges R. He(...) Uittreksel uit arrest nr. 129/2010 van 18 november 2010 Rolnummer 4822 In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 80, derde lid, en 82, tweede lid, van de faillissementswet van 8 augustus 1997, gesteld door het Hof van Beroep Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en M. Bossuyt, en de rechter(...)
COUR CONSTITUTIONNELLE GRONDWETTELIJK HOF
Extrait de l'arrêt n° 129/2010 du 18 novembre 2010 Uittreksel uit arrest nr. 129/2010 van 18 november 2010
Numéro du rôle : 4822 Rolnummer 4822
En cause : la question préjudicielle relative aux articles 80, alinéa In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 80, derde
3, et 82, alinéa 2, de la loi du 8 août 1997 sur les faillites, posée lid, en 82, tweede lid, van de faillissementswet van 8 augustus 1997,
par la Cour d'appel de Liège. gesteld door het Hof van Beroep te Luik.
La Cour constitutionnelle, Het Grondwettelijk Hof,
composée des présidents M. Melchior et M. Bossuyt, et des juges R. samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en M. Bossuyt, en de
Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. rechters R. Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe,
Moerman, E. Derycke, J. Spreutels, T. Merckx-Van Goey et P. Nihoul, J.-P. Moerman, E. Derycke, J. Spreutels, T. Merckx-Van Goey en P.
assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président M. Nihoul, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder
Melchior, voorzitterschap van voorzitter M. Melchior,
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : wijst na beraad het volgende arrest :
I. Objet de la question préjudicielle et procédure I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging
Par arrêt du 30 novembre 2009 en cause de Carole Piret contre la SA « Bij arrest van 30 november 2009 in zake Carole Piret tegen de nv « AXA
AXA Bank Belgium », dont l'expédition est parvenue au greffe de la Bank Belgium », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is
Cour le 3 décembre 2009, la Cour d'appel de Liège a posé la question ingekomen op 3 december 2009, heeft het Hof van Beroep te Luik de
préjudicielle suivante : volgende prejudiciële vraag gesteld :
« N'existe-t-il pas une discrimination contraire aux articles 10 et 11 de la Constitution entre la situation du conjoint du failli excusé et celle de la personne ayant souscrit une déclaration de cohabitation légale avec le failli excusé en ce que le premier, personnellement obligé à la dette de son conjoint failli, est libéré de son obligation par l'effet de l'excusabilité tandis que la seconde qui s'est obligée avec le failli n'est pas libérée alors que l'un et l'autre sont tenus de contribuer aux charges de la vie commune et que par conséquent les revenus du premier seront définitivement exemptés tandis que ceux de « Is er geen sprake van een met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet strijdige discriminatie tussen de situatie van de echtgenoot van de verschoonde gefailleerde en die van de persoon die een verklaring van wettelijke samenwoning met de verschoonde gefailleerde heeft afgelegd, in zoverre de eerstgenoemde, die zich persoonlijk aansprakelijk heeft gesteld voor de schuld van zijn gefailleerde echtgenoot, door de werking van de verschoonbaarheid wordt bevrijd van zijn verplichting, terwijl de laatstgenoemde, die zich samen met de gefailleerde heeft verbonden, niet wordt bevrijd, hoewel beiden ertoe gehouden zijn bij te dragen in de lasten van het samenleven en de inkomsten van de eerstgenoemde bijgevolg definitief zullen worden vrijgesteld, terwijl die van de laatstgenoemde bezwaard blijven, met als gevolg dat de
la seconde restent grevés, avec la conséquence que le failli lui-même, gefailleerde zelf, wanneer hij wettelijk samenwoont buiten het
lorsqu'il cohabite légalement en dehors du mariage, reste, au huwelijk, in tegenstelling tot de gehuwde, mogelijk nog indirect moet
contraire de celui qui est marié, exposé à intervenir indirectement tegemoetkomen in de betaling van de schulden van diegene met wie hij
dans le paiement des dettes de celui dont il partage l'existence ? ». samenleeft ? ».
(...) (...)
III. En droit III. In rechte
(...) (...)
B.1. La Cour est interrogée sur la compatibilité de l'article 82 de la B.1. Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid van artikel 82
loi du 8 août 1997 sur les faillites (ci-après : la loi sur les van de faillissementswet van 8 augustus 1997 (hierna : de
faillites) avec les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce que le faillissementswet) met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in
conjoint d'un failli déclaré excusable est traité différemment du zoverre de echtgenoot van een verschoonbaar verklaarde gefailleerde
cohabitant légal d'un tel failli. Le premier, qui est personnellement verschillend wordt behandeld in vergelijking met de wettelijk
obligé à la dette de son conjoint failli, est libéré de son samenwonende van de verschoonbaar verklaarde gefailleerde. De
obligation, alors que le second, qui est personnellement obligé à la eerstgenoemde, die persoonlijk aansprakelijk is voor de schuld van
zijn gefailleerde echtgenoot, wordt van zijn verplichting bevrijd,
dette de son cohabitant failli, n'est pas libéré de son obligation. terwijl de laatstgenoemde, die persoonlijk aansprakelijk is voor de
schuld van zijn gefailleerde samenwonende, niet van zijn verplichting wordt bevrijd.
B.2. Tel qu'il a été partiellement remplacé par la loi du 20 juillet B.2. Zoals het gedeeltelijk werd vervangen bij de wet van 20 juli 2005
2005 et modifié par la loi du 18 juillet 2008, l'article 82 de la loi en gewijzigd bij de wet van 18 juli 2008, bepaalt artikel 82 van de
sur les faillites dispose : faillissementswet :
« Si le failli est déclaré excusable, il ne peut plus être poursuivi « Indien de gefailleerde verschoonbaar wordt verklaard, kan hij niet
par ses créanciers. meer vervolgd worden door zijn schuldeisers.
Le conjoint du failli qui est personnellement obligé à la dette de son De echtgenoot van de gefailleerde die persoonlijk aansprakelijk is
voor de schuld van zijn echtgenoot, of de voormalige echtgenoot die
époux ou l'ex-conjoint qui est personnellement obligé à la dette de persoonlijk aansprakelijk is voor de schuld die zijn voormalige
echtgenoot tijdens de duur van het huwelijk was aangegaan, wordt
son époux contractée du temps du mariage est libéré de cette ingevolge de verschoonbaarheid van die verplichting bevrijd.
obligation par l'effet de l'excusabilité. De verschoonbaarheid heeft noch gevolgen voor de onderhoudschulden,
L'excusabilité est sans effet sur les dettes alimentaires du failli et noch voor de schulden voortvloeiend uit de verplichting tot herstel
celles qui résultent de l'obligation de réparer le dommage lié au van de schade verbonden aan het overlijden of aan de aantasting van de
décès ou à l'atteinte à l'intégrité physique d'une personne qu'il a lichamelijke integriteit van een persoon waaraan de gefailleerde
causé par sa faute ». schuld heeft ».
B.3. La disposition en cause fait partie de la législation sur les faillites, qui vise essentiellement à réaliser un juste équilibre entre les intérêts du débiteur et ceux des créanciers. La déclaration d'excusabilité constitue pour le failli une mesure de faveur qui lui permet de reprendre ses activités sur une base assainie et ceci, non seulement dans son intérêt, mais aussi dans celui de ses créanciers ou de certains d'entre eux qui peuvent avoir intérêt à ce que leur débiteur reprenne ses activités sur une telle base, le maintien d'une activité commerciale ou industrielle pouvant en outre servir l'intérêt général (Doc. parl., Chambre, 1991-1992, n° 631/1, B.3. De in het geding zijnde bepaling maakt deel uit van de faillissementswetgeving die in essentie ertoe strekt een billijk evenwicht tot stand te brengen tussen de belangen van de schuldenaar en de belangen van de schuldeisers. De verklaring van verschoonbaarheid vormt voor de gefailleerde een gunstmaatregel die hem in staat stelt zijn activiteiten op een aangezuiverde basis te hervatten, en zulks niet alleen in zijn belang maar ook in het belang van zijn schuldeisers of sommigen onder hen die belang erbij kunnen hebben dat hun schuldenaar zijn activiteiten op een dergelijke basis hervat, waarbij het voortzetten van een handels- of industriële activiteit bovendien het algemeen belang kan dienen
pp. 35 et 36). (Parl. St., Kamer, 1991-1992, nr. 631/1, pp. 35 en 36).
De wetgever, die van oordeel is dat « de mogelijkheid tot herstel
Jugeant que « la faculté de se redresser est [...] utopique si [le [...] utopisch [blijft] indien [de gefailleerde] de last van het
failli] doit conserver la charge du passif », le législateur a estimé passief moet blijven dragen », heeft gemeend dat « het [...] immers
que « rien ne justifie que la défaillance du débiteur, conséquence de niet te verantwoorden [is] dat het in gebreke blijven van de
schuldenaar als gevolg van omstandigheden waarvan hij het slachtoffer
circonstances dont il est victime, l'empêche de reprendre d'autres is, hem verhindert andere activiteiten te verrichten » (Parl. St.,
activités » (Doc. parl., Chambre, 1991-1992, n° 631/13, p. 50). Kamer, 1991-1992, nr. 631/13, p. 50).
Il ressort des travaux préparatoires que le législateur s'est soucié Uit de parlementaire voorbereiding blijkt dat de wetgever « op een
de tenir « compte, de manière équilibrée, des intérêts combinés de la evenwichtige wijze rekening [heeft willen] houden met de gecombineerde
personne du failli, des créanciers, des travailleurs et de l'économie belangen van de gefailleerde zelf, van de schuldeisers, de werknemers
dans son ensemble » et d'assurer un règlement humain qui respecte les en de economie in zijn geheel » en voor een menselijke regeling heeft
droits de toutes les parties intéressées (Doc. parl., Chambre, willen zorgen die de rechten van alle betrokken partijen in acht neemt
1991-1992, n° 631/13, p. 29). (Parl. St., Kamer, 1991-1992, nr. 631/13, p. 29).
B.4. L'article 82, alinéa 2, libère de ses obligations le conjoint du failli excusé qui est personnellement obligé à la dette du failli. La Cour doit examiner si cette mesure a des effets discriminatoires à l'égard du cohabitant légal du failli excusé qui est personnellement obligé à la dette de ce failli. Pour ce faire, il convient de tenir compte des caractéristiques respectives du mariage et de la cohabitation légale, d'une part, et des objectifs économiques et sociaux de la mesure litigieuse, d'autre part. B.5. La différence de traitement entre conjoints et cohabitants légaux se fonde sur le fait que leur situation juridique diffère aussi bien en ce qui concerne leurs devoirs personnels mutuels que pour ce qui est de leur situation patrimoniale. Cette situation juridique différente peut, dans certains cas, lorsqu'elle est liée au but de la mesure, justifier une différence de traitement entre conjoints et cohabitants légaux. Il y a dès lors lieu d'examiner si les caractéristiques respectives du mariage et de la B.4. Artikel 82, tweede lid, bevrijdt de echtgenoot van de verschoonbaar verklaarde gefailleerde, die persoonlijk aansprakelijk is voor de schuld van de gefailleerde, van zijn verplichtingen. Het Hof dient te onderzoeken of die maatregel een discriminatie inhoudt ten aanzien van de wettelijk samenwonende van de verschoonbaar verklaarde gefailleerde die persoonlijk aansprakelijk is voor de schuld van die gefailleerde. Daarbij dient rekening te worden gehouden met de respectieve kenmerken van het huwelijk en van de wettelijke samenwoning, enerzijds, en met de economische en sociale doelstellingen van de in het geding zijnde maatregel, anderzijds. B.5. Het verschil in behandeling tussen echtgenoten en wettelijk samenwonenden steunt op het feit dat hun juridische toestand verschilt, zowel wat hun persoonlijke verplichtingen jegens elkaar, als wat hun vermogensrechtelijke toestand betreft. Die verschillende juridische toestand kan in bepaalde gevallen, wanneer die verband houdt met het doel van de maatregel, een verschil in behandeling tussen echtgenoten en wettelijk samenwonenden rechtvaardigen. Er dient bijgevolg te worden onderzocht of de respectieve kenmerken van het huwelijk en van de wettelijke
cohabitation légale - s'agissant de celles en rapport avec l'objet et samenwoning - in verband met het onderwerp en het doel van de in het
la finalité de la mesure en cause - justifient que le cohabitant légal geding zijnde maatregel - verantwoorden dat de wettelijk samenwonende
van de verschoonbaar verklaarde gefailleerde niet van zijn
du failli excusé ne soit pas libéré de son obligation par l'effet de verplichting wordt bevrijd door de werking van de verschoonbaarheid,
l'excusabilité, à l'inverse du conjoint du failli excusé, également in tegenstelling tot de echtgenoot van de verschoonbaar verklaarde
obligé à la dette de ce dernier. gefailleerde, die eveneens aansprakelijk is voor de schuld van die
laatstgenoemde.
B.6.1. Les époux se doivent mutuellement secours et assistance B.6.1. Echtgenoten zijn elkaar hulp en bijstand verschuldigd (artikel
(article 213 du Code civil); ils bénéficient de la protection du 213 van het Burgerlijk Wetboek); zij genieten de bescherming van de
logement de la famille et des meubles meublants (article 215 du Code gezinswoonst en de huisraad (artikel 215 van het Burgerlijk Wetboek);
civil); les époux doivent consacrer leurs revenus par priorité à leur de echtgenoten moeten hun inkomsten bij voorrang besteden aan hun
contribution aux charges du mariage (article 217 du Code civil), bijdrage in de lasten van het huwelijk (artikel 217 van het Burgerlijk
auxquelles ils doivent contribuer selon leurs facultés (article 221 du Wetboek), waarin zij moeten bijdragen naar vermogen (artikel 221 van
Code civil). Les dettes qui sont contractées par l'un des époux pour het Burgerlijk Wetboek). Schulden die door een der echtgenoten worden
les besoins du ménage et l'éducation des enfants obligent aangegaan ten behoeve van de huishouding en de opvoeding van de
kinderen verbinden de andere echtgenoot hoofdelijk, behoudens wanneer
solidairement l'autre époux, sauf lorsqu'elles sont excessives eu zij, gelet op de bestaansmiddelen van het gezin, buitensporig zijn
égard aux ressources du ménage (article 222 du Code civil). (artikel 222 van het Burgerlijk Wetboek).
B.6.2. Par cohabitation légale, il y a lieu d'entendre la situation de B.6.2. Onder wettelijke samenwoning wordt verstaan de toestand van
vie commune de deux personnes ayant fait une déclaration écrite de samenleven van twee personen die een schriftelijke verklaring van
cohabitation légale (article 1475 du Code civil). La cohabitation wettelijke samenwoning hebben afgelegd (artikel 1475 van het
légale cesse lorsque l'une des parties se marie ou décède. Il peut Burgerlijk Wetboek). De wettelijke samenwoning houdt op wanneer een
également être mis fin à la cohabitation légale par les cohabitants, van de partijen in het huwelijk treedt of overlijdt. Zij kan tevens
soit de commun accord, soit unilatéralement, au moyen d'une door de samenwonenden worden beëindigd, in onderlinge overeenstemming
déclaration écrite qui est remise à l'officier de l'état civil, qui of eenzijdig, door middel van een schriftelijke verklaring bij de
acte la cessation de la cohabitation légale dans le registre de la ambtenaar van de burgerlijke stand, die daarvan melding maakt in het
population (article 1476 du Code civil). bevolkingsregister (artikel 1476 van het Burgerlijk Wetboek).
Les dispositions suivantes s'appliquent à la cohabitation légale : la Op de wettelijke samenwoning zijn de volgende bepalingen toepasselijk
protection légale du domicile familial (articles 215, 220, § 1er, et : de wettelijke bescherming van de gezinswoning (artikelen 215, 220, §
224, § 1er, 1, du Code civil) s'applique par analogie à la 1, en 224, § 1, 1, van het Burgerlijk Wetboek) wordt van
cohabitation légale; les cohabitants légaux contribuent aux charges de overeenkomstige toepassing verklaard op de wettelijke samenwoning; de
wettelijk samenwonenden dragen bij in de lasten van het samenleven
la vie commune en proportion de leurs facultés et toute dette non naar evenredigheid van hun mogelijkheden en iedere niet-buitensporige
excessive contractée par l'un des cohabitants légaux pour les besoins schuld die door een der wettelijk samenwonenden wordt aangegaan ten
de la vie commune et des enfants qu'ils éduquent oblige solidairement behoeve van het samenleven en van de kinderen die door hen worden
l'autre cohabitant (article 1477 du Code civil). B.7. Lorsque le législateur introduit dans la loi sur les faillites une possibilité de déclarer le failli excusable et étend les effets de l'excusabilité au conjoint du failli qui est personnellement obligé à la dette du failli mais que cette mesure de faveur ne profite pas au cohabitant légal également personnellement obligé à la dette du failli, il traite différemment des personnes tenues au règlement des mêmes dettes. En effet, dans les deux situations, le conjoint et le cohabitant légal ont souscrit une obligation personnelle ou y sont tenus, laquelle ne porte toutefois pas sur le paiement d'une dette propre mais sur la liquidation d'une dette du débiteur principal failli. En ce qui concerne le conjoint engagé personnellement en faveur de son époux failli, les poursuites ne peuvent plus être exercées sur ses biens par les créanciers du failli, en raison de l'extension des effets de l'excusabilité. Par contre, le cohabitant légal engagé personnellement en faveur de son cohabitant failli ne bénéficie en rien des effets de l'excusabilité et reste tenu d'apurer, sur ses biens actuels et futurs, une dette pour laquelle son cohabitant légal ne peut plus être poursuivi. En n'étendant pas aux cohabitants légaux personnellement obligés à la dette de leur cohabitant failli la règle de l'excusabilité, le législateur a créé une différence de traitement qui, au regard de l'objectif décrit en B.3, n'est pas raisonnablement justifiée. opgevoed, verbindt de andere samenwonende hoofdelijk (artikel 1477 van het Burgerlijk Wetboek). B.7. Wanneer de wetgever in de faillissementswet een mogelijkheid invoert om de gefailleerde verschoonbaar te verklaren en de gevolgen van de verschoonbaarheid uitbreidt tot de echtgenoot van de gefailleerde die zich persoonlijk aansprakelijk heeft gesteld voor de schuld van de gefailleerde, terwijl die gunstmaatregel niet ten goede komt aan de wettelijk samenwonende die zich eveneens persoonlijk aansprakelijk heeft gesteld voor de schuld van de gefailleerde, behandelt hij personen die gehouden zijn tot de regeling van dezelfde schulden, op verschillende wijze. Immers, in beide situaties hebben de echtgenoot en de wettelijk samenwonende een persoonlijke verplichting aangegaan of zijn ze daartoe gehouden, die evenwel geen betrekking heeft op de betaling van een eigen schuld, maar op de vereffening van een schuld van de gefailleerde hoofdschuldenaar. Ten aanzien van de echtgenoot die zich persoonlijk heeft verbonden ten gunste van zijn gefailleerde echtgenoot, kunnen de vervolgingen, door de schuldeisers van de gefailleerde, op zijn goederen, wegens de uitbreiding van de gevolgen van de verschoonbaarheid, niet langer plaatsvinden. De wettelijk samenwonende die zich persoonlijk heeft verbonden ten gunste van zijn gefailleerde samenwonende, geniet daarentegen geenszins de gevolgen van de verschoonbaarheid en blijft ertoe gehouden, op zijn bestaande en toekomstige goederen, een schuld aan te zuiveren waarvoor zijn wettelijk samenwonende niet langer kan worden vervolgd. Door de regel van de verschoonbaarheid niet uit te breiden tot de wettelijk samenwonenden die zich persoonlijk aansprakelijk hebben gesteld voor de schuld van hun gefailleerde samenwonende, heeft de wetgever een verschil in behandeling ingevoerd dat, ten aanzien van het in B.3 omschreven doel, niet redelijk verantwoord is.
B.8. Dès lors que la lacune constatée en B.7 est située dans le texte B.8. Aangezien de in B.7 vastgestelde leemte zich bevindt in de aan
soumis à la Cour, il appartient au juge a quo de mettre fin à het Hof voorgelegde tekst, komt het de verwijzende rechter toe een
l'inconstitutionnalité constatée par celle-ci, ce constat étant einde te maken aan de door het Hof vastgestelde ongrondwettigheid,
exprimé en des termes suffisamment précis et complets pour permettre vermits die vaststelling is uitgedrukt in voldoende precieze en
que la disposition en cause soit appliquée dans le respect des volledige bewoordingen om toe te laten dat de in het geding zijnde
articles 10 et 11 de la Constitution. bepaling wordt toegepast met inachtneming van de artikelen 10 en 11
van de Grondwet.
B.9. La question préjudicielle appelle une réponse positive. B.9. De prejudiciële vraag dient bevestigend te worden beantwoord.
Par ces motifs, Om die redenen,
la Cour het Hof
dit pour droit : zegt voor recht :
En ce qu'il ne prévoit pas la possibilité, pour le cohabitant légal In zoverre artikel 82, tweede lid, van de faillissementswet van 8
qui est personnellement obligé à la dette de son cohabitant légal augustus 1997 niet in de mogelijkheid voorziet voor de wettelijk
failli déclaré excusable, d'être libéré de ses obligations, l'article samenwonende die persoonlijk aansprakelijk is voor de schuld van de
82, alinéa 2, de la loi du 8 août 1997 sur les faillites viole les verschoonbaar verklaarde gefailleerde die met hem wettelijk
samenwoont, om van zijn verplichtingen te worden bevrijd, schendt het
articles 10 et 11 de la Constitution. de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.
Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, Aldus uitgesproken in het Frans en in het Nederlands, overeenkomstig
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het
la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 18 novembre 2010. Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 18 november 2010.
Le greffier, De griffier,
P.-Y. Dutilleux. P.-Y. Dutilleux.
Le président, De voorzitter,
M. Melchior. M. Melchior.
^