gepubliceerd op 30 maart 2015
Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering Op voorstel van de Overeenkomstencommissie Orthopedisten - Verzekeringsinstellingen van 3 maart 2015 en met uitvoering van artikel 22, 4° bis, van de wet betreffende de verplichte verzekeri Interpretatieregels betreffende de verstrekkingen van artikel 29, § 1, van de nomenclatuur van(...)
FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID
   Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering    Op voorstel van de Overeenkomstencommissie Orthopedisten -    Verzekeringsinstellingen van 3 maart 2015 en met uitvoering van    artikel 22, 4° bis, van de wet betreffende de verplichte verzekering    voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli    1994, heeft het Comité van de Verzekering voor Geneeskundige    Verzorging op 16 maart 2015 de onderstaande interpretatieregel    vastgesteld:    Interpretatieregels betreffende de verstrekkingen van artikel 29, § 1,    van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen:    "INTERPRETATIEREGEL 35    VRAAG    Mogen orthopedische zolen en orthopedische schoenen gecumuleerd    worden?    ANTWOORD    Nee, orthopedische zolen (verstrekking 653973 - 653984 in artikel 29    en verstrekking 604575 - 604586 in artikel 27) en orthopedische    schoenen (verstrekkingen onder § 1 H, orthopedische schoenen in    artikel 29) zijn onderling niet cumuleerbaar.
De eerste aflevering van orthopedische schoenen binnen de hernieuwingstermijn van orthopedische zolen is toegelaten." Deze interpretatieregel heeft uitwerking vanaf 1 april 1995.
De Leidend ambtenaar, H. DE RIDDER De Voorzitter, G. PERL