gepubliceerd op 14 augustus 2012
Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering Interpretatieregels betreffende de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen Op voorstel van de Technische Raad voor Implantaten van 5 juli 2012, en in uitvoering van artikel 22, Interpretatieregels betreffende de verstrekkingen van artikel 35, § 1, van de nomenclatuur van(...)
FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID
Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering Interpretatieregels betreffende de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen Op voorstel van de Technische Raad voor Implantaten van 5 juli 2012, en in uitvoering van artikel 22, 4° bis, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, heeft het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging op 23 juli 2012 de hiernagaande interpretatieregel vastgesteld : Interpretatieregels betreffende de verstrekkingen van artikel 35, § 1, van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen : « Interpretatieregel 21 Vraag Hoe maken we het verschil tussen de 2 volgende verstrekkingen : 695273-695284 Cefalische prothese ter vervanging van enkel de humeruskop U 636 720296-720300 Oppervlakteimplantaat voor een gedeeltelijke vervanging van het gewrichtskraakbeen voor het geheel van de samenstellende elementen U 1550 ? Antwoord Indien de maat (diameter) van het product kleiner is dan 35 mm, moet dit beschouwd worden als een oppervlakteimplantaat voor een gedeeltelijke vervanging van het gewrichtskraakbeen. Indien de maat (diameter) van het product groter is dan of gelijk is aan 35 mm, moet dit beschouwd worden als een cefalische prothese. » De voornoemde interpretatieregel heeft uitwerking met ingang van 1 juni 2009.
De Leidend ambtenaar, H. DE RIDDER. De Voorzitter, G. PERL.