gepubliceerd op 28 mei 2003
Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering Interpretatieregels betreffende de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen Op voorstel van de Technische Raad voor Implantaten van 14 april 2003 en in uitvoering van artikel 22, 4° Interpretatieregels betreffende de verstrekkingen van artikel 35bis, § 1,van de nomenclatuur (...)
FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID
Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering Interpretatieregels betreffende de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen Op voorstel van de Technische Raad voor Implantaten van 14 april 2003 en in uitvoering van artikel 22, 4°bis, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, heeft het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging op 28 april 2003 de hiernagaande interpretatieregels vastgesteld : Interpretatieregels betreffende de verstrekkingen van artikel 35bis, § 1,van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen : « Interpretatieregel 1 Vraag Hoe kan het viscerosynthesemateriaal gebruikt naar aanleiding van de verstrekking 241452-241463 vergoed worden ? Antwoord Indien de verstrekking 241452-241463 als een open ingreep wordt uitgevoerd, wordt het gebruikte viscerosynthesemateriaal vergoed via de verstrekking 686534-686545 (U 510). De verstrekking 694256-694260 (U 363) mag niet aangerekend worden.
Indien de verstrekking 241452-241463 als een endoscopische ingreep wordt uitgevoerd, mogen de verstrekkingen 686534-686545 (U 510) en 694256-694260 (U 363) worden aangerekend.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Interpretatieregel 2 Vraag Hoe kan het viscerosynthesemateriaal gebruikt naar aanleiding van de verstrekking 244031-244042 vergoed worden ? Antwoord Indien de verstrekking verstrekking 244031-244042 als een open ingreep wordt uitgevoerd, wordt het gebruikte viscerosynthesemateriaal vergoed via de verstrekking 686556-686560 (U 430). De verstrekking 694256-694260 (U 363) mag niet aangerekend worden.
Indien de verstrekking 244031-244042 als een endoscopische ingreep wordt uitgevoerd, mogen de verstrekkingen 686556-686560 (U 430) en 694256-694260 (U 363) worden aangerekend.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Interpretatieregel 3 Vraag Hoe kan het viscerosynthesemateriaal gebruikt naar aanleiding van de verstrekking 244053-244064 vergoed worden ? Antwoord Indien de verstrekking 244053-244064 als een open ingreep wordt uitgevoerd, wordt het gebruikte viscerosynthesemateriaal vergoed via de verstrekking 686652-686663 (U 80). De verstrekking 694256-694260 (U 363) mag niet aangerekend worden. Indien de verstrekking 244053-244064 als een endoscopische ingreep wordt uitgevoerd, mogen de verstrekkingen 686652-686663 (U 80) en 694256-694260 (U 363) worden aangerekend.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Interpretatieregel 4 Vraag Hoe kan het viscerosynthesemateriaal gebruikt naar aanleiding van de verstrekking 244753-244764 vergoed worden ? Antwoord Indien de verstrekking 244753-244764 als een open ingreep wordt uitgevoerd, wordt het gebruikte viscerosynthesemateriaal vergoed via de verstrekking 686512-686523 (U 590). De verstrekking 694256-694260 (U 363) mag niet aangerekend worden.
Indien de verstrekking 244753-244764 als een endoscopische ingreep wordt uitgevoerd, mogen de verstrekkingen 686512-686523 (U 590) en 694256-694260 (U 363) worden aangerekend.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Interpretatieregel 5 Vraag Hoe kan het endoscopisch en viscerosynthesemateriaal gebruikt naar aanleiding van de verstrekking 243073-243084 vergoed worden ? Antwoord Het endoscopisch en viscerosynthesemateriaal gebruikt naar aanleiding van de ingreep 243073-243084 wordt vergoed via de verstrekking 687433-687444 (U 360), ongeacht of de ingreep via een open of endoscopische benadering werd uitgevoerd.
De verstrekking 694352-694363 (U 360) mag niet aangerekend worden.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Interpretatieregel 6 Vraag Hoe kan het viscerosynthesemateriaal gebruikt naar aanleiding van de verstrekking 228174-228185 vergoed worden ? Antwoord Indien de verstrekking 228174-228185 als een open ingreep wordt uitgevoerd, wordt het gebruikte viscerosynthesemateriaal vergoed via de verstrekking 686571-686582 (U 510), 686593-686604 (U 1150), 686615-686626 (U 1230), of 686630-686641 (U 810) naargelang de benadering van uitvoering.
Indien de verstrekking 228174-228185 als een endoscopische ingreep wordt uitgevoerd, wordt het gebruikte endoscopisch en viscerosynthesemateriaal vergoed via de verstrekking 686571-686582 (U 510), 686593-686604 (U 1150), 686615-686626 (U 1230), of 686630-686641 (U 810) naargelang de benadering van uitvoering en via de verstrekking 694470-694481 (U 363).
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Interpretatieregel 7 Vraag Hoe kan het materiaal gebruikt naar aanleiding van de verstrekking 229574-229585 vergoed worden? Antwoord Naargelang het gebruikte materiaal kunnen de verstrekkingen 687455-687466 (U 900), 689290-689301 (U 350) en 694514-694525 (U 242) gecumuleerd worden.
De verstrekking 689290-689301 mag echter enkel worden aangerekend indien ernaast de arteriële greffen (a. mamaria) ook veneuze (v. saphena) worden gebruikt.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld De voornoemde interpretatieregels hebben uitwerking vanaf 1 april 2003.
De Leidend ambtenaar, F. PRAET De Voorzitter, D. SAUER