gepubliceerd op 01 maart 2002
Controlecommissie betreffende de verkiezingsuitgaven en de boekhouding van de politieke partijen Onderzoek van de verkiezingsuitgaven van de politieke partijen voor de provincie-, de gemeente- en de districtsraadsverkiezingen en voor de rechtstr Overeenkomstig artikel 10, § 3, van de wet van 7 juli 1994 betreffende de beperking en de cont(...)
FEDERALE KAMERS
Controlecommissie betreffende de verkiezingsuitgaven en de boekhouding van de politieke partijen Onderzoek van de verkiezingsuitgaven van de politieke partijen voor de provincie-, de gemeente- en de districtsraadsverkiezingen en voor de rechtstreekse verkiezingen van de raden voor maatschappelijk welzijn van 8 oktober 2000 Overeenkomstig artikel 10, § 3, van de wet van 7 juli 1994 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezing van de provincieraden en de gemeenteraden en de districtsraden en voor de rechtstreekse verkiezing van de raden voor maatschappelijk welzijn wordt hierna de eindbeslissing van de Controlecommissie gepubliceerd, zoals omschreven in artikel 10, § 2, van de voormelde wet (cf. Stuk Senaat, nr. 2-902/1 en Kamer, nr. 50 1449/1). 1. Overeenkomstig artikel 10, § 1, van de wet van 7 juli 1994 heeft de Controlecommissie, op grond van onder meer het tussentijds verslag van de rapporteurs, de verslagen van de voorzitters van de rechtbanken van eerste aanleg van Brussel en Namen op hun juistheid en volledigheid onderzocht.Aangezien deze verslagen al de informatie bevatten aan de hand waarvan de commissie de aangiften van de politieke partijen met een nationaal lijstnummer en een beschermd letterwoord kon controleren of nader onderzoeken, keurt zij deze, met inachtneming van artikel 13, tweede lid, van haar statuten, bij eenparigheid goed. 2. Hierna volgt het door artikel 10, § 2, 1°, van de wet van 7 juli 1994 voorgeschreven overzicht van het totaalbedrag per politieke partij van de verkiezingsuitgaven ten voordele van deze partij, uitgedrukt in Belgische frank : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3.De commissie heeft geen overtredingen van de artikelen 2 en 7 van de wet van 7 juli 1994 vastgesteld die haar zouden noodzaken de door artikel 11 van de voormelde wet bepaalde sanctie toe te passen, te weten de verbeurdverklaring door een politieke partij van haar dotatie gedurende een periode van ten minste één maand en ten hoogste vier maanden.
Brussel, 20 maart 2001.
De Voorzitters van de Controlecommissie, H. DE CROO A. DE DECKER _______ Nota (1) Cf.de verklaring van de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg van Brussel : « Il est impossible de déterminer le montant total autorisé pour cette liste puisque la déclaration du FN ne mentionne pas le nombre de listes présentées. »