Etaamb.openjustice.be
Wet van 19 augustus 2011
gepubliceerd op 28 december 2012

Wet houdende instemming met het Protocol, gedaan te Parijs op 24 juni 2009, tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar vermogenswinsten, ondertekend te Brussel op 1 juni 1987 (2) (3)

bron
federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking
numac
2011015096
pub.
28/12/2012
prom.
19/08/2011
ELI
eli/wet/2011/08/19/2011015096/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)Kamer (parl. doc.)Senaat (fiche)
Document Qrcode

19 AUGUSTUS 2011. - Wet houdende instemming met het Protocol, gedaan te Parijs op 24 juni 2009, tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar vermogenswinsten, ondertekend te Brussel op 1 juni 1987 (1) (2) (3)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2.Het Protocol, gedaan te Parijs op 24 juni 2009, tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar vermogenswinsten, ondertekend te Brussel op 1 juni 1987, zal volkomen gevolg hebben.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 19 augustus 2011.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken, S. VANACKERE. De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, S. DE CLERCK ______ Nota (1) Zitting 2010-2011. Senaat : Documenten.

Ontwerp van wet ingediend op 20/04/2011, nr. 5-965/1.

Amendementen nr. 5-965/2.

Verslag, nr. 5-965/3.

Tekst aangenomen door de commissie nr. 5-965/4.

Parlementaire Handelingen.

Bespreking, vergadering van 9 juni 2011.

Stemming, vergadering van 9 juni 2011.

Kamer : Documenten.

Ontwerp overgezonden door de Senaat, nr. 53-1578/1.

Tekst aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd, nr. 53-1578/2.

Parlementaire Handelingen.

Bespreking, vergadering van 7 juli 2011.

Stemming, vergadering van 7 juli 2011. (2) Zie Decreet van de Vlaamse Gemeenschap/Gewest van 13 juli 2012 (Belgisch Staatsblad van 11 september 2012 - Ed.2), Decreet van de Franse Gemeenschap van 19 april 2012 (Belgisch Staatsblad van 27 juni 2012 - Ed. 1), Decreet van de Duitstalige Gemeenschap van 24 september 2012 (Belgisch Staatsblad van 24 oktober 2012 - Ed. 2), Decreet van het Waalse Gewest van 26 april 2012 (Belgisch Staatsblad van 22 mei 2012 - Ed. 1), Ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 21 december 2012. (3) Dit Protocol treedt in werking op 24 december 2012, overeenkomstig zijn artikel XX, 1. Protocol amending the Convention between the Government of the Kingdom of Belgium and the Government of the United Kingdom of Great Britain and Northern Ireland for the avoidance of double taxation and the prevention of fiscal evasion with respect to taxes on income and capital gains, signed at Brussels on 1 june 1987 The Government of the Kingdom of Belgium and the Government of the United Kingdom of Great Britain and Northern Ireland, Desiring to amend the Convention for the avoidance of double taxation and the prevention of fiscal evasion with respect to taxes on income and capital gains, signed at Brussels on 1 June 1987 (hereinafter referred to as "the Convention"), Have agreed as follows : ARTICLE I The text of Article 2 of the Convention is deleted and replaced by the following : « 1. This Convention shall apply to taxes on income and on capital gains imposed on behalf of a Contracting State or of its political subdivisions or local authorities, irrespective of the manner in which they are levied. 2. There shall be regarded as taxes on income and on capital gains all taxes imposed on total income or on elements of income, including taxes on gains from the alienation of movable or immovable property, as well as taxes on capital appreciation.3. The existing taxes to which the Convention shall apply are in particular : (a) in the United Kingdom : (i) the income tax; (ii) the corporation tax; (iii) the capital gains tax; (iv) the petroleum revenue tax; (hereinafter referred to as "United Kingdom tax"); (b) in Belgium : (i) the individual income tax (l'impôt des personnes physiques - de personenbelasting); (ii) the corporate income tax (l'impôt des sociétés - de vennootschapsbelasting); (iii) the income tax on legal entities (l'impôt des personnes morales - de rechtspersonenbelasting); (iv) the income tax on non-residents (l'impôt des non-résidents - de belasting van niet-inwoners); including the prepayments and the surcharges on these taxes and prepayments; (hereinafter referred to as "Belgian tax"). 4. The Convention shall apply also to any identical or substantially similar taxes that are imposed after the date of signature of the Convention in addition to, or in place of, the existing taxes.The competent authorities of the Contracting States shall notify each other of any significant changes that have been made in their taxation laws. » ARTICLE II 1. The text of paragraph 1, (i) of Article 3 of the Convention is deleted and replaced by the following : « (i) the term "international traffic" means any transport by a ship, an aircraft or a road or railway vehicle operated by an enterprise of a Contracting State, except when the ship, aircraft or road or railway vehicle is operated solely between places in the other Contracting State;» 2. The text of paragraph 1, (j) of Article 3 of the Convention is deleted and replaced by the following : « (j) the term "competent authority" means : (i) in the United Kingdom, the Commissioners for Her Majesty's Revenue and Customs or their authorised representative;And (ii) in Belgium, the minister of Finance or his authorised representative; » 3. The following sub-paragraph (l) is inserted in paragraph 1 of Article 3 of the Convention : « (l) the term "pension scheme" means any plan, scheme, fund, trust or other arrangement established in a Contracting State : (i) to the extent that it is operated to administer or provide pension or retirement benefits or to earn income for the benefit of one or more such arrangements, and (ii) provided that it is either : A) in the case of Belgium, an entity, including pension funds, or a pension scheme arranged through an insurance company, that is organised under Belgian law and is regulated by the Banking, Finance and Insurance Commission or registered with the Belgian tax administration;or B) in the case of the United Kingdom, a pension scheme (other than a social security scheme) registered under Part 4 of the Finance Act 2004, including pension funds or pension schemes arranged through insurance companies and unit trusts where the unit holders are exclusively pension schemes.

The competent authorities may agree to include in the above, pension schemes of identical or substantially similar economic or legal nature. » ARTICLE III 1. The text of paragraph 1 of Article 4 of the Convention is deleted and replaced by the following : « 1.For the purposes of this Convention, the term "resident of a Contracting State" means any person who, under the laws of that State, is liable to tax therein by reason of his domicile, residence, place of management, place of incorporation or any other criterion of a similar nature. However, this term does not include any person who is liable to tax in a Contracting State in respect only of income from sources in that State. » 2. The following paragraph 5 is inserted in Article 4 of the Convention : « 5.The term "resident of a Contracting State" includes : (a) a pension scheme established in that State;and (b) a non-profit organisation that is established and is operated exclusively for religious, charitable, scientific, cultural or educational purposes (or for more than one of those purposes) which is a resident of that State according to its laws, notwithstanding that all or part of its income or gains may be exempt from tax under the domestic law of that State.» ARTICLE IV Article 8 of the Convention is deleted and replaced by the following : « Article 8 Shipping and Air Transport « 1. Profits of an enterprise of a Contracting State from the operation of ships or aircraft in international traffic shall be taxable only in that State. 2. The provisions of paragraph 1 shall also apply to profits from the participation in a pool, a joint business or an international operating agency.» ARTICLE V The text of Article 10 of the Convention is deleted and replaced by the following : « 1. Dividends paid by a company which is a resident of a Contracting State to a resident of the other Contracting State may be taxed in that other State. 2. However, such dividends may also be taxed in the Contracting State of which the company paying the dividends is a resident and according to the laws of that State, but if the beneficial owner of the dividends is a resident of the other Contracting State, the tax so charged shall not exceed 10 per cent of the gross amount of the dividends.3. Notwithstanding the provisions of paragraph 2 of this Article, dividends shall not be taxed in the Contracting State of which the company paying the dividends is a resident if the beneficial owner of the dividends is : (a) a company which is a resident of the other Contracting State and which holds, for an uninterrupted period of at least twelve months, shares representing directly at least 10 per cent of the capital of the company paying the dividends;(b) a pension scheme which is a resident of the other Contracting State, provided that such dividends are not derived from the carrying on of a business by the pension scheme or through an associated enterprise.4. Notwithstanding the provisions of paragraphs 2 and 3, (a) of this Article, dividends paid out of income (including gains) derived directly or indirectly from immovable property within the meaning of Article 6 of this Convention by an investment vehicle resident of a Contracting State whose income from such immovable property is exempt from tax and which distributes most of that income annually may also be taxed in that State and according to the laws of that State, but if the beneficial owner of the dividends is a resident of the other Contracting State, the tax so charged shall not exceed 15 per cent of the gross amount of the dividends. The provisions of paragraphs 2, 3 and 4 of this Article shall not affect the taxation of the company in respect of the profits out of which the dividends are paid. 5. The term "dividends" as used in this Article means income from shares, "jouissance" shares or "jouissance" rights, mining shares, founders' shares or other rights, not being debt-claims, participating in profits, as well as any other item which is subjected to the same taxation treatment as income from shares by the laws of the State of which the paying company is a resident.6. The provisions of paragraphs 1, 2, 3 and 4 of this Article shall not apply if the beneficial owner of the dividends, being a resident of a Contracting State, carries on business in the other Contracting State, of which the company paying the dividends is a resident, through a permanent establishment situated therein, or performs in that other State independent personal services from a fixed base situated therein, and the holding in respect of which the dividends are paid is effectively connected with such permanent establishment or fixed base.In such case the provisions of Article 7 or Article 14 of this Convention, as the case may be, shall apply. 7. Where a company is a resident of a Contracting State, the other Contracting State may not impose any tax on the dividends paid by the company to a resident of the first-mentioned State, or subject the company's undistributed profits to a tax on undistributed profits, even if the dividends paid or the undistributed profits consist wholly or partly of profits or income arising in such other State.The provisions of this paragraph shall not prevent that other State from taxing dividends related to a holding which is effectively connected with a permanent establishment or a fixed base operated in that other State by a resident of the first-mentioned State. 8. No relief shall be available under this Article if it was the main purpose or one of the main purposes of any person concerned with the creation or assignment of the shares or other rights in respect of which the dividend is paid to take advantage of this Article by means of that creation or assignment.» ARTICLE VI The text of Article 11 of the Convention is deleted and replaced by the following : « 1. Interest arising in a Contracting State and paid to a resident of the other Contracting State may be taxed in that other State. 2. However, such interest may also be taxed in the Contracting State in which it arises and according to the laws of that State, but if the beneficial owner of the interest is a resident of the other Contracting State, the tax so charged shall not exceed 10 per cent of the gross amount of the interest.3. Notwithstanding the provisions of paragraph 2, interest shall be exempted from tax in the Contracting State in which it arises if it is : (a) interest paid in respect of a loan of any nature granted or a credit extended by an enterprise to another enterprise;(b) interest paid to a pension scheme, provided that such interest is not derived from the carrying on of a business by the pension scheme or through an associated enterprise;(c) interest paid to the other Contracting State, to one of its political subdivisions or local authorities or to a public entity.4. The term "interest" as used in this Article means income from debt-claims of every kind, whether or not secured by mortgage and whether or not carrying a right to participate in the debtor's profits, and in particular, income from government securities and income from bonds or debentures, including premiums and prizes attaching to such securities, bonds or debentures, but does not include penalty charges for late payment or income dealt with in Article 10 of this Convention.5. The provisions of paragraphs 1, 2 and 3 of this Article shall not apply if the beneficial owner of the interest, being a resident of a Contracting State, carries on business in the other Contracting State in which the interest arises, through a permanent establishment situated therein, or performs in that other State independent personal services from a fixed base situated therein, and the debt-claim in respect of which the interest is paid is effectively connected with such permanent establishment or fixed base.In such case, the provisions of Article 7 or Article 14 of this Convention, as the case may be, shall apply. 6. Interest shall be deemed to arise in a Contracting State when the payer is that State itself, a political subdivision, a local authority or a resident of that State.Where, however, the person paying the interest, whether he is a resident of a Contracting State or not, has in a Contracting State a permanent establishment or a fixed base in connection with which the indebtedness on which the interest is paid was incurred, and such interest is borne by such permanent establishment or fixed base, then such interest shall be deemed to arise in the State in which the permanent establishment or fixed base is situated. 7. Where, by reason of a special relationship between the payer and the beneficial owner or between both of them and some other person, the amount of the interest exceeds, for whatever reason, the amount which would have been agreed upon by the payer and the beneficial owner in the absence of such relationship, the provisions of this Article shall apply only to the last-mentioned amount.In that case, the excess part of the payments shall remain taxable according to the laws of each Contracting State, due regard being had to the other provisions of this Convention. 8. No relief shall be available under this Article if it was the main purpose or one of the main purposes of any person concerned with the creation or assignment of the debt-claim in respect of which the interest is paid to take advantage of this Article by means of that creation or assignment.» ARTICLE VII 1. The text of paragraph 1 of Article 12 of the Convention is deleted and replaced by the following : « 1.Royalties arising in a Contracting State and beneficially owned by a resident of the other Contracting State shall be taxable only in that other State. » 2. The following paragraphs 5 and 6 are inserted in Article 12 of the Convention : « 5.Royalties shall be deemed to arise in a Contracting State when the payer is that State itself, a political subdivision, a local authority or a resident of that State. Where, however, the person paying the royalties, whether he is a resident of a Contracting State or not, has in a Contracting State a permanent establishment or a fixed base in connection with which the liability to pay the royalties was incurred, and such royalties are borne by such permanent establishment or fixed base, then such royalties shall be deemed to arise in the State in which the permanent establishment or fixed base is situated. 6. No relief shall be available under this Article if it was the main purpose or one of the main purposes of any person concerned with the creation or assignment of the rights in respect of which the royalties are paid to take advantage of this Article by means of that creation or assignment.» ARTICLE VIII The text of paragraph 3 of Article 13 of the Convention is deleted and replaced by the following : « 3. Gains derived by an enterprise of a Contracting State from the alienation of ships or aircraft operated in international traffic, or movable property pertaining to the operation of such ships or aircraft, shall be taxable only in that Contracting State. » ARTICLE IX 1. The text of paragraph 3 of Article 15 of the Convention is deleted and replaced by the following : « 3.Notwithstanding the preceding provisions of this Article, remuneration derived by a resident of a Contracting State in respect of an employment exercised aboard a ship, an aircraft or a road or railway vehicle operated in international traffic, shall be taxable only in that State. » 2. The following paragraph 4 is inserted in Article 15 of the Convention : « 4.An employment is exercised in a Contracting State when the activity in respect of which the salaries, wages and other similar remuneration are paid, is effectively carried on in that State. The activity is effectively carried on in a Contracting State when the employee is physically present in that State for carrying on the activity, irrespective of the place in which the contract of employment was made, the residence of the employer or of the person paying the remuneration, the place or time of payment of the remuneration, or the place where the results of the employee's work are exploited. If an activity is effectively carried on in a Contracting State, only that part of the remuneration that is attributable to such activity may be taxed in that State. » ARTICLE X Article 16 of the Convention is deleted and replaced by the following : « Article 16 Company Managers 1. Directors' fees and other similar payments derived by a resident of a Contracting State in his capacity as a member of the board of directors or a similar organ of a company which is a resident of the other Contracting State may be taxed in that other State.This paragraph shall also apply to payments derived in respect of the discharge of functions which, under the laws of the Contracting State of which the company is a resident, are regarded as functions of a similar nature to those exercised by a member of the board of directors or a similar organ of a company. 2. Remuneration derived by a person referred to in paragraph 1 of this Article from a company which is a resident of a Contracting State in respect of the discharge of day-to-day functions of a managerial or technical nature and remuneration received by a resident of a Contracting State in respect of his personal activity as a partner in a company, other than a company with share capital, which is a resident of Belgium, shall be taxable in accordance with the provisions of Article 15 of this Convention, as if such remuneration were remuneration derived by an employee in respect of an employment and as if references to the "employer" were references to the company. » ARTICLE XI The text of Article 18 of the Convention is deleted and replaced by the following : « Subject to the provisions of Article 19, (a) pensions and other similar remuneration arising in a Contracting State and paid to a resident of the other Contracting State shall be taxable only in the first-mentioned State;(b) however, where pensions and other similar remuneration under a pension scheme were first credited or paid before 1 January in the calendar year next following that in which the first Protocol to this Convention entered into force, all payments under that scheme shall be taxable only in the other State.» ARTICLE XII The text of Article 19 of the Convention is deleted and replaced by the following : « 1. a) Salaries, wages and other similar remuneration paid by a Contracting State or a political subdivision or a local authority thereof to an individual in respect of services rendered to that State or subdivision or authority shall be taxable only in that State. b) However, such salaries, wages and other similar remuneration shall be taxable only in the other Contracting State if the services are rendered in that State and the individual is a resident of that State who is a national of that State.2. a) Notwithstanding the provisions of paragraph 1, pensions and other similar remuneration paid by, or out of funds created by, a Contracting State or a political subdivision or a local authority thereof to an individual in respect of services rendered to that State or subdivision or authority shall be taxable only in that State.b) However, such pension and other similar remuneration shall be taxable only in the other Contracting State if the individual is a resident of, and a national of, that State.3. The provisions of Articles 15, 16, 17 and 18 shall apply to salaries, wages, pensions and other similar remuneration in respect of services rendered in connection with a business carried on by a Contracting State or a political subdivision or a local authority thereof.» ARTICLE XIII 1. In paragraph 1 of Article 21 of the Convention, the word "their" is deleted before the words "natural resources situated in that State".2. The text of paragraph 3 of Article 21 of the Convention is deleted and replaced by the following : « 3.Profits derived by an enterprise of a Contracting State from the transportation of supplies or personnel by a ship or aircraft to a location where offshore activities are being carried on, or from the operation of tugboats or anchor handling vessels in connection with such activities, shall be taxable only in that Contracting State. " 3. The text of paragraph 5, (b) of Article 21 of the Convention is deleted and replaced by the following : « (b) Subject to sub-paragraph (c) of this paragraph, salaries, wages and similar remuneration derived by a resident of a Contracting State in respect of an employment exercised aboard a ship or aircraft engaged in the transportation of supplies or personnel to a location where offshore activities are being carried on, or in respect of an employment exercised aboard a tugboat or anchor handling vessel in connection with such activities, shall be taxable only in that Contracting State.» ARTICLE XIV The following paragraphs 3, 4 and 5 are inserted in Article 22 of the Convention : « 3. Notwithstanding the provisions of paragraphs 1 and 2 of this Article, items of income of a resident of a Contracting State, other than income paid out of trusts, not dealt with in the foregoing Articles of this Convention and arising in the other Contracting State may also be taxed in that other State if these items are not effectively taxed in the first-mentioned State. An item of income is effectively taxed when it is included in the gross taxable base by reference to which the tax is computed. 4. Where, by reason of a special relationship between the resident referred to in paragraph 1 and some other person, or between both of them and some third person, the amount of the income referred to in that paragraph exceeds the amount (if any) which would have been agreed upon between them in the absence of such relationship, the provisions of this Article shall apply only to the last-mentioned amount.In that case, the excess part of the payments shall remain taxable according to the laws of each Contracting State, due regard being had to the other applicable provisions of this Convention. 5. No relief shall be available under this Article if it was the main purpose or one of the main purposes of any person concerned with the creation or assignment of the rights in respect of which the income is paid to take advantage of this Article by means of that creation or assignment.» ARTICLE XV 1. The text of paragraphs 2 and 3 of Article 23 of the Convention is deleted and replaced by the following : « 2.In the case of Belgium, double taxation shall be avoided as follows : (a) Where a resident of Belgium derives income, not being dividends, interest or royalties, which is taxed in the United Kingdom in accordance with the provisions of this Convention, Belgium shall exempt such income from tax but may, in calculating the amount of tax on the remaining income of that resident, apply the rate of tax which would have been applicable if such income had not been exempted.(b) The exemption provided for in subparagraph (a) of this paragraph shall also be granted with respect to income regarded as dividends under Belgian law, which is derived by a resident of Belgium from a participation in an entity that has its place of effective management in the United Kingdom, and has not been taxed as such in the United Kingdom, provided that the resident of Belgium has been taxed in the United Kingdom, proportionally to his participation in such entity, on the income out of which the income regarded as dividends under Belgian law is paid.The exempted income is the income received after deduction of the costs incurred in Belgium or elsewhere in relation to the management of the participation in the entity. (c) The term " taxed " used in subparagraphs (a) and (b) means that the item of income is subjected to the tax regime that is normally applicable to such item according to the United Kingdom tax law.(d) Notwithstanding the provisions of sub-paragraphs (a) and (b) of this paragraph and any other provision of the Convention, Belgium shall, for the determination of the additional taxes established by Belgian municipalities and conurbations, take into account the earned income (revenus professionnels C beroepsinkomsten) that is exempted from tax in Belgium in accordance with sub-paragraphs (a) and (b). These additional taxes shall be calculated on the tax which would be payable in Belgium if the earned income in question had been derived from Belgian sources. (e) Subject to the provisions of Belgian law regarding the deduction from Belgian tax of taxes paid abroad, where a resident of Belgium derives items of his aggregate income for Belgian tax purposes which are interest or royalties, the United Kingdom tax levied on that income shall be allowed as a credit against Belgian tax relating to such income.(f) Dividends derived by a company which is a resident of Belgium from a company which is a resident of the United Kingdom shall be exempted from the corporate income tax in Belgium under the conditions and within the limits provided for in Belgian law.(g) Where a company which is a resident of Belgium derives from a company which is a resident of the United Kingdom dividends which are included in its aggregate income for Belgian tax purposes and which are not exempted from the corporate income tax according to sub-paragraph (f) of this paragraph, Belgium shall deduct from the Belgian tax relating to such dividends the United Kingdom tax levied on such dividends in accordance with Article 10 of this Convention and the United Kingdom tax levied on the profits out of which such dividends are paid.This deduction shall not exceed that part of the Belgian tax which is proportionally relating to such dividends. (h) Where in accordance with Belgian law, losses of a Belgian enterprise attributable to a permanent establishment situated in the United Kingdom have been effectively deducted from the profits of that enterprise for its taxation in Belgium, the exemption provided for in sub-paragraph (a) of this paragraph shall not apply in Belgium to the profits of other chargeable periods attributable to that permanent establishment to the extent that those profits have also been relieved from tax in the United Kingdom by reason of compensation for the said losses.3. For the purposes of paragraph 1 of this Article, profits, income and capital gains owned by a resident of the United Kingdom which may be taxed in Belgium in accordance with the provisions of this Convention shall be deemed to arise from sources in Belgium.4. No relief shall be available under this Article if it was the main purpose or one of the main purposes of any person concerned with a scheme or arrangement in connection with which relief is claimed to take advantage of this Article by means of that scheme or arrangement. » 2. Notwithstanding the provisions of paragraph 1 of Article 23 of the Convention, from the entry into force of its law providing for the exemption from tax of certain overseas dividends the United Kingdom shall eliminate double taxation on those dividends in accordance with that law. ARTICLE XVI The text of paragraph 5 of Article 24 of the Convention is deleted and replaced by the following : « 5. Except where the provisions of paragraph 1 of Article 9, paragraphs 7 or 8 of Article 11, paragraphs 4 or 6 of Article 12, or paragraphs 4 or 5 of Article 22 apply, interest, royalties and other disbursements paid by an enterprise of a Contracting State to a resident of the other Contracting State shall, for the purpose of determining the taxable profits of such enterprise, be deductible under the same conditions as if they had been paid to a resident of the first-mentioned State. » ARTICLE XVII 1. The following second sentence is inserted at the end of paragraph 2 of Article 25 of the Convention : « Any agreement reached shall be implemented notwithstanding any time limits in the domestic law of the Contracting States." 2. The following paragraph 5 is inserted in Article 25 of the Convention : « 5.Where, (a) under paragraph 1 of this Article, a person has presented a case to the competent authority of a Contracting State on the basis that the actions of one or both of the Contracting States have resulted for that person in taxation not in accordance with the provisions of the Convention, and (b) the competent authorities are unable to reach an agreement to resolve that case pursuant to paragraph 2 within two years from the presentation of the case to the competent authority of the other Contracting State, any unresolved issues arising from the case shall be submitted to arbitration if the person so requests within two years from the first day from which arbitration may be requested.These unresolved issues shall not, however, be submitted to arbitration if a decision on these issues has already been rendered by a court or administrative tribunal of either Contracting State. Unless a person directly affected by the case informs the competent authority of a Contracting State within three months from the communication of the mutual agreement that implements the arbitration decision, that he does not accept that mutual agreement, the arbitration decision shall be binding on both Contracting States and shall be implemented notwithstanding any time limits in the domestic laws of these States. The competent authorities of the Contracting States shall by mutual agreement settle the mode of application of this paragraph. » ARTICLE XVIII The text of Article 26 of the Convention is deleted and replaced by the following : « 1. The competent authorities of the Contracting States shall exchange such information as is foreseeably relevant for carrying out the provisions of this Convention or to the administration or enforcement of the domestic laws concerning taxes of every kind and description imposed by or on behalf of the Contracting States, insofar as the taxation thereunder is not contrary to the Convention. The exchange of information is not restricted by Articles 1 and 2. 2. Any information received under paragraph 1 by a Contracting State shall be treated as secret in the same manner as information obtained under the domestic laws of that State and shall be disclosed only to persons or authorities (including courts and administrative bodies) concerned with the assessment or collection of, the enforcement or prosecution in respect of, the determination of appeals in relation to the taxes referred to in paragraph 1, or the oversight of the above. Such persons or authorities shall use the information only for such purposes. They may disclose the information in public court proceedings or in judicial decisions. Notwithstanding the foregoing, information received by a Contracting State may be used for other purposes when such information may be used for such other purposes under the laws of both States and the competent authority of the supplying State authorises such use. 3. In no case shall the provisions of paragraphs 1 and 2 be construed so as to impose on a Contracting State the obligation : (a) to carry out administrative measures at variance with the laws and administrative practice of that or of the other Contracting State;(b) to supply information which is not obtainable under the laws or in the normal course of the administration of that or of the other Contracting State;(c) to supply information which would disclose any trade, business, industrial, commercial or professional secret or trade process, or information, the disclosure of which would be contrary to public policy (ordre public).4. If information is requested by a Contracting State in accordance with the provisions of this Article, the other Contracting State shall use its information gathering measures to obtain the requested information, even though that other State may not need such information for its own tax purposes.The obligation contained in the preceding sentence is subject to the limitations of paragraph 3 of this Article but in no case shall such limitations be construed to permit a Contracting State to decline to supply information solely because it has no domestic interest in such information. 5. In no case shall the provisions of paragraph 3 of this Article be construed to permit a Contracting State to decline to supply information solely because the information is held by a bank, other financial institution, trust, nominee or person acting in an agency or a fiduciary capacity or because it relates to ownership interests in a person.In order to obtain such information the tax administration of the requested Contracting State shall have the power to ask for the disclosure of information and to conduct investigations and hearings notwithstanding any contrary provisions in its domestic tax laws. » ARTICLE XIX 1. The text of paragraph 1 of Article 28 of the Convention is deleted and replaced by the following : « 1.Notwithstanding any other provision of this Convention, relief from tax provided for in the Convention shall not be granted to an individual by a Contracting State in respect of income from sources within that Contracting State if the individual is subject to tax in the other Contracting State by reference only to the amount of his income which is remitted to or received in that other Contracting State and not by reference to the full amount of his worldwide income.

However, where the income of such individual that is not remitted to or received in that other State is less than, P 2,000 (or the equivalent in euro) in a tax year, the first-mentioned State shall grant the relief from tax provided for in the Convention with regard to income that is remitted to or received in the other Contracting State. » 2. The following paragraph 7 is inserted in Article 28 of the Convention : « 7.The competent authorities of the Contracting States may settle by mutual agreement the conditions under which a collective investment vehicle which is established in a Contracting State and is not liable to tax as such in that State and which receives dividends or interest arising in the other Contracting State shall be treated for purposes of applying the Convention to such income as an individual resident of the Contracting State in which it is established and as the beneficial owner of the income it receives. » ARTICLE XX 1. Each of the Contracting States shall notify the other Contracting State, through diplomatic channels, of the completion of the procedures required by its law for the bringing into force of this Protocol.The Protocol shall enter into force on the date of the later of these notifications. 2. The provisions of the Protocol shall have effect : (a) in the United Kingdom : (i) in respect of income tax and capital gains tax, for any year of assessment beginning on or after 6 April in the calendar year next following that in which the Protocol enters into force; (ii) in respect of corporation tax, for any financial year beginning on or after 1 April in the calendar year next following that in which the Protocol enters into force; and (iii) in respect of petroleum revenue tax, for any chargeable period beginning on or after 1 January in the calendar year next following that in which the Protocol enters into force; (b) in Belgium : (i) in respect of taxes due at source on income credited or payable on or after 1 January;and (ii) in respect of taxes other than taxes due at source on income of any chargeable period ending on or after 31 December; in the calendar year next following that in which the Protocol enters into force.

ARTICLE XXI This Protocol, which shall form an integral part of the Convention, shall remain in force as long as the Convention remains in force and shall apply as long as the Convention itself is applicable.

In witness whereof, the undersigned duly authorised thereto, have signed this Protocol.

Done in duplicate at Paris, this 24th day of June 2009, in the English language.

Protocol tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk België en de Regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar vermogenswinsten, ondertekend te Brussel op 1 juni 1987 De Regering van het Koninkrijk België en De Regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, Wensende de Overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar vermogenswinsten, ondertekend te Brussel op 1 juni 1987 (hierna te noemen "de Overeenkomst "), te wijzigen, Zijn het volgende overeengekomen : ARTIKEL I De tekst van artikel 2 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « 1. Deze Overeenkomst is van toepassing op belastingen naar het inkomen en naar vermogenwinsten die, ongeacht de wijze van heffing, worden geheven ten behoeve van een overeenkomstsluitende Staat of van de staatkundige onderdelen of plaatselijke gemeenschappen daarvan. 2. Als belastingen naar het inkomen en naar vermogenswinsten worden beschouwd alle belastingen die worden geheven naar het gehele inkomen of naar bestanddelen van het inkomen, daaronder begrepen belastingen naar voordelen verkregen uit de vervreemding van roerende of onroerende goederen, alsmede belastingen naar waardevermeerdering.3. De bestaande belastingen waarop de Overeenkomst van toepassing is, zijn met name : (a) in het Verenigd Koninkrijk : (i) de inkomstenbelasting; (ii) de vennootschapsbelasting; (iii) de vermogenswinstbelasting; (iv) de belasting op inkomsten uit de winning van aardolie; (hierna te noemen "belasting van het Verenigd Koninkrijk"); (b) in België : (i) de personenbelasting; (ii) de vennootschapsbelasting; (iii) de rechtspersonenbelasting; (iv) de belasting van niet-inwoners; met inbegrip van de voorheffingen en de opcentiemen op die belastingen en voorheffingen; (hierna te noemen "Belgische belasting"). 4. De Overeenkomst is ook van toepassing op alle gelijke of in wezen gelijksoortige belastingen die na de datum van de ondertekening van de Overeenkomst naast of in de plaats van de bestaande belastingen worden geheven.De bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende Staten delen elkaar alle belangrijke wijzigingen mee die in hun belastingwetten zijn aangebracht. » ARTIKEL II 1. De tekst van artikel 3, paragraaf 1, (i) van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « (i) betekent de uitdrukking "internationaal verkeer " elk vervoer door een schip, een luchtvaartuig of een weg- of spoorvoertuig dat door een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat wordt geëxploiteerd, behalve indien het schip, het luchtvaartuig of het weg- of spoorvoertuig slechts tussen in de andere overeenkomstsluitende Staat gelegen plaatsen wordt geëxploiteerd;" 2. De tekst van artikel 3, paragraaf 1, (j) van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « (j) betekent de uitdrukking " bevoegde autoriteit " : (i) in het Verenigd Koninkrijk, de " Commissioners for Her Majesty's Revenue and Customs " of hun bevoegde vertegenwoordiger;en (ii) in België, de Minister van Financiën of zijn bevoegde vertegenwoordiger; " 3. De hiernavolgende subparagraaf (l) wordt opgenomen in artikel 3, paragraaf 1 van de Overeenkomst : « (l) betekent de uitdrukking "pensioenstelsel" elk plan, stelsel, fonds, trust of andere regeling die in een overeenkomstsluitende Staat is gevestigd : (i) voor zover het pensioenuitkeringen beheert of verschaft of inkomsten verwerft ten voordele van één of meer van dergelijke regelingen, en (ii) op voorwaarde dat het ofwel : A) wat België betreft, een naar Belgisch recht opgerichte entiteit is, met inbegrip van pensioenfondsen, of een pensioenstelsel dat door middel van een verzekeringsmaatschappij is geregeld, die wordt gereguleerd door de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen of die geregistreerd is bij de Belgische belastingadministratie;of B) wat het Verenigd Koninkrijk betreft, een pensioenstelsel is (niet zijnde een socialezekerheidsstelsel) dat geregistreerd is onder Deel 4 van de "Finance Act 2004", met inbegrip van pensioenfondsen of pensioenstelsels die geregeld zijn door middel van verzekeringsmaatschappijen en " unit trusts " wanneer de deelnemers( "unit holders") uitsluitend pensioenstelsels zijn.

De bevoegde autoriteiten kunnen overeenkomen om onder het bovenstaande pensioenstelsels op te nemen die op economisch of wettelijk vlak identiek of in wezen gelijksoortig van aard zijn. » ARTIKEL III 1. De tekst van artikel 4, paragraaf 1 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « 1.Voor de toepassing van deze Overeenkomst betekent de uitdrukking "inwoner van een overeenkomstsluitende Staat" iedere persoon die, ingevolge de wetgeving van die Staat, aldaar aan belasting is onderworpen op grond van zijn woonplaats, verblijf, plaats van leiding, plaats van oprichting of enige andere soortgelijke omstandigheid. Die uitdrukking omvat echter niet personen die in een overeenkomstsluitende Staat alleen ter zake van inkomsten uit in die Staat gelegen bronnen aan belasting zijn onderworpen. » 2. De hiernavolgende paragraaf 5 wordt opgenomen in artikel 4 van de Overeenkomst : « 5.De uitdrukking "inwoner van een overeenkomstsluitende Staat" omvat : (a) een pensioenstelsel dat in die Staat is opgericht;en (b) een organisatie zonder winstbejag die inwoner is van die Staat en uitsluitend voor godsdienstige, liefdadige, wetenschappelijke, culturele of opvoedkundige doeleinden (of voor meer dan één van die doeleinden) is opgericht en werkzaam is, niettegenstaande het geheel van of een gedeelte van zijn inkomsten of voordelen van belasting kan vrijgesteld zijn ingevolge de interne wetgeving van die Staat.» ARTIKEL IV Artikel 8 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « Artikel 8 Zeevaart en luchtvaart 1. Winst van een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat uit de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in internationaal verkeer is slechts in die Staat belastbaar.2. De bepalingen van paragraaf 1 zijn ook van toepassing op winst verkregen uit de deelneming in een pool, een gemeenschappelijk bedrijf of een internationaal bedrijfslichaam.» ARTIKEL V De tekst van artikel 10 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « 1. Dividenden betaald door een vennootschap die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat, mogen in die andere Staat worden belast. 2. Deze dividenden mogen echter ook in de overeenkomstsluitende Staat waarvan de vennootschap die de dividenden betaalt inwoner is overeenkomstig de wetgeving van die Staat worden belast, maar indien de uiteindelijk gerechtigde tot de dividenden inwoner is van de andere overeenkomstsluitende Staat, mag de aldus geheven belasting niet hoger zijn dan 10 percent van het brutobedrag van de dividenden.3. Niettegenstaande de bepalingen van paragraaf 2 van dit artikel worden dividenden niet belast in de overeenkomstsluitende Staat waarvan de vennootschap die de dividenden betaalt inwoner is, indien de uiteindelijk gerechtigde tot de dividenden : (a) een vennootschap is die inwoner is van de andere overeenkomstsluitende Staat en die gedurende een ononderbroken tijdvak van ten minste twaalf maanden aandelen bezit die onmiddellijk ten minste 10 percent vertegenwoordigen van het kapitaal van de vennootschap die de dividenden betaalt;(b) een pensioenstelsel is dat inwoner is van de andere overeenkomstsluitende Staat, op voorwaarde dat zulke dividenden niet voortkomen uit het uitoefenen van een bedrijf door het pensioenstelsel of met behulp van een afhankelijke onderneming.4. Dividenden die worden betaald uit inkomsten (met inbegrip van voordelen) die rechtstreeks of onrechtstreeks uit onroerende goederen in de betekenis van artikel 6 van deze Overeenkomst worden behaald door een " investment vehicle " die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat van wie de inkomsten uit zulke onroerende goederen van belasting is vrijgesteld en die het grootste deel van die inkomsten jaarlijks uitkeert, mogen niettegenstaande de bepalingen van de paragrafen 2 en 3, (a) van dit artikel mogen, niettegenstaande de bepalingen van de paragrafen 2 en 3, (a) van dit artikel, eveneens in die Staat overeenkomstig de wetgeving van die Staat worden belast. De bepalingen van de paragrafen 2, 3 en 4 van dit artikel laten onverlet de belastingheffing van de vennootschap ter zake van de winst waaruit de dividenden worden betaald. 5. De uitdrukking "dividenden", zoals gebezigd in dit artikel, betekent inkomsten uit aandelen, winstaandelen of winstbewijzen, mijnaandelen, oprichtersaandelen of andere rechten op een aandeel in de winst, met uitzondering van schuldvorderingen, alsmede alle andere bestanddelen die volgens de wetgeving van de Staat waarvan de uitkerende vennootschap inwoner is op dezelfde wijze in de belastingheffing worden betrokken als inkomsten uit aandelen.6. De bepalingen van de paragrafen 1, 2, 3 en 4 van dit artikel zijn niet van toepassing indien de uiteindelijk gerechtigde tot de dividenden, die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat, in de andere overeenkomstsluitende Staat waarvan de vennootschap die de dividenden betaalt inwoner is, een bedrijf met behulp van een aldaar gevestigde vaste inrichting of een zelfstandig beroep door middel van een aldaar gevestigde vaste basis uitoefent en het aandelenbezit uit hoofde waarvan de dividenden worden betaald, wezenlijk is verbonden met die vaste inrichting of die vaste basis.In dat geval zijn de bepalingen van artikel 7 of van artikel 14 van deze Overeenkomst, naar het geval, van toepassing. 7. Indien een vennootschap inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat, mag de andere overeenkomstsluitende Staat geen belasting heffen van dividenden die de vennootschap betaalt aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat, noch de niet uitgedeelde winst van de vennootschap onderwerpen aan een belasting op niet uitgedeelde winst, zelfs indien de betaalde dividenden of de niet uitgedeelde winst geheel of gedeeltelijk bestaan uit winst of inkomsten die uit die andere Staat afkomstig zijn.De bepalingen van deze paragraaf beletten die andere Staat niet belasting te heffen van dividenden betaald uit hoofde van een aandelenbezit dat wezenlijk is verbonden met een vaste inrichting of een vaste basis die in die andere Staat door een inwoner van de eerstbedoelde Staat wordt geëxploiteerd. 8. Er zal geen vermindering of vrijstelling op grond van dit artikel worden verleend indien het belangrijkste doel of een van de belangrijkste doelstellingen van een persoon die betrokken is bij het creëren of het overdragen van de aandelen of andere rechten uit hoofde waarvan het dividend is betaald, erin bestond voordeel te halen uit de bepalingen van dit artikel door middel van het creëren of overdragen van die aandelen of andere rechten.» ARTIKEL VI De tekst van artikel 11 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « 1. Interest afkomstig uit een overeenkomstsluitende Staat en betaald aan een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat mag in die andere Staat worden belast. 2. Deze interest mag echter ook in de overeenkomstsluitende Staat waaruit hij afkomstig is overeenkomstig de wetgeving van die Staat worden belast, maar indien de uiteindelijk gerechtigde tot de interest inwoner is van de andere overeenkomstsluitende Staat, mag de aldus geheven belasting niet hoger zijn dan 10 percent van het brutobedrag van de interest.3. Niettegenstaande de bepalingen van paragraaf 2 is interest vrijgesteld in de overeenkomstsluitende Staat waaruit hij afkomstig is indien het gaat om : (a) interest betaald uit hoofde van een lening van welke aard ook die is toegestaan of een krediet dat is verleend door een onderneming aan een andere onderneming;(b) interest betaald aan een pensioenstelsel op voorwaarde dat zulke interest niet afkomstig is uit het uitoefenen van een bedrijf door het pensioenstelsel of met behulp van een afhankelijke onderneming;(c) interest betaald aan de andere overeenkomstsluitende Staat, aan één van de staatkundige onderdelen of plaatselijke gemeenschappen daarvan of aan een openbare entiteit.4. De uitdrukking "interest", zoals gebezigd in dit artikel, betekent inkomsten uit schuldvorderingen van welke aard ook, al dan niet gewaarborgd door hypotheek en al dan niet aanspraak gevend op een aandeel in de winst van de schuldenaar, en in het bijzonder inkomsten uit overheidsleningen en obligaties, daaronder begrepen premies en loten op die effecten, maar de uitdrukking omvat geen boeten voor laattijdige betaling noch inkomsten die worden behandeld in artikel 10 van deze Overeenkomst.5. De bepalingen van de paragrafen 1, 2 en 3 van dit artikel zijn niet van toepassing indien de uiteindelijk gerechtigde tot de interest, die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat, in de andere overeenkomstsluitende Staat waaruit de interest afkomstig is, een bedrijf met behulp van een aldaar gevestigde vaste inrichting of een zelfstandig beroep door middel van een aldaar gevestigde vaste basis uitoefent en de schuldvordering uit hoofde waarvan de interest is verschuldigd wezenlijk is verbonden met die vaste inrichting of die vaste basis.In dat geval zijn de bepalingen van artikel 7 of van artikel 14 van deze Overeenkomst, naar het geval, van toepassing. 6. Interest wordt geacht uit een overeenkomstsluitende Staat afkomstig te zijn indien de schuldenaar die Staat zelf is of een staatkundig onderdeel, een plaatselijke gemeenschap of een inwoner van die Staat. Indien evenwel de schuldenaar van de interest, ongeacht of hij inwoner van een overeenkomstsluitende Staat is of niet, in een overeenkomstsluitende Staat een vaste inrichting of een vaste basis heeft waarvoor de schuld ter zake waarvan de interest wordt betaald is aangegaan, en die interest ten laste komt van die vaste inrichting of vaste basis, wordt die interest geacht afkomstig te zijn uit de Staat waar de vaste inrichting of de vaste basis gevestigd is. 7. Indien, ten gevolge van een bijzondere verhouding tussen de schuldenaar en de uiteindelijk gerechtigde of tussen hen beiden en een derde, het bedrag van de interest, om welke reden dan ook, hoger is dan het bedrag dat zonder zulk een verhouding door de schuldenaar en de uiteindelijk gerechtigde zou zijn overeengekomen, zijn de bepalingen van dit artikel slechts op het laatstbedoelde bedrag van toepassing.In dat geval blijft het daarboven uitgaande deel van de betalingen belastbaar overeenkomstig de wetgeving van elke overeenkomstsluitende Staat en met inachtneming van de overige bepalingen van deze Overeenkomst. 8. Er zal geen vermindering of vrijstelling op grond van dit artikel worden verleend indien het belangrijkste doel of een van de belangrijkste doelstellingen van een persoon die betrokken is bij het creëren of het overdragen van de schuldvordering uit hoofde waarvan de interest is betaald, erin bestond voordeel te halen uit de bepalingen van dit artikel door middel van het creëren of overdragen van die schuldvordering.» ARTIKEL VII 1. De tekst van artikel 12, paragraaf 1 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « 1.Royalty's die afkomstig zijn uit een overeenkomstsluitende Staat zijn en waarvan de uiteindelijk gerechtigde een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat is, zijn slechts in die andere Staat belastbaar. » 2. De hiernavolgende paragrafen 5 en 6 worden opgenomen in artikel 12 van de Overeenkomst : « 5.Royalty's worden geacht uit een overeenkomstsluitende Staat afkomstig te zijn indien de schuldenaar die Staat zelf is of een staatkundig onderdeel, een plaatselijke gemeenschap of een inwoner van die Staat. Indien evenwel de schuldenaar van de royalty's, ongeacht of hij inwoner van een overeenkomstsluitende Staat is of niet, in een overeenkomstsluitende Staat een vaste inrichting of een vaste basis heeft waarvoor de verbintenis uit hoofde waarvan de royalty's worden betaald is aangegaan, en die royalty's ten laste komen van die vaste inrichting of vaste basis, worden die royalty's geacht afkomstig te zijn uit de Staat waar de vaste inrichting of de vaste basis gevestigd is. 6. Er zal geen vermindering of vrijstelling op grond van dit artikel worden verleend indien het belangrijkste doel of een van de belangrijkste doelstellingen van een persoon die betrokken is bij het creëren of het overdragen van de rechten uit hoofde waarvan de royalty's zijn betaald, erin bestond voordeel te halen uit de bepalingen van dit artikel door middel van het creëren of overdragen van die rechten." ARTIKEL VIII De tekst van artikel 13, paragraaf 3 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « 3. Voordelen verkregen door een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat uit de vervreemding van schepen of luchtvaartuigen die in internationaal verkeer worden geëxploiteerd of van roerende goederen die bij de exploitatie van die schepen of luchtvaartuigen worden gebruikt, zijn slechts in die overeenkomstsluitende Staat belastbaar. » ARTIKEL IX 1. De tekst van artikel 15, paragraaf 3 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « 3.Niettegenstaande de voorgaande bepalingen van dit artikel zijn beloningen die door een inwoner zijn verkregen ter zake van een dienstbetrekking uitgeoefend aan boord van een schip, een luchtvaartuig of een spoor- of wegvoertuig dat in internationaal verkeer wordt geëxploiteerd, slechts in die Staat belastbaar. » 2. De hiernavolgende paragraaf 4 wordt opgenomen in artikel 15 van de Overeenkomst : « 4.Een dienstbetrekking wordt uitgeoefend in een overeenkomstsluitende Staat wanneer de werkzaamheid waarvoor de lonen, salarissen en andere soortgelijke beloningen worden betaald, daadwerkelijk in die Staat wordt uitgeoefend. De werkzaamheid wordt daadwerkelijk in een overeenkomstsluitende Staat uitgeoefend wanneer de werknemer fysiek in die Staat aanwezig is voor het uitoefenen van de werkzaamheid, ongeacht de plaats waar de arbeidsovereenkomst werd opgemaakt, de woonplaats van de werkgever of van de persoon die de beloningen betaalt, de plaats of het tijdstip van betaling van de beloningen, of de plaats waar de resultaten van het werk van de werknemer worden geëxploiteerd. Indien een werkzaamheid daadwerkelijk in een overeenkomstsluitende Staat wordt uitgeoefend, mag slechts het gedeelte van de beloningen dat aan die werkzaamheid kan worden toegerekend in die Staat worden belast. » ARTIKEL X Artikel 16 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « Artikel 16 Vennootschapsleiding 1. Tantièmes, presentiegelden en andere soortgelijke beloningen verkregen door een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat in zijn hoedanigheid van lid van de raad van bestuur of van toezicht of van een gelijkaardig orgaan van een vennootschap die inwoner is van de andere overeenkomstsluitende Staat, mogen in die andere Staat worden belast.Deze paragraaf is ook van toepassing op beloningen verkregen ter zake van de uitoefening van werkzaamheden die, volgens de wetgeving van de overeenkomstsluitende Staat waarvan de vennootschap inwoner is, worden behandeld als werkzaamheden van soortgelijke aard als die welke worden verricht door een lid van de raad van bestuur of van toezicht of van een gelijkaardig orgaan van een vennootschap. 2. Beloningen die een persoon op wie paragraaf 1 van dit artikel van toepassing is verkrijgt van een vennootschap die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat ter zake van de uitoefening van dagelijkse werkzaamheden van leidinggevende of technische aard, en beloningen die een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat verkrijgt ter zake van zijn persoonlijke werkzaamheid als vennoot in een vennootschap B niet zijnde een vennootschap op aandelen B die inwoner is van België, mogen worden belast overeenkomstig de bepalingen van artikel 15 van deze Overeenkomst alsof het ging om beloningen die een werknemer ter zake van een dienstbetrekking verkrijgt en alsof de werkgever de vennootschap was.» ARTIKEL XI De tekst van artikel 18 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « Onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 19, (a) zijn pensioenen en andere soortgelijke beloningen die afkomstig zijn uit een overeenkomstsluitende Staat en betaald zijn aan een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat, slechts in de eerstgenoemde Staat belastbaar;(b) indien pensioenen en andere soortgelijke beloningen in het kader van een pensioenstelsel evenwel voor het eerst werden toegekend of betaald vóór 1 januari van het kalenderjaar dat onmiddellijk volgt op dat waarin het eerste Protocol bij deze Overeenkomst in werking is getreden, zijn alle betalingen in het kader van dat stelsel slechts in die andere Staat belastbaar.» ARTIKEL XII De tekst van artikel 19 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « 1. a) Lonen, salarissen en andere soortgelijke beloningen, betaald door een overeenkomstsluitende Staat of een staatkundig onderdeel of plaatselijke gemeenschap daarvan aan een natuurlijke persoon ter zake van diensten bewezen aan die Staat of aan dat onderdeel of die gemeenschap, zijn slechts in die Staat belastbaar. b) Die lonen, salarissen en andere soortgelijke beloningen zijn evenwel slechts in de andere overeenkomstsluitende Staat belastbaar indien de diensten in die Staat worden bewezen en de natuurlijke persoon inwoner van die Staat is die onderdaan is van die Staat.2. a) Niettegenstaande de bepalingen van paragraaf 1 zijn pensioenen en andere soortgelijke beloningen die door een overeenkomstsluitende Staat of een staatkundig onderdeel of plaatselijke gemeenschap daarvan, hetzij rechtstreeks, hetzij uit door hen in het leven geroepen fondsen, worden betaald aan een natuurlijke persoon ter zake van diensten bewezen aan die Staat of aan dat onderdeel of die gemeenschap, slechts in die Staat belastbaar.b) Die pensioenen en andere soortgelijke beloningen zijn evenwel slechts in de andere overeenkomstsluitende Staat belastbaar indien de natuurlijke persoon inwoner en onderdaan is van die Staat.3. De bepalingen van de artikelen 15, 16, 17 en 18 zijn van toepassing op lonen, salarissen, pensioenen en andere soortgelijke beloningen, betaald ter zake van diensten bewezen in het kader van een bedrijf uitgeoefend door een overeenkomstsluitende Staat of een staatkundig onderdeel of plaatselijke gemeenschap daarvan.» ARTIKEL XIII 1. In artikel 21, paragraaf 1 van de Overeenkomst wordt het woord "hun" vóór de woorden "in die Staat gelegen natuurlijke rijkdommen" weggelaten.2. De tekst van artikel 21, paragraaf 3 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « 3.Winst die door een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat wordt behaald uit het vervoer van voorraden of personeel door een schip of luchtvaartuig naar een plaats waar werkzaamheden buitengaats worden verricht, of uit de exploitatie van sleepboten, duwboten of kettingsleepboten in verband met die werkzaamheden, is slechts in die overeenkomstsluitende Staat belastbaar. » 3. De tekst van artikel 21, paragraaf 5, (b) van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « (b) Onder voorbehoud van subparagraaf (c) van deze paragraaf, zijn salarissen, lonen en soortgelijke beloningen verkregen door een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat ter zake van een dienstbetrekking uitgeoefend aan boord van een schip of luchtvaartuig dat betrokken is bij het vervoer van voorraden of personeel naar een plaats waar werkzaamheden buitengaats worden verricht, of ter zake van een dienstbetrekking uitgeoefend aan boord van een sleepboot, duwboot of kettingsleepboot in verband met deze werkzaamheden, slechts in die overeenkomstsluitende Staat belastbaar.» ARTIKEL XIV De volgende paragrafen 3, 4 en 5 worden opgenomen in artikel 22 van de Overeenkomst : « 3. Niettegenstaande de bepalingen van de paragrafen 1 en 2 van dit artikel, mogen bestanddelen van het inkomen van een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat niet zijnde inkomsten betaald uit trusts, die niet in de voorgaande artikelen van deze Overeenkomst worden behandeld, en die afkomstig zijn uit de andere overeenkomstsluitende Staat, eveneens in die andere Staat worden belast indien deze bestanddelen in de eerstbedoelde Staat niet effectief zijn belast. Een bestanddeel van het inkomen is effectief belast wanneer het begrepen is in de bruto belastbare grondslag waarop de belasting berekend wordt. 4. Indien, ten gevolge van een bijzondere verhouding tussen de in paragraaf 1 bedoelde inwoner en een andere persoon of tussen hen beiden en een derde, het bedrag van de in die paragraaf bedoelde inkomsten hoger is dan het (eventuele) bedrag dat zonder zulk een verhouding door hen zou zijn overeengekomen, zijn de bepalingen van dit artikel slechts op het laatstbedoelde bedrag van toepassing.In dat geval blijft het daarboven uitgaande deel van de betalingen belastbaar overeenkomstig de wetgeving van elke overeenkomstsluitende Staat en met inachtneming van de overige toepasselijke bepalingen van deze Overeenkomst. 5. Er zal geen vermindering of vrijstelling op grond van dit artikel worden verleend indien het belangrijkste doel of een van de belangrijkste doelstellingen van een persoon die betrokken is bij het creëren of het overdragen van de rechten uit hoofde waarvan de inkomsten zijn betaald, erin bestond voordeel te halen uit de bepalingen van dit artikel door middel van het creëren of overdragen van die rechten.» ARTIKEL XV 1. De tekst van artikel 23, paragrafen 2 en 3 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « 2.In België wordt dubbele belasting op de volgende wijze vermeden : (a) Indien een inwoner van België inkomsten verkrijgt, niet zijnde dividenden, interest of royalty's, die ingevolge de bepalingen van deze Overeenkomst in het Verenigd Koninkrijk zijn belast, stelt België deze inkomsten vrij van belasting, maar om het bedrag van de belasting op het overige inkomen van die inwoner te berekenen, mag België het belastingtarief toepassen dat van toepassing zou zijn indien die inkomsten niet waren vrijgesteld.(b) De vrijstelling waarin subparagraaf (a) van deze paragraaf voorziet, wordt eveneens verleend met betrekking tot inkomsten die overeenkomstig de Belgische wetgeving als dividenden worden behandeld en die door een inwoner van België worden behaald uit een deelneming in een entiteit waarvan de plaats van de werkelijke leiding gelegen is in het Verenigd Koninkrijk en die niet als dusdanig werd belast in het Verenigd Koninkrijk, op voorwaarde dat de inwoner van België, naar rata van zijn deelneming in zulke entiteit, door het Verenigd Koninkrijk is belast op de inkomsten waaruit de inkomsten die overeenkomstig de Belgische wetgeving als dividenden worden beschouwd, zijn betaald.De vrijgestelde inkomsten zijn de inkomsten die zijn verkregen na aftrek van de kosten die in België of elders zijn gemaakt en die betrekking hebben op het beheer van de deelneming in de entiteit. (c) De in de subparagrafen (a) en (b) gebruikte uitdrukking "belast" betekent dat het bestanddeel van het inkomen onderworpen is aan het belastingstelsel dat normaalgezien van toepassing is op zulk bestanddeel overeenkomstig de belastingwetgeving van het Verenigd Koninkrijk.(d) Niettegenstaande de bepalingen van subparagrafen (a) en (b) van deze paragraaf en van elke andere bepaling van de Overeenkomst houdt België, voor het berekenen van de aanvullende belastingen die worden geheven door de Belgische gemeenten en agglomeraties, rekening met de beroepsinkomsten die in België overeenkomstig subparagrafen (a) en (b) vrijgesteld zijn van belasting.Die aanvullende belastingen worden berekend op de belasting die in België verschuldigd zou zijn indien de desbetreffende beroepsinkomsten uit Belgische bronnen waren behaald. (e) Onder voorbehoud van de bepalingen van de Belgische wetgeving betreffende de verrekening van in het buitenland betaalde belastingen met de Belgische belasting wordt, indien een inwoner van België inkomsten verkrijgt die deel uitmaken van zijn samengetelde inkomen dat aan de Belgische belasting is onderworpen en bestaan uit interest of royalty's, de van die inkomsten geheven belasting van het Verenigd Koninkrijk in mindering gebracht van de Belgische belasting met betrekking tot die inkomsten.(f) Dividenden die een vennootschap die inwoner is van België verkrijgt van een vennootschap die inwoner is van het Verenigd Koninkrijk, worden in België vrijgesteld van de vennootschapsbelasting op de voorwaarden en binnen de grenzen die in de Belgische wetgeving zijn bepaald.(g) Wanneer een vennootschap die inwoner is van België van een vennootschap die inwoner is van het Verenigd Koninkrijk dividenden verkrijgt die deel uitmaken van haar samengetelde inkomen dat aan de Belgische belasting is onderworpen en die niet vrijgesteld zijn van de vennootschapsbelasting overeenkomstig subparagraaf (f) van deze paragraaf, vermindert België de Belgische belasting met betrekking tot die dividenden met de belasting van het Verenigd Koninkrijk die overeenkomstig artikel 10 van deze Overeenkomst werd geheven van die dividenden en met de belasting van het Verenigd Koninkrijk die werd geheven van de winst waaruit die dividenden worden betaald.Dit in mindering te brengen bedrag mag het deel van de Belgische belasting dat evenredig betrekking heeft op die dividenden, niet te boven gaan. (h) Indien verliezen van een Belgische onderneming die kunnen worden toegerekend aan een in het Verenigd Koninkrijk gelegen vaste inrichting, voor de belastingheffing van die onderneming in België overeenkomstig de Belgische wetgeving werkelijk in mindering van de winst van die onderneming zijn gebracht, is de vrijstelling ingevolge subparagraaf (a) van deze paragraaf in België niet van toepassing op de winst van andere belastbare tijdperken die aan die vaste inrichting kan worden toegerekend, in zoverre als die winst ook in het Verenigd Koninkrijk van belasting is vrijgesteld door de verrekening van die verliezen.3. Voor de toepassing van paragraaf 1 van dit artikel worden winst, inkomsten en vermogenswinsten die in het bezit zijn van een inwoner van het Verenigd Koninkrijk en die ingevolge de bepalingen van deze Overeenkomst in België mogen worden belast, geacht afkomstig te zijn uit bronnen in België.4. Er zal geen vermindering of vrijstelling op grond van dit artikel worden verleend indien het belangrijkste doel of een van de belangrijkste doelstellingen van een persoon die betrokken is bij een stelsel of een regeling in het kader waarvan de vermindering of de vrijstelling wordt gevraagd, erin bestond voordeel te halen uit de bepalingen van dit artikel door middel van dat stelsel of die regeling.» 2. Vanaf het moment dat de wet van het Verenigd Koninkrijk die voorziet in belastingvrijstelling van bepaalde buitenlandse dividenden in werking treedt, zal het Verenigd Koninkrijk, niettegenstaande de bepalingen van artikel 23, paragraaf 1 van de Overeenkomst, de dubbele belasting op zulke dividenden in overeenstemming met die wet opheffen. ARTIKEL XVI De tekst van artikel 24, paragraaf 5 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « 5. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, paragraaf 1, artikel 11, paragraaf 7 of 8, artikel 12, paragraaf 4 of 6, of artikel 22, paragraaf 4 of 5, van toepassing zijn, worden interest, royalty's en andere uitgaven die door een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat worden betaald, bij het bepalen van de belastbare winst van die onderneming op dezelfde voorwaarden in mindering gebracht als wanneer zij aan een inwoner van de eerstgenoemde Staat zouden zijn betaald. » ARTIKEL XVII 1. De volgende tweede zin wordt toegevoegd aan het einde van artikel 25, paragraaf 2 van de Overeenkomst : « Elke overeengekomen regeling wordt uitgevoerd ongeacht de termijnen waarin het interne recht van de overeenkomstsluitende Staten voorziet. » 2. De volgende paragraaf 5 wordt opgenomen in artikel 25 van de Overeenkomst : « 5.Wanneer, (a) een persoon overeenkomstig paragraaf 1 van dit artikel een geval heeft voorgelegd aan de bevoegde autoriteit van een overeenkomstsluitende Staat omdat de maatregelen van een overeenkomstsluitende Staat of van beide overeenkomstsluitende Staten voor hem hebben geleid tot een belastingheffing die niet in overeenstemming is met de bepalingen van de Overeenkomst, en (b) de bevoegde autoriteiten er binnen een termijn van twee jaar nadat het geval werd voorgelegd aan de bevoegde autoriteit van de andere overeenkomstsluitende Staat, niet in slagen om met betrekking tot dat geval overeenstemming te bereiken ingevolge paragraaf 2 worden, indien de persoon daarom verzoekt binnen een termijn van twee jaar vanaf de eerste dag vanaf dewelke arbitrage kan worden gevraagd, alle onopgeloste punten die voortkomen uit dat geval aan arbitrage onderworpen.Die onopgeloste punten worden evenwel niet aan arbitrage onderworpen indien daaromtrent reeds een beslissing werd uitgesproken door een rechterlijke instantie of een administratieve rechtbank van de ene of de andere overeenkomstsluitende Staat. Tenzij een rechtstreeks bij het geval betrokken persoon binnen een termijn van drie maanden vanaf de mededeling van de overeengekomen regeling waardoor de beslissing na arbitrage wordt uitgevoerd, aan de bevoegde autoriteit van een overeenkomstsluitende Staat meedeelt dat hij die overeengekomen regeling niet aanvaardt, is de beslissing na arbitrage bindend voor beide overeenkomstsluitende Staten en wordt ze uitgevoerd ongeacht de termijnen waarin het interne recht van die Staten voorziet. De bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende Staten regelen in onderlinge overeenstemming de wijze van toepassing van deze paragraaf. » ARTIKEL XVIII De tekst van artikel 26 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « 1. De bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende Staten wisselen de inlichtingen uit waarvan kan worden verwacht dat ze relevant zullen zijn voor de uitvoering van de bepalingen van deze Overeenkomst of voor de toepassing of de tenuitvoerlegging van de nationale wetgeving met betrekking tot belastingen van elke soort en benaming die worden geheven door of ten behoeve van de overeenkomstsluitende Staten, voor zover de belastingheffing waarin die nationale wetgeving voorziet niet in strijd is met de Overeenkomst. De uitwisseling van inlichtingen wordt niet beperkt door de artikelen 1 en 2. 2. De door een overeenkomstsluitende Staat ingevolge paragraaf 1 verkregen inlichtingen worden op dezelfde wijze geheim gehouden als inlichtingen die onder de nationale wetgeving van die Staat zijn verkregen en worden alleen ter kennis gebracht van personen of autoriteiten (daaronder begrepen rechterlijke instanties en administratieve lichamen) die betrokken zijn bij de vestiging of invordering van de in paragraaf 1 bedoelde belastingen, bij de tenuitvoerlegging of vervolging ter zake van die belastingen, bij de beslissing in beroepszaken die betrekking hebben op die belastingen, of bij het toezicht daarop.Deze personen of autoriteiten gebruiken die inlichtingen slechts voor die doeleinden. Zij mogen van deze inlichtingen melding maken tijdens openbare rechtszittingen of in rechterlijke beslissingen. Niettegenstaande hetgeen voorafgaat, mogen de door een overeenkomstsluitende Staat verkregen inlichtingen voor andere doeleinden worden gebruikt indien ze overeenkomstig de wetgeving van beide Staten voor die andere doeleinden mogen worden gebruikt en indien de bevoegde autoriteit van de Staat die de inlichtingen verstrekt, de toestemming geeft voor dat gebruik. 3. In geen geval mogen de bepalingen van de paragrafen 1 en 2 aldus worden uitgelegd dat zij een overeenkomstsluitende Staat de verplichting opleggen : (a) administratieve maatregelen te nemen die afwijken van de wetgeving en de administratieve praktijk van die of van de andere overeenkomstsluitende Staat;(b) inlichtingen te verstrekken die niet verkrijgbaar zijn volgens de wetgeving of in de normale gang van de administratieve werkzaamheden van die of van de andere overeenkomstsluitende Staat;(c) inlichtingen te verstrekken die een handels-, bedrijfs-, nijverheids- of beroepsgeheim of een handelswerkwijze zouden onthullen, dan wel inlichtingen waarvan het verstrekken in strijd zou zijn met de openbare orde.4. Wanneer op basis van de bepalingen van dit artikel door een overeenkomstsluitende Staat om inlichtingen is verzocht, gebruikt de andere overeenkomstsluitende Staat de middelen waarover hij beschikt om de gevraagde inlichtingen te verkrijgen, zelfs al heeft die andere Staat die inlichtingen niet nodig voor zijn eigen belastingdoeleinden. De verplichting die in de vorige zin is vervat, is onderworpen aan de beperkingen waarin paragraaf 3 van dit artikel voorziet, maar die beperkingen mogen in geen geval aldus worden uitgelegd dat ze een overeenkomstsluitende Staat toestaan het verstrekken van inlichtingen te weigeren enkel omdat die Staat geen binnenlands belang heeft bij die inlichtingen. 5. In geen geval mogen de bepalingen van paragraaf 3 van dit artikel aldus worden uitgelegd dat ze een overeenkomstsluitende Staat toestaan om het verstrekken van inlichtingen te weigeren enkel en alleen omdat de inlichtingen in het bezit zijn van een bank, een andere financiële instelling, een trust, een gevolmachtigde of een persoon die werkzaam is in de hoedanigheid van een vertegenwoordiger of een zaakwaarnemer of omdat de inlichtingen betrekking hebben op eigendomsbelangen in een persoon.Teneinde zulke inlichtingen te verkrijgen heeft de belastingadministratie van de aangezochte overeenkomstsluitende Staat de bevoegdheid om te vragen inlichtingen bekend te maken en om een onderzoek en verhoren in te stellen, niettegenstaande andersluidende bepalingen in de binnenlandse belastingwetgeving van die Staat. » ARTIKEL XIX 1. De tekst van artikel 28, paragraaf 1 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende tekst : « 1.Niettegenstaande enige andere bepaling van deze Overeenkomst wordt de vermindering van belasting waarin de Overeenkomst voorziet, niet verleend door een overeenkomstsluitende Staat aan een natuurlijke persoon ter zake van inkomsten uit bronnen binnen die overeenkomstsluitende Staat indien de natuurlijke persoon in de andere overeenkomstsluitende Staat slechts aan belasting onderworpen is ter zake van het bedrag van zijn inkomsten dat naar die andere overeenkomstsluitende Staat is overgemaakt of aldaar is ontvangen, en niet ter zake van het volledige bedrag van zijn wereldwijde inkomsten.

Indien de inkomsten van die natuurlijke persoon die niet naar die andere Staat zijn overgemaakt of aldaar zijn ontvangen evenwel minder bedragen dan P 2.000, (of de tegenwaarde daarvan in euro) in een belastingjaar, verleent eerstgenoemde Staat de vermindering van belasting waarin de Overeenkomst voorziet met betrekking tot inkomsten die naar de andere overeenkomstsluitende Staat zijn overgemaakt of aldaar zijn ontvangen. » 2. De volgende paragraaf 7 wordt toegevoegd aan artikel 28 van de Overeenkomst : « 7.De bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende Staten kunnen in onderlinge overeenstemming de voorwaarden bepalen volgens dewelke een instelling voor collectieve belegging die in een overeenkomstsluitende Staat gevestigd is en in die Staat niet als dusdanig aan belasting onderworpen is, en die dividenden of interest verkrijgt die uit de andere overeenkomstsluitende Staat afkomstig zijn, voor de toepassing van de Overeenkomst op dergelijke inkomsten wordt behandeld als een natuurlijke persoon die inwoner is van de overeenkomstsluitende Staat waarin zij gevestigd is en als de uiteindelijk gerechtigde tot de inkomsten die zij verkrijgt. » ARTIKEL XX 1. Elk van de overeenkomstsluitende Staten stelt de andere overeenkomstsluitende Staat langs diplomatieke weg in kennis van de voltooiing van de voor de inwerkingtreding van dit Protocol wettelijk vereiste procedures.Het Protocol zal in werking treden op de datum van de laatste van deze kennisgevingen. 2. De bepalingen van het Protocol zullen van toepassing zijn : (a) in het Verenigd Koninkrijk : (i) op de inkomstenbelasting en de vermogenswinstbelasting, voor elk aanslagjaar dat aanvangt op of na 6 april van het kalenderjaar dat onmiddellijk volgt op dat waarin het Protocol in werking treedt; (ii) op de vennootschapsbelasting, voor elk financieel jaar dat aanvangt op of na 1 april van het kalenderjaar dat onmiddellijk volgt op dat waarin het Protocol in werking treedt; (iii) op de belasting op de winst uit de winning van aardolie, voor elk belastbaar tijdperk dat aanvangt op of na 1 januari van het kalenderjaar dat onmiddellijk volgt op dat waarin het Protocol in werking treedt; (b) in België : (i) met betrekking tot de bij de bron verschuldigde belastingen op inkomsten die zijn toegekend of betaalbaar gesteld op of na 1 januari; en (ii) met betrekking tot de andere dan bij de bron verschuldigde belastingen die worden geheven van inkomsten van elk belastbaar tijdperk dat eindigt op of na 31 december; van het kalenderjaar dat onmiddellijk volgt op dat waarin het Protocol in werking treedt.

ARTIKEL XXI Dit Protocol, dat een integrerend deel uitmaakt van de Overeenkomst, blijft van kracht zolang de Overeenkomst van kracht blijft en is van toepassing zolang de Overeenkomst zelf van toepassing is.

Ten blijke waarvan de ondergetekenden, daartoe behoorlijk gevolmachtigd, dit Protocol hebben ondertekend.

Gedaan in tweevoud te Parijs, op 24 juni 2009, in de Engelse taal.

^