gepubliceerd op 27 november 2007
Wet houdende instemming met de Aanvullende Overeenkomst, ondertekend te Brasilia op 20 november 2002, tot wijziging van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Federatieve Republiek Brazilië tot het vermijden van dubbele belasting en tot regeling van sommige andere aangelegenheden inzake belastingen naar het inkomen, en het Slotprotocol, ondertekend te Brasilia op 23 juni 1972 (2)
17 DECEMBER 2004. - Wet houdende instemming met de Aanvullende Overeenkomst, ondertekend te Brasilia op 20 november 2002, tot wijziging van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Federatieve Republiek Brazilië tot het vermijden van dubbele belasting en tot regeling van sommige andere aangelegenheden inzake belastingen naar het inkomen, en het Slotprotocol, ondertekend te Brasilia op 23 juni 1972 (1)(2)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.
Art. 2.De Aanvullende Overeenkomst, ondertekend te Brasilia op 20 november 2002, tot wijziging van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Federatieve Republiek Brazilië tot het vermijden van dubbele belasting en tot regeling van sommige andere aangelegenheden inzake belastingen naar het inkomen, en het Slotprotocol, ondertekend te Brasilia op 23 juni 1972, zal volkomen gevolg hebben.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 17 december 2004.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Buitenlandse Zaken, K. DE GUCHT Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Zitting 2004-2005. Senaat Documenten. - Ontwerp van wet ingediend op 11 juni 2004, nr. 3-741/1.
Parlementaire Handelingen. - Bespreking en stemming. Zitting van 15 juli 2004.
Kamer van volksvertegenwoordigers Documenten. - Ontwerp overgezonden door de Senaat, nr. 51-1295/1. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd, nr. 51-1295/2.
Parlementaire Handelingen. - Bespreking en stemming. Zitting van 25 juli 2004. (2) Deze Overeenskomst treedt in werking op 23 oktober 2007. Aanvullende overeenkomst, tot wijziging van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Federatieve Republiek Brazilië, tot het vermijden van dubbele belasting en tot regeling van sommige andere aangelegenheden inzake belastingen naar het inkomen, en het Slotprotocol, ondertekend te Brasilia op 23 juni 1972 Zijne Majesteit de Koning der Belgen, en De President van de Federatieve Republiek Brazilië Wensende een Aanvullende Overeenkomst te sluiten tot wijziging van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Federatieve Republiek Brazilië, tot het vermijden van dubbele belasting en tot regeling van sommige andere aangelegenheden inzake belastingen naar het inkomen, en het Slotprotocol, ondertekend te Brasilia op 23 juni 1972 (hierna onderscheidenlijk te noemen « de Overeenkomst » en « het Slotprotocol »), Hebben te dien einde tot hun Gevolmachtigden benoemd, te weten : Voor de Regering van het Koninkrijk België, de heer Jean-Michel Veranneman de Watervliet, Buitengewoon & Gevolmachtigd Ambassadeur van het Koninkrijk België bij de Federale Republiek van Brazilië, Voor de Regering van de Federale Republiek Brazilië, de heer Celso Lafer, Minister voor Buitenlandse Betrekkingen van de Federale Republiek van Brazilië;
Die, na hun in goede en behoorlijke vorm bevonden volmachten te hebben uitgewisseld, als volgt zijn overeengekomen : Artikel I De bepalingen van artikel 2 van de Overeenkomst worden opgeheven en vervangen door de volgende bepalingen : « 1. Deze Overeenkomst is van toepassing op belastingen naar het inkomen die, ongeacht de wijze van heffing, worden geheven ten behoeve van een overeenkomstsluitende Staat. 2. De bestaande belastingen waarop de Overeenkomst van toepassing is, zijn : a) voor België : 1.de personenbelasting; 2. de vennootschapsbelasting;3. de rechtspersonenbelasting;4. de belasting van niet-inwoners;5. de aanvullende crisisbijdrage, met inbegrip van de voorheffingen, de opcentiemen op de hierboven vermelde belastingen en voorheffingen, alsmede de aanvullende belastingen op de personenbelasting (hierna te noemen « Belgische belasting »);b) voor Brazilië : de federale belasting op het inkomen en de baten van alle aard (hierna te noemen « Braziliaanse belasting »).3. De Overeenkomst is ook van toepassing op alle gelijke of gelijksoortige belastingen die na de datum van de ondertekening van de Overeenkomst naast of in de plaats van de bestaande belastingen worden geheven.De bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende Staten delen elkaar de belangrijke wijzigingen die in hun onderscheiden belastingwetten zijn aangebracht, mede. » Artikel II Artikel 4, paragraaf 1 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende bepalingen : « 1. Voor de toepassing van deze Overeenkomst betekent de uitdrukking « inwoner van een overeenkomstsluitende Staat » iedere persoon die, ingevolge de wetgeving van die Staat, aldaar aan belasting is onderworpen op grond van zijn woonplaats, verblijf, plaats van leiding of enige andere soortgelijke omstandigheid. » Artikel III De bepalingen van artikel 10 van de Overeenkomst worden opgeheven en vervangen door de volgende bepalingen : « 1. Dividenden betaald door een vennootschap die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat, zijn in die andere Staat belastbaar. 2. Die dividenden mogen echter in de overeenkomstsluitende Staat waarvan de vennootschap die de dividenden betaalt inwoner is, volgens de wetgeving van die Staat worden belast, maar de aldus geheven belasting mag niet hoger zijn dan : a) 10 pct.van het brutobedrag van de dividenden indien de uiteindelijk gerechtigde een vennootschap is die onmiddellijk ten minste 10 pct. bezit van het kapitaal van de vennootschap die de dividenden betaalt; b) 15 pct.van het brutobedrag van de dividenden in alle andere gevallen.
De bepalingen van deze paragraaf laten onverlet de belastingheffing van de vennootschap ter zake van de winst waaruit de dividenden worden betaald. 3. De uitdrukking "dividenden", zoals gebezigd in dit artikel, betekent inkomsten uit aandelen, winstaandelen of winstbewijzen, mijnaandelen, oprichtersaandelen of andere rechten op een aandeel in de winst, met uitzondering van schuldvorderingen.Deze uitdrukking omvat ook inkomsten - zelfs indien zij worden toegekend in de vorm van interest - die, volgens de wetgeving van de Staat waarvan de uitkerende vennootschap inwoner is, op dezelfde wijze als inkomsten uit aandelen in de belastingheffing worden betrokken. 4. De bepalingen van de paragrafen 1 en 2 zijn niet van toepassing indien de genieter van de dividenden die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat, in de andere overeenkomstsluitende Staat waarvan de vennootschap die de dividenden betaalt inwoner is, een vaste inrichting heeft waarmede het aandelenbezit uit hoofde waarvan de dividenden worden betaald, wezenlijk is verbonden.In dit geval zijn de bepalingen van artikel 7 van toepassing. 5. Indien een vennootschap die inwoner is van België, een vaste inrichting in Brazilië heeft, mag die vaste inrichting aldaar aan een bij de bron ingehouden belasting overeenkomstig de Braziliaanse wetgeving worden onderworpen, maar die belasting mag niet hoger zijn dan 10 pct.van het bedrag van de winst van de vaste inrichting, bepaald na de betaling van de vennootschapsbelasting op die winst. » Artikel IV Artikel 12, paragraaf 2, b) wordt opgeheven en vervangen door de volgende bepaling : « b) 20 pct. van het brutobedrag van royalty's die worden betaald voor het gebruik van een fabrieks- of handelsmerk; ».
Artikel V De bepalingen van artikel 16 van de Overeenkomst worden opgeheven en vervangen door de volgende bepalingen : « 1. Tantièmes, presentiegelden en andere, soortgelijke beloningen, verkregen door een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat in zijn hoedanigheid van lid van de raad van bestuur of van toezicht of van een gelijkaardig orgaan van een vennootschap die inwoner is van de andere overeenkomstsluitende Staat, mogen in die andere Staat worden belast.
Deze bepaling is ook van toepassing op beloningen verkregen ter zake van de uitoefening van werkzaamheden die, volgens de wetgeving van de overeenkomstsluitende Staat waarvan de vennootschap inwoner is, worden behandeld als werkzaamheden van soortgelijke aard als die welke worden verricht door een persoon als bedoeld in de genoemde bepaling. 2. Beloningen die een persoon, op wie paragraaf 1 van toepassing is, verkrijgt van een vennootschap die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat ter zake van de uitoefening van dagelijkse werkzaamheden van leidinggevende of van technische aard, en beloningen die een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat verkrijgt ter zake van zijn persoonlijke werkzaamheid als vennoot in een vennootschap, niet zijnde een vennootschap op aandelen, die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat, mogen overeenkomstig de bepalingen van artikel 15 worden belast, alsof het ging om beloningen die een werknemer ter zake van een dienstbetrekking verkrijgt en alsof de werkgever de vennootschap was.» Artikel VI Artikel 17 van de Overeenkomst wordt aangevuld met de volgende paragraaf 2 en de huidige tekst van dit artikel wordt paragraaf 1 : « 2. Indien inkomsten uit werkzaamheden die een beroepsartiest of een sportbeoefenaar persoonlijk en als zodanig verricht niet worden toegekend aan de beroepsartiest of aan de sportbeoefenaar zelf maar aan een andere persoon, mogen die inkomsten, niettegenstaande de bepalingen van de artikelen 7, 14 en 15, worden belast in de overeenkomstsluitende Staat waar de werkzaamheden van de beroepsartiest of de sportbeoefenaar worden verricht. » Artikel VII De bepalingen van artikel 18 van de Overeenkomst worden opgeheven en vervangen door de volgende bepalingen : « 1. Onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 19 zijn pensioenen of lijfrenten betaald aan een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat slechts in die Staat belastbaar. 2. De in paragraaf 1 gebruikte uitdrukking « pensioenen » betekent periodieke betalingen gedaan ter zake van een vroegere dienstbetrekking of als vergoeding voor letsels opgelopen in het kader van een dergelijke dienstbetrekking.3. Pensioenen en andere al dan niet periodieke uitkeringen die worden betaald ter uitvoering van de sociale wetgeving van een overeenkomstsluitende Staat of in het kader van een algemeen stelsel dat door die overeenkomstsluitende Staat is georganiseerd ter aanvulling van de voordelen waarin de genoemde wetgeving voorziet, zijn evenwel in die Staat belastbaar.4. De uitdrukking « lijfrenten » betekent een vaste som, periodiek betaalbaar op vaste tijdstippen, gedurende het leven of gedurende een vastgesteld of voor vaststelling vatbaar tijdvak, ingevolge een verbintenis tot het doen van betalingen, welke tegenover een voldoende en volledige tegenprestatie in geld of geldwaarde staat.» Artikel VIII De bepalingen van artikel 23 van de Overeenkomst worden opgeheven en vervangen door de volgende bepalingen : « 1. In Brazilië wordt dubbele belasting op de volgende wijze vermeden : Onder voorbehoud van de bepalingen van de Braziliaanse wetgeving met betrekking tot de verrekening van in het buitenland betaalde belastingen met de Braziliaanse belasting, verleent Brazilië, indien een inwoner van Brazilië een inkomen verkrijgt dat volgens de bepalingen van deze Overeenkomst in België belastbaar is, voor de toepassing van zijn belasting een vermindering die gelijkwaardig is aan de in België betaalde belasting.
Het bedrag van die vermindering mag evenwel niet hoger zijn dan het gedeelte van de Braziliaanse belasting dat tot die belasting in dezelfde verhouding staat, als dat inkomen staat tot het totaalbedrag van de in Brazilië belastbare inkomsten. 2. In België wordt dubbele belasting op de volgende wijze vermeden : a) Indien een inwoner van België inkomsten verkrijgt die volgens de bepalingen van deze Overeenkomst, met uitzondering van de bepalingen van artikel 10, paragrafen 2 en 6, 11, paragrafen 2, 3, b) en 8, en 12, paragrafen 2 en 6, in Brazilië mogen worden belast, stelt België die inkomsten vrij van belasting, maar mag het, om het bedrag van de Belgische belasting op het overige inkomen van die inwoner te berekenen, hetzelfde tarief toepassen dat van toepassing zou zijn indien die inkomsten niet waren vrijgesteld.b) Onder voorbehoud van de bepalingen van de Belgische wetgeving met betrekking tot de verrekening van in het buitenland betaalde belastingen met de Belgische belasting wordt, indien een inwoner van België inkomstenbestanddelen verkrijgt die deel uitmaken van zijn samengetelde inkomen dat aan de Belgische belasting is onderworpen en bestaan uit dividenden die belastbaar zijn ingevolge artikel 10, paragrafen 2 of 6, en niet van Belgische belasting zijn vrijgesteld ingevolge subparagraaf c) hierna, uit interest die belastbaar is ingevolge artikel 11, paragrafen 2, 3, b) of 8, of uit royalty's die belastbaar zijn ingevolge artikel 12, paragrafen 2 of 6, de op die inkomsten geheven Braziliaanse belasting in mindering gebracht van de Belgische belasting op die inkomsten. Met betrekking tot die inkomsten die overeenkomstig het vorige lid in België een vermindering genieten en die zijn betaald ter zake van investeringen die rechtstreeks verbonden zijn met ontwikkelingsprojecten op het vlak van de industrie, de handel, het toerisme of de landbouw in Brazilië, wordt deze vermindering evenwel berekend alsof de Braziliaanse belasting werd geheven tegen een tarief dat 5 pct. hoger is dan het tarief dat werkelijk werd toegepast. Deze bepaling is ook van toepassing wanneer Brazilië ervan afziet, overeenkomstig zijn nationale wetgeving, de desbetreffende inkomsten te belasten. De vermindering wordt niet langer berekend alsof de Braziliaanse belasting werd geheven tegen een tarief dat 5 pct. hoger is, met betrekking tot Belgische belastingen geheven naar inkomsten van belastbare tijdperken die aanvangen op of na 1 januari 2012. Dit lid is niet van toepassing op royalty's waarop artikel 12, paragraaf 2, b) van toepassing is. c) Indien een vennootschap die inwoner is van België aandelen of delen in eigendom bezit van een vennootschap die inwoner is van Brazilië, worden de dividenden in de zin van artikel 10, paragraaf 3, die haar door deze laatste vennootschap worden betaald, ten bedrage van 95 pct. van hun bedrag in België vrijgesteld van de vennootschapsbelasting op de voorwaarden die in de Belgische wetgeving zijn bepaald. d) Niettegenstaande de bepalingen van a) hiervoor, worden inkomsten die in Brazilië volgens de artikelen 13, paragraaf 3, of 22 werden belast en begrepen zijn in de inkomsten die aan de Belgische belasting onderhevig zijn, aan die belasting onderworpen op de wijze als bepaald door de Belgische belastingwetgeving met betrekking tot in het buitenland verwezenlijkte en belaste beroepsinkomsten.e) Indien verliezen die een onderneming gedreven door een inwoner van België in een in Brazilië gelegen vaste inrichting heeft geleden, voor de belastingheffing van die onderneming in België volgens de Belgische wetgeving werkelijk in mindering van de winst van die onderneming zijn gebracht, is de vrijstelling ingevolge a) in België niet van toepassing op de winst van andere belastbare tijdperken die aan die inrichting kan worden toegerekend, in zoverre als deze winst ook in Brazilië door de verrekening van die verliezen van belasting is vrijgesteld.» Artikel IX Artikel 24, paragraaf 4 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende bepaling : « 4. Behoudens in geval artikel 9, artikel 11, paragraaf 8, of artikel 12, paragraaf 6, van toepassing zijn worden interest, royalty's en andere uitgaven die door een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat worden betaald, bij het bepalen van de belastbare winst van die onderneming op dezelfde voorwaarden in mindering gebracht, alsof zij aan een inwoner van de eerstbedoelde Staat zouden zijn betaald. » Artikel X Artikel 26, paragraaf 1 van de Overeenkomst wordt opgeheven en vervangen door de volgende bepaling : « De bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende Staten wisselen de inlichtingen uit die nodig zijn om uitvoering te geven aan de bepalingen van deze Overeenkomst of aan die van de nationale wetgeving met betrekking tot belastingen van elke soort of benaming die worden geheven door of ten behoeve van de overeenkomstsluitende Staten, voor zover de heffing van die belastingen niet in strijd is met de Overeenkomst. De uitwisseling van inlichtingen wordt niet beperkt door de artikelen 1 en 2. De door een overeenkomstsluitende Staat verkregen inlichtingen worden op dezelfde wijze geheim gehouden als de inlichtingen die onder de nationale wetgeving van die Staat zijn verkregen en worden alleen ter kennis gebracht van personen of autoriteiten (daaronder begrepen rechterlijke instanties en administratieve lichamen) die betrokken zijn bij de vestiging of invordering van de belastingen die in de eerste zin zijn vermeld, de tenuitvoerlegging of vervolging ter zake van, of de beslissingen in beroepszaken betrekking hebbende op die belastingen. Deze personen of autoriteiten gebruiken deze inlichtingen slechts voor die doeleinden. » Artikel XI In artikel 27 van de Overeenkomst worden de paragrafen 1 en 2 opgeheven, waardoor de paragrafen 3, 4, 5 en 6 van dit artikel respectievelijk de paragrafen 1, 2, 3 en 4 worden.
Artikel XII De punten 3 en 4 van het Slotprotocol worden opgeheven en vervangen door de volgende bepalingen : « 3. Ad Artikel 2, paragraaf 2, b) : Er is overeengekomen dat de in artikel 2, paragraaf 2, b), bedoelde belastingen, de sociale bijdrage op de nettowinst bevatten (Contribuiçao Social sobre o Lucro Liquido, CSLL) ingesteld door de wet 7, 689 van 15 december 1988. » « 4. Ad artikel 10, paragraaf 2, artikel 11, paragraaf 2 en Artikel 12, paragraaf 2 : Er is overeengekomen dat het voordeel van de verminderde tarieven waarin deze bepalingen voorzien, door de overeenkomstsluitende Staat waaruit de bedoelde inkomsten afkomstig zijn uitsluitend wordt toegekend aan de inwoners van de andere overeenkomstsluitende Staat die de uiteindelijk gerechtigden tot die inkomsten zijn. » « 5. Ad Artikel 10, paragraaf 5 : De in artikel 10, paragraaf 5 bedoelde belasting mag slechts worden geheven van het bedrag van de winst van de vaste inrichting dat werkelijk wordt overgemaakt of gecrediteerd aan de zetel van de vennootschap die inwoner is van België. » « 6. Ad Artikel 12, paragrafen 2 en 3 : Er is overeengekomen dat in de bepalingen van artikel 12, paragraaf 3, de betalingen zijn begrepen die zijn verkregen voor technische bijstand of voor het verstrekken van technische diensten. De belasting geheven op die beloningen mag niet hoger zijn dan 10 pct. van het brutobedrag ervan. » « 7. Ad Artikel 23, paragraaf 2, b), 1e lid : Met betrekking tot de inkomsten die in België een vermindering genieten, kan de verwijzing naar de Belgische wetgeving in artikel 23, paragraaf 2, b), 1e lid niet tot gevolg hebben dat die vermindering beperkt wordt tot een lager bedrag dan de Belgische belasting die proportioneel op het inkomen uit Braziliaanse bron betrekking heeft, indien het bedrag van de werkelijk in Brazilië geheven belasting gelijk of hoger is dan de genoemde Belgische belasting. » « 8. Ad Artikel 26, paragraaf 1 : Met betrekking tot Brazilië is er overeengekomen dat artikel 26, paragraaf 1 slechts van toepassing is op de door de Unie geheven belastingen. » Artikel XIII « 1. Elke overeenkomstsluitende Staat zal de andere overeenkomstsluitende Staat in kennis stellen van de voltooiing van de procedures die door zijn wetgeving voor de inwerkingtreding van deze aanvullende Overeenkomst is vereist. De aanvullende Overeenkomst zal in werking treden op de eerste dag na die waarop de laatste kennisgeving is ontvangen. 2. De bepalingen van de aanvullende Overeenkomst zullen voor de eerste maal toepassing vinden : a) op de bij de bron geheven belastingen ten aanzien waarvan het tot belasting aanleiding gevende feit zich voordoet vanaf 1 januari van het jaar dat onmiddellijk volgt op dat van de inwerkingtreding;b) op de andere belastingen geheven naar inkomsten van belastbare tijdperken die beginnen vanaf 1 januari van het jaar dat onmiddellijk volgt op de inwerkingtreding.» Artikel XIV Deze aanvullende Overeenkomst maakt een integrerend deel uit van de Overeenkomst en van het Slotprotocol en zal van kracht blijven zolang de Overeenkomst en het Slotprotocol zelf van toepassing zijn.
Ten blijke waarvan de gevolmachtigden van beide Staten, deze aanvullende Overeenkomst hebben ondertekend en daaraan hun zegel hebben gehecht.
Gedaan in tweevoud te Brasilia, op 20 november 2002, in de Nederlandse, de Franse en de Portugese taal, zijnde de drie teksten gelijkelijk authentiek.