Etaamb.openjustice.be
Wet van 17 december 2004
gepubliceerd op 22 december 2004

Wet houdende instemming met het Avenant, ondertekend te Brussel op 11 december 2002, bij de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en het Groothertogdom Luxemburg tot het vermijden van dubbele belasting en tot regeling van sommige andere aangelegenheden inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, en het desbetreffende Slotprotocol, ondertekend te Luxemburg op 17 september 1970 (2)

bron
federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking
numac
2004015231
pub.
22/12/2004
prom.
17/12/2004
ELI
eli/wet/2004/12/17/2004015231/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

17 DECEMBER 2004. - Wet houdende instemming met het Avenant, ondertekend te Brussel op 11 december 2002, bij de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en het Groothertogdom Luxemburg tot het vermijden van dubbele belasting en tot regeling van sommige andere aangelegenheden inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, en het desbetreffende Slotprotocol, ondertekend te Luxemburg op 17 september 1970 (1) (2)


De Regering van het Koninkrijk België en De Regering van het Groothertogdom Luxemburg, wensen de de Overeenkomst te wijzigen tussen het Koninkrijk België en het Groothertogdom Luxemburg tot het vermijden van dubbele belasting en tot regeling van sommige andere aangelegenheden inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, en het desbetreffende Slotprotocol, ondertekend te Luxemburg op 17 september 1970 (hierna respectievelijk te noemen « de Overeenkomst » en « het Slotprotocol »), zijn het volgende overeengekomen : ARTIKEL 1 Paragraaf 3 van artikel 2 van de Overeenkomst wordt vervangen door de volgende paragraaf : « § 3. De bestaande belastingen, waarop de Overeenkomst van toepassing is, zijn : 1° Met betrekking tot België : a) de personenbelasting;b) de vennootschapsbelasting;c) de rechtspersonenbelasting;d) de belasting van niet-inwoners; met inbegrip van de voorheffingen, de opcentiemen op de hierboven vermelde belastingen en voorheffingen, alsmede de aanvullende belastingen op de personenbelasting, (hierna te noemen « Belgische belasting »); 2° Met betrekking tot het Groothertogdom Luxemburg : a) l'impôt sur le revenu des personnes physiques (de inkomstenbelasting van natuurlijke personen);b) l'impôt sur le revenu des collectivités (de inkomstenbelasting van lichamen);c) l'impôt sur la fortune (de vermogensbelasting);d) l'impôt commercial communal (de gemeentelijke bedrijfsbelasting);e) l'impôt foncier (de grondbelasting), (hierna te noemen « Luxemburgse belasting »).» Paragraaf 4 van artikel 2 van de Overeenkomst wordt opgeheven.

Paragraaf 5 van artikel 2 van de Overeenkomst wordt paragraaf 4.

ARTIKEL 2 Paragraaf 2 van artikel 15 van de Overeenkomst wordt vervangen door de volgende paragraaf : « § 2. Niettegenstaande de bepalingen van § 1 zijn beloningen die een verblijfhouder van een overeenkomstsluitende Staat verkrijgt ter zake van een in de andere overeenkomstsluitende Staat uitgeoefende dienstbetrekking slechts in de eerstbedoelde Staat belastbaar, indien : a) de verkrijger in de andere Staat verblijft gedurende een tijdvak of tijdvakken die tijdens enig tijdperk van twaalf opeenvolgende maanden dat aanvangt of eindigt in het betrokken kalenderjaar, een totaal van 183 dagen niet te boven gaan, en b) de beloningen worden betaald door of namens een werkgever die geen verblijfhouder van de andere Staat is, en c) de last van de beloningen niet wordt gedragen door een vaste inrichting of een vaste basis, die de werkgever in de andere Staat heeft.» Paragraaf 3 van artikel 15 van de Overeenkomst wordt vervangen door de volgende paragraaf : « § 3. In afwijking van de §§ 1 en 2 en onder het in § 1 gemaakte voorbehoud worden beloningen ter zake van een dienstbetrekking uitgeoefend aan boord van een schip, een luchtvaartuig of een spoor- of wegvoertuig geëxploiteerd in internationaal verkeer of aan boord van een schip in de binnenvaart in internationaal verkeer, geacht betrekking te hebben op werkzaamheden uitgeoefend in de overeenkomstsluitende Staat waarin de plaats van de werkelijke leiding van de onderneming is gelegen en zijn ze in die Staat belastbaar. » ARTIKEL 3 Artikel 16 van de Overeenkomst wordt vervangen door het volgende artikel : « Vennootschapsleiding § 1. Tantièmes, presentiegelden en ander soortgelijke beloningen, verkregen door een verblijfhouder van een overeenkomstsluitende Staat in zijn hoedanigheid van lid van de raad van beheer of van toezicht, of van een gelijkaardig orgaan van een vennootschap die verblijfhouder is van de andere overeenkomstsluitende Staat, zijn in die andere Staat belastbaar.

Deze bepaling is ook van toepassing op beloningen verkregen ter zake van de uitoefening van werkzaamheden die, volgens de wetgeving van de overeenkomstsluitende Staat waarvan de vennootschap verblijfhouder is, worden behandeld als werkzaamheden van soortgelijke aard als die welke worden verricht door een persoon als bedoeld in de genoemde bepaling. § 2. Beloningen die een persoon, op wie § 1 van toepassing is, van een vennootschap die verblijfhouder is van een overeenkomstsluitende Staat, verkrijgt ter zake van de uitoefening van een dagelijkse werkzaamheid van leidinggevende of van technische, commerciële, of financiële aard, mogen overeenkomstig de bepalingen van artikel 15 worden belast, alsof het zou gaan om beloningen die een werknemer verkrijgt ter zake van een dienstbetrekking en alsof de werkgever de vennootschap zou zijn. Deze bepaling is ook van toepassing op beloningen die een verblijfhouder van Luxemburg verkrijgt ter zake van zijn dagelijkse werkzaamheid als vennoot in een vennootschap, niet zijnde een vennootschap op aandelen, die verblijfhouder is van België. » ARTIKEL 4 Artikel 17 van de Overeenkomst wordt vervangen door het volgende artikel : « § 1. Niettegenstaande de bepalingen van de artikelen 7, 14 en 15 mogen inkomsten die een verblijfhouder van een overeenkomstsluitende Staat verkrijgt uit zijn persoonlijke werkzaamheden verricht in de andere overeenkomstsluitende Staat in de hoedanigheid van artiest, zoals toneelspeler, film-, radio- of televisieartiest, of musicus, of in de hoedanigheid van sportbeoefenaar, in die andere Staat worden belast. § 2. Indien inkomsten uit werkzaamheden die een artiest of een sportbeoefenaar persoonlijk en als zodanig verricht niet worden toegekend aan de artiest of aan de sportbeoefenaar zelf maar aan een andere persoon, mogen die inkomsten, niettegenstaande de bepalingen van de artikelen 7, 14 en 15, worden belast in de overeenkomstsluitende Staat waar de werkzaamheden van de artiest of de sportbeoefenaar worden verricht. » ARTIKEL 5 Er wordt een paragraaf 3 toegevoegd aan artikel 18 van de Overeenkomst die als volgt luidt : « § 3. Niettegenstaande de bepalingen van § 1 zijn pensioenen en andere soortgelijke beloningen verkregen uit Luxemburg en betaald aan een verblijfhouder van België niet-belastbaar in België indien die betalingen voortvloeien uit bijdragen, stortingen of verzekeringspremies gestort aan een aanvullend pensioenstelsel door de verkrijger of voor zijn rekening, of uit stortingen door de werkgever aan een intern stelsel, en indien die bijdragen, stortingen of verzekeringspremies werkelijk aan belastingheffing in Luxemburg zijn onderworpen. » Er wordt een paragraaf 4 toegevoegd aan artikel 18 van de Overeenkomst die luidt als volgt : « § 4. Niettegenstaande de bepalingen van § 1 zijn kapitalen en afkoopwaarden die pensioenen uit België uitmaken betaald ter zake van een vroegere dienstbetrekking aan een verblijfhouder van Luxemburg, belastbaar in België. » ARTIKEL 6 Paragraaf 4 van artikel 24 van de Overeenkomst wordt paragraaf 4a.

Er wordt een paragraaf 4b toegevoegd aan artikel 24 van de Overeenkomst die als volgt luidt : « § 4b. Natuurlijke personen die verblijfhouder zijn van Luxemburg en die overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk III (Belastingheffing naar het inkomen) in België belastbaar zijn, worden in België niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting, die zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waaraan natuurlijke personen die verblijfhouder zijn van België en die zich overigens in dezelfde situatie bevinden. De persoonlijke aftrekken, tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de gezinstoestand of gezinslasten welke België aan zijn eigen verblijfhouders verleent, worden verleend aan de verblijfhouders van Luxemburg naar rata van de bezoldigingen uit België afkomstig in verhouding tot het totale beroepsinkomen, ongeacht de herkomst ervan, waarvan die personen de begunstigden zijn. » Paragraaf 5 van artikel 24 van de Overeenkomst wordt paragraaf 5a.

Er wordt een paragraaf 5b toegevoegd aan artikel 24 van de Overeenkomst die als volgt luidt : « § 5b. De belastingheffing van een landbouw- of bosbedrijf dat een verblijfhouder van een overeenkomstsluitende Staat in de andere overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van verblijfhouders van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. » ARTIKEL 7 Aan paragraaf 2 van artikel 25 van de Overeenkomst wordt een tweede zin toegevoegd die als volgt luidt : « De regeling wordt uitgevoerd ongeacht de termijnen waarin het interne recht van de overeenkomstsluitende Staten voorziet. » ARTIKEL 8 Paragraaf 1 van artikel 27 van de Overeenkomst wordt opgeheven. De overige paragrafen worden de paragrafen 1, 2, 3, 4 en 5.

ARTIKEL 9 Het Slotprotocol wordt gewijzigd als volgt : De paragrafen 3, 8 en 9 worden opgeheven. De paragrafen 4, 5, 6, 7 en 10 worden de paragrafen 3, 4, 5, 6 en 7.

Er wordt een paragraaf 8 toegevoegd die als volgt luidt : « § 8. Niet zelfstandige-beroepen Ad artikel 15, §§ 1 en 2.

Voor de toepassing van artikel 15, §§ 1 en 2 is overeengekomen dat een dienstbetrekking in de andere overeenkomstsluitende Staat wordt uitgeoefend wanneer de werkzaamheid uit hoofde waarvan de lonen, salarissen en andere beloningen worden betaald daadwerkelijk in die andere Staat wordt uitgeoefend, dit wil zeggen indien de persoon die de dienstbetrekking uitoefent fysisch aanwezig is in die andere Staat om er die werkzaamheid uit te oefenen. » Er wordt een paragraaf 9 toegevoegd die als volgt luidt : « § 9. Vennootschapsleiding Ad artikel 16 Er is overeengekomen dat met de uitdrukking vennootschap niet worden bedoeld de vennootschappen onder firma, de gewone commanditaire vennootschappen en elke burgerlijke vennootschap naar Luxemburgs recht. » ARTIKEL 10 § 1. Elke overeenkomstsluitende Staat zal de andere Staat langs diplomatieke weg schriftelijk in kennis stellen dat aan alle grondwettelijke voorschriften met betrekking tot de inwerkingtreding van dit Avenant bij de Overeenkomst is voldaan. Het Avenant bij de Overeenkomst zal in werking treden op de datum waarop de laatste van deze kennisgevingen werd ontvangen. § 2. Het Avenant bij de Overeenkomst zal van toepassing zijn : (i) met betrekking tot de bij de bron verschuldigde belastingen, op inkomsten welke zijn toegekend vanaf 1 januari van het kalenderjaar dat onmiddellijk volgt op het jaar waarin het Avenant bij de Overeenkomst in werking zal treden; (ii) met betrekking tot de andere belastingen geheven naar het inkomen, en de belastingen naar het vermogen, op de verschuldigde belastingen van elk belastbaar tijdperk dat aanvangt op of na 1 januari van het kalenderjaar dat onmiddellijk volgt op het jaar waarin het Avenant bij de Overeenkomst in werking zal treden.

Het Avenant zal van kracht blijven zolang de Overeenkomst zelf van kracht zal zijn.

Ten blijke waarvan de ondergetekenden, daartoe behoorlijk gevolmachtigd, dit Avenant hebben ondertekend.

Gedaan in tweevoud te Brussel, op 11 december 2002, in de Nederlandse en de Franse taal.

17 DECEMBER 2004. - Wet houdende instemming met het Avenant, ondertekend te Brussel op 11 december 2002, bij de overeenkomst tussen het Koninkrijk België en het Groothertogdom Luxemburg tot het vermijden van dubbele belasting en tot regeling van sommige andere aangelegenheden inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, en het desbetreffende slotprotocol, ondertekend te Luxemburg op 17 september 1970 ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtingen het geen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2.Het Avenant, ondertekend te Brussel op 11 december 2002, bij de Overeenkomst Luxemburg tot het vermijden van dubbele belasting en tot regeling van sommige andere aangelegenheden inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, en het desbetreffende Slotprotocol, ondertekend te Luxemburg op 17 september 1970, zal volkomen gevolg hebben.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 17 december 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Buitenlandse Zaken, K. DE GUCHT Met's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Zitting 2004-2005 Senaat : Documenten.- Ontwerp van wet ingediend op 11 juni 2004, nr. 3-740/1.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking, vergadering van 15 juli 2004. - Stemming, vergadering van 15 juli 2004.

Kamer van volksvertegenwoordigers : Document. - Ontwerp overgezonden door de Senaat, nr. 51-1293/1. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd, nr. 51-1293/2.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking, vergadering van 25 november 2004. - Stemming, vergadering van 25 november 2004. (2) Dit Avenant treedt in werking op 20 december 2004.

^