gepubliceerd op 19 maart 2004
Wet tot wijziging van de wet van 3 april 1953 betreffende de rechterlijke inrichting en tot tijdelijke toelating tot de benoeming van magistraten in overtal
11 MAART 2004. - Wet tot wijziging van de wet van 3 april 1953 betreffende de rechterlijke inrichting en tot tijdelijke toelating tot de benoeming van magistraten in overtal
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.
Art. 2.In de tabel die voorkomt in artikel 1 van de wet van 3 april 1953 betreffende de rechterlijke inrichting, vervangen bij de wet van 20 juli 1998 en gewijzigd bij de wet van 29 november 2001, wordt het cijfer « 5 » dat voorkomt in de kolom « Substituut-procureurs-generaal » tegenover de zetel van Bergen vervangen door het cijfer « 6 ».
Art. 3.In de tabel III « Rechtbanken van eerste aanleg », gevoegd bij dezelfde wet, vervangen bij de wet van 20 juli 1998 en gewijzigd bij de wetten van 28 maart 2000 en 16 juli 2002, worden de cijfers « 30 » en « 33 » die voorkomen in de kolommen « Rechters » en « Substituut- procureurs des Konings » tegenover de zetel van Charleroi respectievelijk vervangen door de cijfers « 32 » en « 36 ».
Art. 4.In de tabel « Aantal eerste substituut-procureurs des Konings in de rechtbanken van eerste aanleg », gevoegd bij dezelfde wet, vervangen bij de wet van 20 juli 1998, wordt het cijfer « 11 » dat voorkomt in de kolom « Maximumaantal eerste substituut-procureurs des Konings (begrepen in het aantal substituut-procureurs des Konings) » tegenover de zetel van Charleroi vervangen door het cijfer « 12 ».
Art. 5.Er kan, gedurende een periode van drie jaar die aanvangt op de datum van inwerkingtreding van deze wet, overgegaan worden tot de benoeming in overtal van een raadsheer bij het hof van beroep te Bergen en van een substituut-procureur-generaal bij het parket van dit hof.
Art. 6.Deze wet treedt in werking de dag waarop zij in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 11 maart 2004.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX Nota (1) Zitting 2003-2004 Kamer van volksvertegenwoordigers Stukken 51-596/1 : Wetsvoorstel 51-596/2 : Amendementen 51-596/3 : Amendementen 51-596/4 : Verslag namens de commissie 51-596/5 : Tekst verbeterd door de commissie 51-596/6 : Amendementen ingediend na de goedkeuring van het verslag 51-596/7 : Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat Senaat Stukken 3-504/1 : Ontwerp overgezonden door de Kamer 3-504/2 : Amendementen 3-504/3 : Verslag namens de commissie 3-504/4 : Tekst aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd