Etaamb.openjustice.be
Wet van 10 juni 2014
gepubliceerd op 01 juni 2016

Wet houdende instemming met het Zetelakkoord tussen het Koninkrijk België en de Gemeenschappelijke Markt voor Oostelijk en Zuidelijk Afrika, ondertekend te Brussel op 2 maart 2007 (2)(3)

bron
federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking
numac
2014015248
pub.
01/06/2016
prom.
10/06/2014
ELI
eli/wet/2014/06/10/2014015248/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)Kamer (parl. doc.)Senaat (fiche)
Document Qrcode

10 JUNI 2014. - Wet houdende instemming met het Zetelakkoord tussen het Koninkrijk België en de Gemeenschappelijke Markt voor Oostelijk en Zuidelijk Afrika, ondertekend te Brussel op 2 maart 2007 (1)(2)(3)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2.Het Zetelakkoord tussen het Koninkrijk België en de Gemeenschappelijke Markt voor Oostelijk en Zuidelijk Afrika, ondertekend te Brussel op 2 maart 2007, zal volkomen gevolg hebben.

Art. 3.Deze wet heeft uitwerking met ingang van 2 maart 2007.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 10 juni 2014.

FILIP Van Koningswege : De vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, D. REYNDERS De vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. J. MILQUET De vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX De minister van Justitie, Mevr. A. TURTELBOOM De minister van Financiën, K. GEENS Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, Mevr. A. TURTELBOOM _______ Nota's (1) Senaat (www.senate.be): Stukken: 5-2756 Handelingen van de Senaat: 03/04/2014 Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be): Stukken: 53-3536 Integraal verslag: 23/04/2014. (2) Zie Decreet van de Vlaamse Gemeenschap/het Vlaamse Gewest van 3 april 2009 (Belgisch Staatsblad van 18/06/2009), Decreet van de Franse Gemeenschap van 21 april 2016 (Belgisch Staatsblad van 04/05/2016), Decreet van de Duitstalige Gemeenschap van 19 april 2010 (Belgisch Staatsblad van 19/05/2010), Decreet van het Waalse Gewest van 3 maart 2016 (Belgisch Staatsblad van 15/03/2016), Ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest van 4 februari 2010 (Belgisch Staatsblad van 11/02/2010).(3) Datum inwerkingtreding : 01/07/2016 (art.31)

ZETELAKKOORD TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE EN DE GEMEENSCHAPPELIJKE MARKT VOOR OOSTELIJK EN ZUIDELIJK AFRIKA ZETELAKKOORD TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE EN DE GEMEENSCHAPPELIJKE MARKT VOOR OOSTELIJK EN ZUIDELIJK AFRIKA HET KONINKRIJK BELGIE, hierna genoemd "België", en DE GEMEENSCHAPPELIJKE MARKT VOOR OOSTELIJK EN ZUIDELIJK AFRIKA, hierna genoemd "de COMESA", GELET OP het Verdrag tot oprichting van de Gemeenschappelijke Markt voor Oostelijk en Zuidelijk Afrika, ondertekend te Kampala (Oeganda) op 5 november 1993 en geratificeerd te Lilongwe (Malawi) op 8 december 1994;

TEGEMOET KOMEND AAN de wens van de COMESA om een Verbindingsbureau te openen in België, hierna genoemd "het Bureau";

VERLANGEND een overeenkomst te sluiten teneinde de voorrechten en immuniteiten nader te bepalen die vereist zijn voor het functioneren van het Bureau en voor de goede uitvoering door het personeel van zijn opdracht;

ZIJN OVEREENGEKOMEN als volgt: HOOFDSTUK I RECHTSPERSOONLIJKHEID, VOORRECHTEN EN IMMUNITEITEN VAN HET VERBINDINGSBUREAU VAN DE COMESA Artikel 1 De internationale rechtspersoonlijkheid en rechtsmacht worden toegekend aan het Bureau.

Artikel 2 Het Bureau, evenals de goederen en bezittingen van de COMESA die worden gebruikt voor de uitoefening van de officiële werkzaamheden van het Bureau, genieten immuniteit van rechtsmacht, behalve in de mate dat het Bureau er uitdrukkelijk aan verzaakt.

Artikel 3 1. De goederen en bezittingen van de COMESA die worden gebruikt voor de uitoefening van de officiële werkzaamheden van het Bureau kunnen niet het voorwerp uitmaken van enige vorm van opvordering, verbeurdverklaring, inbewaringstelling of een andere vorm van beslaglegging of dwang.2. Indien een onteigening mocht nodig zijn, worden alle gepaste schikkingen getroffen om te verhinderen dat de uitoefening van de werkzaamheden van het Bureau in het gedrang komt.In zodanig geval zou België zijn medewerking verlenen aan de wederinstallatie van het Bureau.

Artikel 4 Het archief van het Bureau en, in het algemeen, alle documenten die aan het Bureau toebehoren of door het Bureau worden bijgehouden, zijn onschendbaar.

Artikel 5 1. De lokalen die uitsluitend worden gebruikt voor de uitoefening van de officiële werkzaamheden van het Bureau zijn onschendbaar.De instemming van de vertegenwoordiger van het Bureau is vereist voor de toegang tot zijn lokalen. 2. Deze toestemming wordt evenwel geacht verkregen te zijn in gevallen van nood die onmiddellijke beschermingsmaatregelen vergt.3. België zal alle gepaste maatregelen nemen om de lokalen van het Bureau te beschermen tegen indringers of tegen het toebrengen van schade en om te vermijden dat de rust van het Bureau wordt verstoord of haar waardigheid wordt aangetast. Artikel 6 1. Onverminderd de toepasselijke internationale en Europese Communautaire bepalingen mag het Bureau in België om het even welke valuta in bezit hebben en rekeningen hebben in welke munteenheid ook voor zover dit nodig is voor verrichtingen die aan zijn doelstellingen beantwoorden.2. België verbindt er zich toe de nodige toelatingen te verlenen om volgens het bepaalde in de toepasselijke nationale reglementen en internationale overeenkomsten, het fondsenverkeer te verzekeren dat nodig is voor de oprichting en de werkzaamheden van het Bureau. Artikel 7 1. Het Bureau, zijn bezittingen, inkomsten en andere goederen bestemd voor zijn officieel gebruik zijn vrijgesteld van alle directe belastingen.2. Geen enkele vrijstelling van directe belasting wordt verleend voor de inkomsten van het Bureau die afkomstig zijn van een industriële of handelsactiviteit, die wordt uitgeoefend door het Bureau of door een lid van het Bureau dat voor diens rekening handelt. Artikel 8 Wanneer het Bureau aanzienlijke aankopen van roerende of onroerende goederen doet of belangrijke diensten laat uitvoeren die strikt noodzakelijk zijn voor de uitoefening van haar officiële werkzaamheden en waarvan de prijs indirecte rechten of BTW bevat, worden, telkens wanneer mogelijk de nodige schikkingen getroffen met het oog op de kwijtschelding of terugbetaling van het bedrag van deze rechten en belastingen.

Artikel 9 Het Bureau is vrijgesteld van alle indirecte belastingen op goederen die hij invoert, of die in zijn naam worden ingevoerd, verworven of uitgevoerd voor officieel gebruik.

Artikel 10 Onverminderd de verplichtingen die voor België voortvloeien uit de verdragen betreffende de Europese Unie en uit de toepassing van de wetten en voorschriften inzake de openbare orde en veiligheid, volksgezondheid of openbare zeden, kan het Bureau alle goederen en publicaties invoeren die bestemd zijn voor officieel gebruik.

Artikel 11 Het Bureau is vrijgesteld van alle indirecte belastingen op de officiële publicaties die voor hem bestemd zijn of die hij naar het buitenland verstuurt.

Artikel 12 De goederen die eigendom zijn van het Bureau kunnen in België niet worden vervreemd, tenzij dit gebeurt onder de in de Belgische wetten en voorschriften bepaalde voorwaarden.

Artikel 13 Het Bureau is niet vrijgesteld van belastingen, heffingen en rechten die alleen de vergoeding van diensten van openbaar nut betreffen.

Artikel 14 Het recht van het Bureau om voor officiële doeleinden verbindingen te onderhouden is gewaarborgd. De officiële briefwisseling van het Bureau is onschendbaar.

Artikel 15 Onverminderd de verplichtingen die voor België voortvloeien uit de verdragen betreffende de Europese Unie en de toepassing van de wetten en voorschriften, worden de voorwaarden en toepassingsregelingen van de artikelen 7, 8, 9, 10, 11 en 12 en de in artikel 17.1 a) vervatte belastingvrijstelling vastgelegd door de Minister van Financiën. HOOFDSTUK II STATUUT VAN HET PERSONEEL Artikel 16 Het Hoofd van het Bureau en diens adjunct genieten dezelfde voorrechten, immuniteiten en faciliteiten als de diplomatieke personeelsleden van de diplomatieke missies. Hun inwonende echtgeno(o)t(e) en minderjarige inwonende kinderen ten laste genieten dezelfde voordelen als de echtgeno(o)t(e) en de minderjarige kinderen van de leden van het diplomatiek personeel.

Artikel 17 1. Alle ambtenaren en personeelsleden van het Bureau genieten: a) vrijstelling van belastingen op de salarissen, emolumenten en vergoedingen die hen door de COMESA worden gestort, met ingang van de dag waarop deze inkomsten onderworpen zijn aan een belasting ten voordele van de COMESA, onder voorbehoud dat België het intern belastingstelsel erkent;België behoudt zich het recht voor deze salarissen, emolumenten en vergoedingen in aanmerking te nemen voor de berekening van de belasting die moet worden geheven op uit andere bronnen afkomstige belastbare inkomsten; b) wat de monetaire of wisselreglementeringen betreft, de faciliteiten die worden toegekend aan ambtenaren van internationale organisaties.2. De ambtenaren en personeelsleden van het Bureau genieten: a) vrijstelling van rechtsvervolging voor daden die ze in hun officiële hoedanigheid hebben verricht, met inbegrip van hun woorden en geschriften;deze immuniteit blijft van kracht na de beëindiging van hun functies; b) onschendbaarheid voor al hun officiële papieren en documenten.3. Alle ambtenaren en personeelsleden van het Bureau, hun samenwonende echtgeno(o)t(e) en inwonende minderjarige kinderen ten laste, zijn niet onderworpen aan de maatregelen tot beperking van de immigratie of aan de registratieformaliteiten voor vreemdelingen.Deze afwijking wordt toegekend overeenkomstig de Belgische wetgeving ter zake. 4. Het Bureau stelt de Directie Protocol van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken in kennis van de aankomst en het vertrek van haar ambtenaren en personeelsleden en doet mededeling van alle hierna nader omschreven gegevens omtrent haar ambtenaren en personeelsleden: a) naam en voornaam b) geboorteplaats en -datum c) geslacht d) nationaliteit e) hoofdverblijfplaats (gemeente, straat, nummer) f) burgerlijke staat g) samenstelling van het gezin h) het stelsel van sociale zekerheid gekozen door het personeelslid Elke wijziging van de bovenstaande gegevens moet binnen de twee weken ter kennis worden gebracht van de directie Protocol van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken. Artikel 18 Het bepaalde in artikel 17.1 a) is niet van toepassing op de pensioenen en rentes die de COMESA betaalt aan haar vroegere ambtenaren en personeelsleden in België of aan hun rechthebbenden, noch op de salarissen, emolumenten en vergoedingen die de COMESA of het Bureau betaald heeft aan haar personeelsleden die werden aangeworven voor de duur van minder dan een jaar, of die bij de COMESA geen vaste betrekking bekleden gelet op de opdracht en de statutaire regels van deze Organisatie.

Artikel 19 1. Onverminderd de verplichtingen die voor België voortvloeien uit de verdragen betreffende de Europese Unie en de toepassing van de wetten en voorschriften, genieten de ambtenaren en personeelsleden van het Bureau, behalve die als vermeld in artikel 16, het recht om tijdens een periode van twaalf maanden volgend op het tijdstip waarop zij voor de eerste maal hun functie hebben opgenomen, hun meubelen en een motorvoertuig voor persoonlijk gebruik in België vrij van douanerechten en belasting over de toegevoegde waarde in te voeren of aan te kopen.2. De bevoegde Minister van Financiën legt de beperkingen en toepassingsvoorwaarden van dit artikel vast. Artikel 20 België is niet verplicht de in dit Akkoord vastgelegde voordelen, voorrechten en immuniteiten, behalve die waarin artikel 17.1 a) voorziet, aan eigen onderdanen of vaste ingezetenen toe te kennen.

Artikel 21 Voor de uitoefening van hun officiële functies bij het Bureau zijn de ambtenaren en personeelsleden van het Bureau niet onderworpen aan de Belgische wetgeving inzake tewerkstelling van buitenlandse arbeidskrachten en inzake de uitoefening door buitenlanders van zelfstandige beroepsactiviteiten.

Artikel 22 Voor 1 maart van elk jaar zal het Bureau aan alle begunstigden een fiche overhandigen waarop hun naam en adres, het bedrag van de salarissen, emolumenten, vergoedingen, pensioenen of rentes staan vermeld die hen gedurende het voorgaande jaar door de COMESA of door het Bureau werden gestort.

Wat de lonen, emolumenten en vergoedingen betreft die zijn onderworpen aan een belasting ten voordele van de COMESA, vermeldt deze fiche eveneens het bedrag van deze belasting.

Het dubbel van de fiches zal door het Bureau vóór voornoemde datum rechtstreeks aan de bevoegde Belgische fiscale administratie worden doorgestuurd.

Artikel 23 1. De ambtenaren en personeelsleden van het Bureau die geen Belgisch onderdaan of permanent verblijfshouder in België zijn en er geen enkele andere winstgevende activiteit uitoefenen dan die welke door hun officiële functies is vereist, kunnen kiezen voor aansluiting bij de sociale zekerheidsstelsels die van toepassing zijn op de ambtenaren en personeelsleden van de COMESA, overeenkomstig de voorschriften van deze stelsels.Dit keuzerecht dient te worden uitgeoefend binnen de twee weken volgend op de indiensttreding van de ambtenaar of personeelslid. Het moet, binnen dezelfde termijn, worden medegedeeld overeenkomstig artikel 17.4. 2. Het Bureau dient ervoor te zorgen dat de Belgische ambtenaren en personeelsleden en de permanente verblijfshouders evenals de ambtenaren en personeelsleden die niet gedekt zijn door (of niet gekozen hebben voor) de sociale bescherming van de COMESA, gedekt worden door het Belgische sociale zekerheidsstelsel. 3. De COMESA verbindt zich ertoe haar ambtenaren en personeelsleden die een functie uitoefenen in België en die aangesloten zijn bij haar sociale zekerheidstelsels, evenals aan hun samenwonende echtgeno(o)t(e) en inwonende kinderen ten laste zoals vermeld onder artikel 17.3, voordelen te garanderen die gelijk zijn aan die waarin het Belgische sociale zekerheidsstelsel voorziet. 4. De personeelsleden, aangeworven door het Bureau, die bij de COMESA geen vaste betrekking bekleden gelet op de opdracht en de statutaire regels van deze Organisatie, worden aangesloten bij het Belgische sociale zekerheidsstelsel.5. België kan van het Bureau of van de COMESA de kosten terugbetaald krijgen van elke bijstand van sociale aard die het mocht hebben verleend aan de ambtenaren en personeelsleden van de COMESA, tewerkgesteld bij het Bureau, die aangesloten zijn bij de sociale zekerheidsstelsels die op de ambtenaren en personeelsleden van de COMESA van toepassing zijn. HOOFDSTUK III ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 24 De voorrechten en immuniteiten worden uitsluitend toegekend aan de ambtenaren en personeelsleden van het Bureau in het belang van de COMESA en niet tot hun persoonlijk voordeel. Het Hoofd van het Bureau dient de immuniteit op te heffen in alle gevallen waarin ze een belemmering kan vormen voor de rechtsbedeling en voor zover ze kan worden opgeheven zonder de goede werking van het Bureau in gevaar te brengen.

Artikel 25 Onverminderd de door dit Akkoord aan het Bureau en aan zijn ambtenaren en personeelsleden verleende rechten, behoudt België het recht om alle nuttige voorzorgen te nemen in het belang van zijn veiligheid.

Artikel 26 1. De personen vermeld in de artikelen 16 en 17 genieten geen enkele immuniteit van rechtsmacht voor de gevallen van inbreuk op de reglementering betreffende het zich in het verkeer begeven van voertuigen of schade berokkend door een motorvoertuig.2. Het Bureau en zijn ambtenaren en personeelsleden dienen zich te houden aan alle verplichtingen die de Belgische wetgeving inzake wettelijke aansprakelijkheids-verzekering voor het gebruik van een motorvoertuig oplegt. Artikel 27 Het Bureau en al zijn ambtenaren en personeelsleden werken te allen tijde samen met de bevoegde Belgische autoriteiten om de goede rechtsbedeling te vergemakkelijken, de naleving van het politiereglement te waarborgen en elk misbruik te vermijden waartoe de voorrechten, immuniteiten en faciliteiten waarin dit Akkoord voorziet, kunnen aanleiding geven.

Artikel 28 De COMESA, het Bureau en al hun ambtenaren en personeelsleden dienen zich te houden aan de Belgische wetten en voorschriften en aan de te hunnen opzichte gedane uitspraken.

Artikel 29 België draagt ten aanzien van de werkzaamheden van het Bureau op zijn grondgebied generlei internationale aansprakelijkheid voor een daad of nalatigheid van het Bureau dan wel voor een daad of nalatigheid van zijn ambtenaren en personeelsleden die in het kader van hun functie een daad stellen of nalaten te stellen.

Artikel 30 1. Alle uiteenlopende standpunten aangaande de toepassing of interpretatie van dit Akkoord die niet geregeld konden worden middels rechtstreeks overleg tussen de Partijen, kunnen door één van de Partijen worden voorgelegd aan een scheidsgerecht, bestaande uit drie leden.2. De Partijen benoemen elk een lid van het scheidsgerecht.3. Het derde lid van het scheidsgerecht wordt benoemd door beide Partijen na overleg.4. Het derde lid wordt Voorzitter van het scheidsgerecht.5. Ingeval geen overeenstemming kan worden bereikt aangaande de persoon van het derde lid van het scheidsgerecht, wordt deze laatste op verzoek van de Partijen benoemd door de Voorzitter van het Internationaal Gerechtshof.6. Een Partij maakt een zaak bij het scheidsgerecht aanhangig door middel van een verzoekschrift.7. Het scheidsgerecht legt zijn eigen procedure vast. HOOFDSTUK IV SLOTBEPALINGEN Artikel 31 Elke Partij stelt de andere Partij ervan in kennis dat aan de voor de inwerkingtreding van dit Akkoord vereiste interne grondwettelijke en wettelijke procedures is voldaan.

Het Akkoord treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand die volgt op de datum van de laatste kennisgeving.

Dit Akkoord kan op verzoek van een Partij worden herzien.

TEN BLIJKE WAARVAN de vertegenwoordigers van het Koninkrijk België en van de Gemeenschappelijke Markt voor Oostelijk en Zuidelijk Afrika dit Akkoord hebben ondertekend.

GEDAAN te Brussel, op 2 maart 2007, in drievoud, in de Nederlandse, Franse en Engelse taal, zijnde de Franse en de Engelse tekst rechtsgeldig.

^