Etaamb.openjustice.be
Wet van 10 juli 2002
gepubliceerd op 28 augustus 2002

Wet houdende eindregeling van de begrotingen van de diensten van algemeen bestuur van de Staat en van de Staatsdienst met afzonderlijk beheer « Muntfonds » van het jaar 1998

bron
ministerie van financien
numac
2002003364
pub.
28/08/2002
prom.
10/07/2002
ELI
eli/wet/2002/07/10/2002003364/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

10 JULI 2002. - Wet houdende eindregeling van de begrotingen van de diensten van algemeen bestuur van de Staat en van de Staatsdienst met afzonderlijk beheer « Muntfonds » van het jaar 1998


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 74, 3° van de Grondwet. TITEL I. - Diensten van algemeen bestuur van de Staat Begrotingsjaar 1998 HOOFDSTUK I. - Vastleggingen gedaan ter uitvoering van de begroting (Tabel A) § 1. Vaststelling van de vastleggingen.

Art. 2.De vastleggingen van uitgaven uitgevoerd ten laste van de vastleggingskredieten van het begrotingsjaar 1998 belopen 49.257.955.983.-F De ten laste van de vastleggingsmachtigingen aangerekende vastleggingen van het begrotingsjaar 1998 belopen 741.464.479.-F § 2. Vaststelling van de vastleggingskredieten.

Art. 3.De vastleggingskredieten beschikbaar ten behoeve van de ministeriële departementen voor de vastleggingen van het begrotingsjaar 1998 belopen in totaal 60.853.500.000.-F Dit bedrag omvat : 1) oorspronkelijke vastleggingskredieten toegestaan bij de begrotingswetten 36.015.300.000.-F 2) de aanpassingen van de kredieten : 24.838.200.000.-F (netto-resultaat) 60.853.500.000.-F

Art. 4.De in totaal voor het begrotingsjaar 1998 verleende vastleggingskredieten worden verminderd met de aan het eind van het begrotingsjaar beschikbare en definitief geannuleerde vastleggingskredieten : 11.595.544.017.-F

Art. 5.Ingevolge de bepalingen vervat in de bovengenoemde artikelen 3 en 4 worden de definitieve vastleggingskredieten van het begrotingsjaar 1998 vastgesteld op 49.257.955.983.-F Deze som is gelijk aan de ten laste van de begrotingskredieten van het begrotingsjaar 1998 geboekte vastleggingen. § 3. Vaststelling van de vastleggingsmachtigingen.

Art. 6.De vastleggingsmachtigingen beschikbaar ten behoeve van de ministeriële departementen voor het begrotingsjaar 1998 belopen in totaal 750.000.000.-F Dit bedrag komt overeen met de oorspronkelijke vastleggingsmachtigingen toegestaan bij de begrotingswetten.

Art. 7.De in totaal voor het begrotingsjaar 1998 verleende vastleggingsmachtigingen worden verminderd met de beschikbaar gebleven vastleggingsmachtigingen die definitief geannuleerd moeten worden : 8.535.521.-F

Art. 8.Ingevolge de bepalingen vervat in bovengenoemde artikelen 6 en 7 worden de definitieve vastleggingsmachtigingen van het begrotingsjaar 1998 vastgesteld op : 741.464.479.-F Deze som is gelijk aan de ten laste van de vastleggingsmachtigingen van het begrotingsjaar 1998 geboekte vastleggingen. HOOFDSTUK II. - Ontvangsten en uitgaven gedaan ter uitvoering van de begroting § 1. Vaststelling van de ontvangsten (Tabel B).

Art. 9.De op het begrotingsjaar 1998 ten behoeve van de Staat vastgestelde rechten bedragen 3.275.709.802.809.-F Dit bedrag is vastgesteld als volgt : - lopende ontvangsten 2.007.178.232.702.-F - kapitaalontvangsten 70.848.894.940.-F - opbrengst der leningen : 1.197.682.675.167.-F

Art. 10.De op hetzelfde begrotingsjaar aangerekende ontvangsten worden vastgesteld op 2.784.079.530.822.-F Dit bedrag is vastgesteld als volgt : - lopende ontvangsten 1.532.768.924.425.-F - kapitaalontvangsten 53.627.931.230.-F - opbrengst der leningen : 1.197.682.675.167.-F

Art. 11.De vastgestelde rechten nog te innen bij de afsluiting van het begrotingsjaar bedragen 491.630.271.987.-F Deze som wordt onderverdeeld als volgt : a) geannuleerde of in onbepaald uitstel gebrachte rechten : - lopende ontvangsten : 3.416.411.598.-F - kapitaalontvangsten : 4.602.173.980.-F Totaal 8.018.585.578.-F b) naar het volgende begrotingsjaar overgedragen rechten : - lopende ontvangsten : 470.992.896.679.-F - kapitaalontvangsten : 12.618.789.730.-F Totaal 483.611.686.409.-F § 2. Vaststelling van de uitgaven (Tabel C).

Art. 12.De tijdens het begrotingsjaar 1998 aangerekende verrichtingen worden vastgesteld als volgt : a) Ordonnanceringskredieten - prestaties van de vorige jaren : 2.498.833.377.-F - prestaties van het lopend jaar : 51.023.797.900.-F 53.522.631.277.-F b) niet-gesplitste kredieten - prestaties van de vorige jaren : 44.407.940.801.-F - prestaties van het lopend jaar : 1.956.100.967.421.-F 2.000.508.908.222.-F c) Variabele kredieten - prestaties van de vorige jaren : 260.561.129.-F - prestaties van het lopend jaar : 546.151.255.233.-F 546.411.816.362.-F TOTAAL VAN DE UITGAVEN 2.600.443.355.861.-F De ten laste van het begrotingsjaar 1998 uitgevoerde betalingen, verantwoord of geregulariseerd, belopen : 2.584.146.191.895.-F

Art. 13.(Tabel D).

De ten laste van de begroting aangerekende betalingen waarvan bij toepassing van artikel 32 van de wet van 28 juni 1963, de verantwoording of de regularisatie naar een volgend jaar wordt verwezen, belopen 16.297.163.966.-F § 3. Vaststelling van de kredieten.

Art. 14.De kredieten geopend ten behoeve van de ministeriële departementen voor het begrotingsjaar 1998 belopen in totaal 3.138.845.000.161.-F Dit bedrag omvat : 1° een som van kredieten toegestaan bij de begrotingswetten, samengesteld als volgt : a) oorspronkelijke begroting Ordonnanceringskredieten 34.562.200.000.-F Niet-gesplitste kredieten 2.226.982.400.000.-F Variabele kredieten 544.647.880.398.-F b) aanpassing van de kredieten (nettoresultaat) Ordonnanceringskredieten 22.888.800.000.-F Niet-gesplitste kredieten 31.796.600.000.-F 2° overgedragen gefusioneerde kredieten Variabele kredieten 18.136.968.446.-F 3° desaffectatie van bestemde ontvangsten Variabele kredieten - 4.922.500.-F Kredieten van het jaar en gelijkgestelde (1°, 2° en 3° te samen) Ordonnanceringskredieten 57.451.000.000.-F Niet-gesplitste kredieten 2.258.779.000.000.-F Variabele kredieten 562.779.926.344.-F 4° overgedragen niet-gefusioneerde kredieten Niet-gesplitste kredieten 259.835.073.817.-F Totaal van de kredieten : Ordonnanceringskredieten 57.451.000.000.-F Niet-gesplitste kredieten 2.518.614.073.817.-F Variabele kredieten 562.779.926.344.-F 3.138.845.000.161.-F

Art. 15.Het bedrag van de voor het begrotingsjaar 1998 verleende kredieten wordt verminderd met : 1° naar het jaar 1999 over te dragen, kredieten, samengesteld als volgt : * te fusioneren kredieten Variabele kredieten 16.368.109.982.-F * niet te fusioneren kredieten Niet-gesplitste kredieten 293.422.748.553.-F Totaal : 309.790.858.535.-F 2° de aan het eind van het begrotingsjaar beschikbare kredieten die te annuleren zijn : Ordonnanceringskredieten 3.928.471.641.-F Niet-gesplitste kredieten 224.696.006.612.-F De overdrachten en annulaties van kredieten bedragen : Ordonnanceringskredieten 3.928.471.641.-F Niet-gesplitste kredieten 518.118.755.165.-F Variabele kredieten 16.368.109.982.-F Totaal : 538.415.336.788.-F

Art. 16.(Tabel E).

Tot dekking van de uitgaven van het begrotingsjaar 1998 gedaan boven of buiten de kredieten uitgetrokken voor de dienst van de begrotingen, worden aanvullende kredieten toegekend als volgt : Ordonnanceringskredieten 102.918.-F Niet-gesplitste kredieten 13.589.570.-F Totaal : 13.692.488.-F

Art. 17.Ten gevolge van de bepalingen vervat in de artikelen 14, 15 en 16 worden de definitieve kredieten van het begrotingsjaar 1998 vastgesteld als volgt : Ordonnanceringskredieten 53.522.631.277.-F Niet-gesplitste kredieten 2.000.508.908.222.-F Variabele kredieten 546.411.816.362.-F Totaal 2.600.443.355.861.-F § 4. Vaststelling van het resultaat van de begroting van het begrotingsjaar 1998 (Tabel F).

Art. 18.Het resultaat van de begroting van het begrotingsjaar 1998 wordt definitief vastgesteld als volgt : Totaal van de ontvangsten 2.784.079.530.822.-F Totaal van de uitgaven 2.600.443.355.861.-F Overschot voor het jaar 1998 183.636.174.961.-F Dit bedrag komt in mindering van het gecumuleerd tekort dat bestond bij het afsluiten van het begrotingsjaar 1997 : 2.443.113.199.397.-F 2.259.477.024.436.-F En daar een bedrag van 1.004.300.000.-F in rekening moet gebracht worden, sluit het begrotingsjaar 1998 af met een gecumuleerd tekort van : 2.260.481.324.436.-F. Dit laatste bedrag zal naar de rekening van het begrotingsjaar 1999 worden overgedragen. HOOFDSTUK III. - Ontvangsten en uitgaven gedaan in uitvoering van de begroting van de terugbetalings- en toewijzingsfondsen en van de begrotingen van de Staatsdiensten met afzonderlijk beheer (Tabel G) § 1. Terugbetalings- en toewijzingsfondsen.

Art. 19.De eindregeling van de begroting van de terugbetalings- en toewijzingsfondsen wordt voor het jaar 1998 vastgesteld als volgt : 1. Ontvangsten 1.545.691.184.226.-F 2. Uitgaven 1.538.905.357.401.-F De verantwoording of regularisatie van een gedeelte van die uitgaven, groot 668.958.147.823.-F wordt, bij toepassing van artikel 32 van de wet van 28 juni 1963 naar een volgend jaar verwezen. 3. Ontvangstenexcedent : 6.785.826.825.-F Dit ontvangstenexcedent komt in meerdering van het overschot vastgesteld bij het afsluiten van het voorgaande begrotingsjaar, zijnde : 9.023.001.565.-F Het aldus bekomen eindresultaat, zijnde : 15.808.828.390.-F wordt overgedragen naar de rekening van het begrotingsjaar 1999. § 2. Staatsdiensten met afzonderlijk beheer.

Art. 20.De eindregeling van de begrotingen van de staatsdiensten met afzonderlijk beheer wordt voor het jaar 1998 vastgesteld als volgt (zonder de verrichtingen van het Muntfonds) : 1. Ontvangsten 4.977.380.438.-F 2. Uitgaven 4.508.573.323.-F De verantwoording of regularisatie van een gedeelte van die uitgaven, groot 4.268.964.847.-F wordt, bij toepassing van artikel 32 van de wet van 28 juni 1963 naar een volgend jaar verwezen. 3. Ontvangstenexcedent : 468.807.115.-F Dit ontvangstenexcedent komt in meerdering van het overschot vastgesteld bij het afsluiten van het voorgaande begrotingsjaar, zijnde : 1.897.408.418.-F Het aldus bekomen eindresultaat, zijnde : 2.366.215.533.-F wordt overgedragen naar de rekening van het begrotingsjaar 1999.

TITEL II. - Verrichtingen gedaan ter uitvoering van de begroting der Staatsdienst met afzonderlijk beheer « Muntfonds »

Art. 21.Het Muntfonds (opgericht bij artikel 3 van de wet van 12 juni 1930 tot oprichting van een Muntfonds) Dienst belast met de financiering en met het waarborgen van de deelmunten en met de financiering van de Koninklijke Munt van België door middel van voorschotten en leningen De eindregeling van de begroting van het « Muntfonds » is voor het begrotingsjaar 1998 vastgesteld als volgt : a) de ontvangsten : De ontvangsten die geboekt worden in de rekening opgesteld onder het gezag van de Minister van Financiën en die bepaald zijn bij artikel 4-01-1 van de wet van 5 juli 1998 houdende de tweede aanpassing van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1998 belopen zoals blijkt uit bijgevoegde tabel H de som van 5.419.011.253.-F b) de uitgaven : De uitgaven die in deze rekening opgenomen werden, binnen de perken van de betalingskredieten 1.toegekend bij artikel 4-01-1 van de wet van 5 juli 1998 : 5.136.657.392.-F 2. toe te kennen voor de uitgaven die de kredieten overschrijden : 1.429.333.869.-F samen : 6.565.991.261.-F De betalingskredieten die de uitgaven overtreffen, zegge 42.608.-F worden geannuleerd. c) Uitslag van de begroting : De eindcijfers van de begroting voor het jaar 1998 worden vastgesteld als volgt : - ontvangsten : 5.419.011.253.-F - uitgaven : 6.565.991.261.-F uitgavenexcedent op 31 december 1998 : 1.146.980.008.-F dat, gevoegd bij het excedent van de ontvangsten op de uitgaven, vastgesteld bij het afsluiten van het vorige beheersjaar 3.293.974.497.-F, brengt het begrotingsoverschot op 31 december 1998 op 2.146.994.489.-F Gegeven te Brussel, 10 juli 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN _______ Nota's (1) Zitting 2001-2002 Kamer van volksvertegenwoordigers Stukken : 50-1758/1 : Wetsontwerp (zonder commissieverslag) 50-1758/2 : Tekst aangenomen in de plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd Integraal verslag : 20 juni 2002

TABELLEN Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^