gepubliceerd op 05 augustus 2000
Wet houdende aanpassing van de Rijksmiddelenbegroting van het begrotingsjaar 2000
10 JULI 2000. - Wet houdende aanpassing van de Rijksmiddelenbegroting van het begrotingsjaar 2000 (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelengenheid bedoeld in artikel 74, 3°, van de Grondwet.
Art. 2.Voor het begrotingsjaar 2000 worden de logpende ontvangsten van de Staat hernaamd : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld overeenkomstig Titel van de hierbijgaande tabel.
Art. 3.Voor het begrotingsjaar 2000 worden de kapitaalontvangsten hernaamd op de som van 13 010 600 000 Belgische frank, overeenkomstig Titel II van de hierbijgaande tabel.
Art. 4.Voor het begrotingsjaar 2000 worden de opbrengsten van leningen hernaamd op de som van 1 216 763 600 000 Belgische frank, overeenkomstig Titel III van het hierbijgaande tabel.
Art. 5.De § 3, 1°, van artikel 8 van de wet van 24 december 1999 houdende de Rijksmiddelenbegroting voor het begrotingsjaar 2000 dient te worden vervolledigd met een punt f) luidend als volgt : "f) de directe terugkopen op de secundaire marken van uitsluitend op rekening ingeschreven gedematerialiseerde effecten."
Art. 6.Overeenkomstig artikel 53, 1°, van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, gewijzigd door de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur, en rekening houdend met de toepassing van de in artikel 4, § 6, van dezelfde bijzondere wet bedoelde toewijzing van de nalatigheidsintesten en de last van de verwijlinteresten op de gewestelijke belastingen, alsook met de toepassing door het Vlaams Gewest, voor wat de onroerende voorheffing met ingang van het aanslagjaar 1999 betreft, van de in artikel 5, § 3, van dezelfde bijzondere wet voorziene mogelijkheid voor de Gewesten om zelf de dienst te verzekeren van de gewestelijke belastingen waarvan de opbrengst volledig is toegewezen, worden de financiële middelen van de Gewesten voortvloeiend uit de gewestelijke belastingen, met inbegrip van voormelde interesten, voor het begrotingsjaar 2000 genaamd op 40 946 400 000 Belgische frank voor het Vlaams Gewest, op 20 181 100 000 Belgische frank voor het Waals Gewest en op 13 110 700 000 Belgische frank voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Art. 7.Overeenkomstig artikel 53, 2°, van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, gewijzigd door de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur, worden de financiële middelen van de Gemeenschappen afkomstig uit de toegewezen gedeelten van de opbrengst van de belasting op de toegevoegde waarde en van de personenbelasting voor het begrotingsjaar 2000, rekening houdend met de definitieve saldi van de afrekening van het begrotingsjaar 1999, genaamd op 319 469 400 000 Belgische frank voor de Vlaamse Gemeenschap en op 216 422 200 000 Belgische frank voor de Franse Gemeenschap.
Art. 8.Overeenkomstig artikel 53, 3°, en 35ter van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, gewijzigd door de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur, worden de financiële middelen van de Gemeenschappen afkomstig uit de toegewezen gedeelten van de opbrengst van de belasting op de toegevoegde waarde en van de personenbelasting voor het begrotingsjaar 2000, rekening houdend met de definitieve saldi van de afrekening van het begrotingsjaar 1999, genaamd op 228 558 100 000 Belgische frank voor het Vlaams Gewest, op 129 536 100 000 Belgische frank voor het Waals Gewest en op 35 187 700 000 Belgische frank voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Art. 9.De ontvangsten ten voordele van de Gemeenschappen en de Gewesten worden naargelang het geval, gestort hetzij op een toewijzingsfonds opgericht in de algemene uitgavenbegroting, hetzij op een rekening van de Ordeverrichtingen van de Thesaurie.
Art. 10.Deze wet treedt in werking de dag van haar bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 10 juli 2000.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Begroting J. VANDE LANOTTE De Minister van Financiën, D. REYNDERS Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN _______ Nota (1) Parlementaire verwijzingen Gewone zitting 1999-2000 Kamer van volksvertegenwoordigers Parlementaire bescheiden.- Wetsontwerp : nr. 0603/1. Verslag : nr. 603/2. Aangenomen tekst : nr. 603/3.
Parlementaire Handelingen. - Bespreking. Zittingen van 21 en 22 juni 2000. Aanneming.Zitting van 22 juni 2000.
TABEL VAN DE ONTVANGSTEN Ter informatie worden de bedragen van de aangepaste ontvangsten ook weergegeven in euro. Om een opeenstapeling van fouten bij de afronding te vermijden werden deze bedragen berekend, ongeacht het niveau, door omzetting van de bedragen in belgische frank. Hieruit vloeit voort dat het logelijk is dat de totalen in euro (per paragraaf, hoofdstuk, sectie en titel) niet overeenstemmen met het totaal van de samenstellende delen in euro.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld