9 MAART 2017. - Wet houdende instemming met het Zetelakkoord tussen het Koninkrijk België en de Internationale Federatie van Rode Kruis- en Rode Halve Maanverenigingen, gedaan te Brussel op 29 juni 2012 en te Genève op 9 juli 2012 (1)(2)(3)

FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

Art. 2.Het Zetelakkoord tussen het Koninkrijk België en de Internationale Federatie van Rode Kruis- en Rode Halve Maanverenigingen, gedaan te Brussel op 29 juni 2012 en te Genève op 9 juli 2012, zal volkomen gevolg hebben.

Art. 3.Deze wet heeft uitwerking met ingang van 9 juli 2012.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met `s Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 9 maart 2017.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Buitenlandse Zaken, D. REYNDERS De Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, J. JAMBON De Minister van Justitie, K. GEENS De Minister van Sociale Zaken, M. DE BLOCK Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, K. GEENS _______ Nota's (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be): Stukken: 54-2120 Integraal verslag: 21/12/2016 (2) Zie Decreet van de Vlaamse Gemeenschap/het Vlaamse Gewest van 30/11/2012 (Belgisch Staatsblad van 15/01/2013), decreet van de Franse gemeenschap van 18/11/2021 (Belgisch Staatsblad van 08/12/2021), decreet van de Duitstalige gemeenschap van 30/05/2016 (Belgisch Staatsblad van 22/06/2016), decreeet van het Waalse gewest van 17/02/2022 (Belgisch Staatsblad van 22/03/2022), ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk gewest van 03/04/2014 (Belgisch Staatsblad van 30/04/2014).(3) Datum inwerkingtreding: 01/07/2022. ZETELAKKOORD TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE EN DE INTERNATIONALE FEDERATIE VAN RODE KRUIS- EN RODE HALVE MAANVERENIGINGEN Het Koninkrijk België, hierna genoemd "België", vertegenwoordigd door: de federale Regering de Vlaamse Regering de Franse Gemeenschapsregering de Waalse Regering de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest de Duitstalige Gemeenschapsregering en De Internationale Federatie van Rode Kruis- en Rode Halve Maanverenigingen, hierna genoemd de "Internationale Federatie";

Gelet op het Statuut van de Rode Kruis- en Rode halve Maanbeweging, aangenomen door de XXVste Internationale Conferentie van het Rode Kruis (Genève, 1986), volgens hetwelk de algemene doelstelling van de Internationale Federatie van Rode Kruis- en Rode Halve Maanverenigingen erin bestaat "te allen tijde alle vormen van humanitair optreden door de Nationale Verenigingen te inspireren, aan te moedigen, te vergemakkelijken en te bevorderen, met het oog op het verhinderen en het lenigen van menselijk leiden en daardoor bij te dragen tot het behoud en het bevorderen van de wereldvrede", waarbij de opdrachten van de Internationale Federatie in het bijzonder betrekking hebben op bijstand bij rampen en op ondersteuning bij de uitbouw van Nationale Rode Kruis- of Rode Halve Maanverenigingen, Tegemoetkomend aan de wens van de Internationale Federatie om een Delegatie in België te vestigen, hierna genoemd "de Delegatie";

Verlangend een overeenkomst te sluiten teneinde de voorrechten en immuniteiten, die vereist zijn voor het functioneren van de Delegatie en voor de goede uitvoering door het personeel van zijn opdracht, nader te bepalen.

Zijn overeengekomen als volgt: HOOFDSTUK I. - Rechtspersoonlijkheid, voorrechten en immuniteiten van de Delegatie van de Internationale Federatie Artikel 1 In dit Akkoord wordt verstaan onder: a) "de Secretaris-Generaal": de Secretaris-Generaal van de Internationale Federatie;b) "de Delegatie": de Delegatie van de Internationale Federatie van Rode Kruis- en Rode Halve Maanverenigingen;c) "het Hoofd van de Delegatie": de ambtenaar met de hoogste rang van het Bureau, of de persoon die in zijn/haar naam optreedt in zijn/haar afwezigheid;d) "de Delegatieleden": de ambtenaren van de Internationale Federatie die werden aangeduid om hun taken uit te voeren in de Delegatie, met uitzondering van de lokaal aangeworven personeelsleden;e) "lokaal aangeworven personeelsleden": de leden van het administratief en technisch personeel in België aangeworven door de Internationale Federatie onder Belgische ingezetenen of permanente verblijfshouders in België;f) "de leden van de Delegatie": het Hoofd van de Delegatie, de Delegatieleden en de lokaal aangeworven personeelsleden. Artikel 2 De Delegatie bezit rechtspersoonlijkheid en rechtsbekwaamheid in België.

Artikel 3 De Delegatie, evenals de goederen en bezittingen van de Internationale Federatie die door de Delegatie worden gebruikt voor de uitoefening van haar officiële werkzaamheden genieten immuniteit van rechtsmacht, behalve in de mate dat de Internationale Federatie er uitdrukkelijk aan verzaakt.

Artikel 4 1. De goederen en bezittingen van de Internationale Federatie, gebruikt voor de uitoefening van de officiële werkzaamheden van de Delegatie, kunnen niet het voorwerp uitmaken van enige vorm van opvordering, verbeurdverklaring, inbewaringstelling of een andere vorm van beslaglegging of dwang.2. Indien een onteigening mocht nodig zijn, worden alle gepaste schikkingen getroffen om te verhinderen dat de uitoefening van de werkzaamheden van de Delegatie in het gedrang komt.In zodanig geval zou België zijn medewerking verlenen aan de wederinstallatie van de Delegatie.

Artikel 5 Het archief van de Delegatie en, in het algemeen, alle documenten die aan de Delegatie toebehoren of door de Delegatie worden bijgehouden, zijn onschendbaar.

Artikel 6 1. De gebouwen van de Delegatie, die zij uitsluitend gebruikt voor de uitoefening van haar officiële werkzaamheden, zijn onschendbaar.De instemming van het Hoofd van de Delegatie is vereist voor de toegang tot deze gebouwen. 2. Deze toestemming wordt evenwel geacht verkregen te zijn in geval van schade die onmiddellijke beschermingsmaatregelen vergt.3. België zal alle gepaste maatregelen nemen om de gebouwen van de Delegatie te beschermen tegen indringers of tegen het toebrengen van schade en om te vermijden dat de rust van de Delegatie wordt verstoord of zijn waardigheid wordt aangetast. Artikel 7 1. Onverminderd de toepasselijke internationale en Europeesrechtelijke bepalingen mag de Delegatie om het even welke valuta in bezit hebben en rekeningen hebben in welke munteenheid ook voor zover dit nodig is voor de officiële werkzaamheden van het Bureau.2. België verbindt er zich toe de nodige toelatingen te verlenen om volgens het bepaalde in de toepasselijke nationale reglementen en internationale overeenkomsten, het fondsenverkeer te verzekeren dat nodig is voor de oprichting en de werkzaamheden van de Delegatie. Artikel 8 1. De Internationale Federatie kan op het Belgisch grondgebied alle nodige activiteiten ontplooien met het oog op de uitvoering van haar humanitaire missie, in overeenstemming met haar Statuut en met de Grondbeginselen van de Internationale Rode Kruis- en Rode Halve Maanbeweging.2. De Internationale Federatie zal in België optreden doorheen, of in akkoord met, de nationale Rode Kruisvereniging, en in overeenstemming met de geldende Belgische wetgeving.3. De Internationale Federatie, haar ambtenaren en ambtsdragers kunnen te allen tijde gebruik maken van de emblemen van het rode kruis, de rode halve maan en het rode kristal. Artikel 9 België zal in de hoogst mogelijke mate de activiteiten van de Internationale Federatie vergemakkelijken. Meer in het bijzonder zal het alle transnationale operaties, contacten en communicaties van de Internationale Federatie vergemakkelijken. Het zal in de hoogst mogelijke mate de "Maatregelen tot het Verlenen van Internationale Bijstand", aangenomen door de Resolutie VI van de XXIIIste Conferentie van het Rode Kruis (Boekarest, 1977) en later herbevestigd door Resolutie A/RES/32/56 (1977) van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, toepassen op de Internationale Federatie.

Artikel 10 Onverminderd de verplichtingen die voor België voortvloeien uit de verdragen betreffende de Europese Unie en uit de toepassing van de Belgische wetgeving en regelgeving inzake de openbare orde en veiligheid, volksgezondheid of openbare zeden, kan de Delegatie alle goederen en publicaties invoeren die bestemd zijn voor officieel gebruik.

Artikel 11 Het recht van de Delegatie om voor officiële doeleinden verbindingen te onderhouden is gewaarborgd. De officiële briefwisseling van de Delegatie is onschendbaar. HOOFDSTUK II Artikel 12 1. Ambtenaren en ambtsdragers van de Internationale Federatie, welke ook hun nationaliteit is, die houders zijn van de identiteitskaart van de Internationale Federatie en van een certificaat dat zij reizen voor rekening van de Internationale Federatie, genieten bij de uitoefening van hun functies en tijdens hun opdracht op het Belgisch grondgebied, de volgende voorrechten en immuniteiten: a) immuniteit van enige rechtsvervolging met betrekking tot alle door hen tijdens de vervulling van hun functies gesproken of geschreven woorden en verrichte handelingen;deze immuniteit blijft ook gelden na het uitdoven van hun functies; deze immuniteit van rechtsvervolging omvat eveneens de vrijstelling van de verplichting te getuigen over feiten die hen als gevolg van de uitoefening van hun functies ter kennis zouden gekomen zijn; b) onschendbaarheid van alle papieren en documenten;c) het recht codes te gebruiken en papieren of briefwisseling te versturen of te ontvangen per koerier of in verzegelde tassen;d) vrijstelling van immigratiebeperkingen en van vreemdelingenregistratie;de Regering zal hen gratis en zo vlug mogelijk de nodige reisdocumenten, andere visa en certificaten bezorgen; e) dezelfde faciliteiten met betrekking tot valuta- en wisselbeperkingen als degene die worden toegekend aan ambtenaren van vergelijkbare rang van diplomatieke zendingen en intergouvernementele organisaties;f) dezelfde repatriëringfaciliteiten in tijden van nationale of internationale crisis als ambtenaren van vergelijkbare rang van diplomatieke zendingen en intergouvernementele organisaties;g) de vrijheid zich te verplaatsen en te reizen.2. Aanvullend bij het bepaalde in de eerste paragraaf van dit artikel genieten de Voorzitter en de Secretaris-Generaal van de Internationale Federatie, of elke ambtenaar of ambtsdrager die tijdens hun afwezigheid in hun naam optreedt, samen met hun echtgeno(o)t(e) en minderjarige kinderen, dezelfde immuniteiten, faciliteiten, vrijstellingen en voorrechten als personen die met een diplomatieke zending zijn belast, in overeenstemming met het internationaal recht maar met uitzondering van de fiscale voorrechten. Artikel 13 Vertegenwoordigers van de Nationale Rode Kruis en Rode Sikkelverenigingen genieten, met het oog op vergaderingen die door de Internationale Federatie in België worden georganiseerd, tijdens de uitoefening van hun functies en tijdens de reizen van en naar de vergaderplaats, de volgende voorrechten en immuniteiten: a) immuniteit van enige rechtsvervolging met betrekking tot alle door hen tijdens de vervulling van hun functies gesproken of geschreven woorden en verrichte handelingen;deze immuniteit blijft ook gelden na het uitdoven van hun functies; deze immuniteit van rechtsvervolging omvat eveneens de vrijstelling van de verplichting te getuigen over feiten die hen als gevolg van de uitoefening van hun functies ter kennis zouden gekomen zijn; b) onschendbaarheid van alle papieren en documenten;c) het recht codes te gebruiken en papieren of briefwisseling te ontvangen per koerier of in verzegelde tassen;d) vrijstelling voor henzelf en de leden van hun familie van immigratiebeperkingen en van vreemdelingenregistratie;e) dezelfde faciliteiten met betrekking tot valuta- en wisselbeperkingen als degene die worden toegekend aan ambtenaren van vergelijkbare rang van diplomatieke missies en intergouvernementele organisaties;f) dezelfde immuniteiten en faciliteiten met betrekking tot hun persoonlijke bezittingen als degene die worden toegekend aan de leden van diplomatieke zendingen. Artikel 14 1. Het Hoofd van de Delegatie en diens adjunct genieten dezelfde voorrechten, immuniteiten en faciliteiten als de diplomatieke personeelsleden van de diplomatieke missies.Hun samenwonende echtgeno(o)t(e) en inwonende minderjarige kinderen, beiden ten laste, genieten dezelfde voordelen als de echtgeno(o)t(e) en de minderjarige kinderen van de leden van het diplomatiek personeel. 2. De voorrechten, immuniteiten en faciliteiten vermeld in de eerste paragraaf van dit artikel omvatten geen fiscale voorrechten.3. De immuniteit van rechtsvervolging die voortvloeit uit de eerste paragraaf van dit artikel kan geen betrekking hebben op fiscale aangelegenheden. Artikel 15 1. De Delegatieleden genieten: a) vrijstelling van rechtsvervolging voor daden die ze in hun officiële hoedanigheid hebben verricht, met inbegrip van hun woorden en geschriften;deze immuniteit blijft van kracht na de beëindiging van hun functies; b) onschendbaarheid voor al hun officiële papieren en documenten.2. Alle Delegatieleden, hun samenwonende echtgeno(o)t(e) en inwonende minderjarige kinderen, beiden ten laste, zijn niet onderworpen aan de maatregelen tot beperking van de immigratie of aan de registratieformaliteiten voor vreemdelingen.Deze afwijking wordt toegekend in overeenstemming met de Belgische wetgeving ter zake. 3. De Delegatie stelt de Directie Protocol van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken in kennis van de aankomst en het vertrek van haar Delegatieleden en doet mededeling van alle hierna nader omschreven gegevens omtrent haar Delegatieleden en andere leden van de Delegatie: a) naam en voornaam b) geboorteplaats en -datum c) geslacht d) nationaliteit e) hoofdverblijfplaats (gemeente, straat, nummer) f) burgerlijke staat g) samenstelling van het gezin h) het stelsel van sociale zekerheid gekozen door het personeelslid Elke wijziging van de bovenstaande gegevens moet binnen twee weken ter kennis worden gebracht van de directie Protocol van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken. Artikel 16 Experten, andere dan ambtenaren, die opdrachten uitvoeren voor de Internationale Federatie, genieten van de volgende voorrechten en immuniteiten: a) immuniteit van enige rechtsvervolging met betrekking tot alle door hen tijdens de vervulling van hun functies gesproken of geschreven woorden en verrichte handelingen;deze immuniteit blijft ook gelden na het uitdoven van hun functies; deze immuniteit van rechtsvervolging omvat eveneens de vrijstelling van de verplichting te getuigen over feiten die hen als gevolg van de uitoefening van hun functies ter kennis zouden gekomen zijn; b) onschendbaarheid van alle papieren en documenten;c) het recht om, met het oog op hun communicaties met de Internationale Federatie, codes te gebruiken en papieren of briefwisseling te ontvangen per koerier of in verzegelde tassen;d) dezelfde faciliteiten met betrekking tot valuta- en wisselbeperkingen als degene die worden toegekend aan vertegenwoordigers van vreemde regeringen en intergouvernementele organisaties op tijdelijke of korte termijn zending. Artikel 17 België is niet verplicht de in dit Akkoord opgenomen voorrechten en immuniteiten aan eigen onderdanen of vaste ingezetenen toe te kennen.

Artikel 18 Voor de uitoefening van hun officiële functies bij de Delegatie zijn de Delegatieleden niet onderworpen aan de Belgische wetgeving inzake tewerkstelling van buitenlandse arbeidskrachten en inzake de uitoefening door buitenlanders van zelfstandige beroepsactiviteiten.

Artikel 19 1. De Delegatieleden die geen Belgisch onderdaan zijn of hun hoofdverblijfplaats niet in België hebben, en er geen enkele andere winstgevende activiteit uitoefenen dan die welke door hun officiële functies is vereist, kunnen kiezen voor aansluiting bij de sociale zekerheidsstelsels die van toepassing zijn op de Delegatieleden van de Internationale Federatie.Dit keuzerecht moet door het Delegatielid worden uitgeoefend binnen de twee weken volgend op zijn indiensttreding van bij de Delegatie. Het moet, binnen dezelfde termijn, worden medegedeeld overeenkomstig artikel 15.3. 2. De Delegatie dient ervoor te zorgen dat zijn Delegatieleden die Belgisch onderdaan zijn of hun hoofdverblijfplaats in België hebben, alsmede de Delegatieleden die niet gekozen hebben voor de sociale zekerheidsstelsels van de Internationale Federatie, aangesloten worden bij het Belgische sociale zekerheidsstelsel. 3. De Internationale Federatie verbindt zich ertoe haar Delegatieleden die een functie uitoefenen in België en die aangesloten zijn bij haar sociale zekerheidstelsels, evenals aan hun samenwonende echtgeno(o)t(e) en inwonende minderjarige kinderen, beide ten laste, zoals vermeld onder artikel 15.2, voordelen te garanderen die gelijk zijn aan die waarin het Belgische sociale zekerheidsstelsel voorziet. 4. Leden van de Delegatie die bij de Internationale Federatie geen vaste betrekking bekleden gelet op de opdracht en de statutaire regels van de Internationale Federatie, worden aangesloten bij bij het Belgische sociale zekerheidsstelsel.5. België kan van de Delegatie of van de Internationale Federatie de kosten terugbetaald krijgen van elke bijstand van sociale aard die het mocht hebben verleend aan ambtenaren van de Internationale Federatie en andere Delegatieleden, tewerkgesteld bij de Delegatie, die aangesloten zijn bij de sociale zekerheidsstelsels die op de Delegatieleden van de Internationale Federatie van toepassing zijn. HOOFDSTUK III. - Algemene bepalingen Artikel 20 De voorrechten en immuniteiten worden uitsluitend toegekend aan de Delegatieleden en aan andere leden van de Delegatie in het belang van de Internationale Federatie en niet tot hun persoonlijk voordeel. De Secretaris-Generaal dient de immuniteit op te heffen in alle gevallen waarin ze een belemmering kan vormen voor de rechtsbedeling en voor zover ze kan worden opgeheven zonder de belangen van de Internationale Federatie en de goede werking van de Delegatie in gevaar te brengen.

Artikel 21 Onverminderd de aan de Delegatie en aan zijn leden verleende rechten, behoudt België het recht om alle nuttige voorzorgen te nemen in het belang van zijn veiligheid en van de openbare orde.

Artikel 22 1. De personen vermeld in de artikelen 12, 13, 14, 15 en 16 genieten geen enkele immuniteit van rechtsmacht voor de gevallen van inbreuk op de reglementering inzake het zich in het verkeer begeven van voertuigen of schade berokkend door een motorvoertuig.2. De Delegatie, de Delegatieleden en andere leden van de Delegatie dienen zich te houden aan alle verplichtingen die de Belgische wetgeving betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen oplegt Artikel 23 De Delegatie, de Delegatieleden en andere leden van de Delegatie werken te allen tijde samen met de bevoegde Belgische autoriteiten om de goede rechtsbedeling te vergemakkelijken, de naleving van het politiereglement te waarborgen en elk misbruik te vermijden waartoe de voorrechten, immuniteiten en faciliteiten waarin dit Akkoord voorziet, kunnen aanleiding geven. Artikel 24 De Delegatie, de Delegatieleden en andere leden van de Delegatie dienen zich te houden aan de Belgische wetten en voorschriften en aan de te hunnen opzichte gedane uitspraken.

Artikel 25 België draagt ten aanzien van de werkzaamheden van de Delegatie op zijn grondgebied generlei internationale aansprakelijkheid voor een daad of nalatigheid van de Delegatie dan wel voor een daad of nalatigheid van de Delegatieleden of andere leden van de Delegatie die in het kader van hun functie een daad stellen of nalaten te stellen. HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen Artikel 26 1. Alle uiteenlopende standpunten aangaande de toepassing of interpretatie van dit Akkoord die niet geregeld konden worden middels rechtstreeks overleg tussen de Partijen, kunnen door één van de Partijen worden voorgelegd aan een scheidsgerecht, bestaande uit drie leden.2. De Partijen benoemen elk een lid van het scheidsgerecht.3. Het derde lid van het scheidsgerecht wordt benoemd door beide Partijen na overleg.4. Het derde lid wordt Voorzitter van het scheidsgerecht.5. Ingeval geen overeenstemming kan worden bereikt aangaande de persoon van het derde lid van het scheidsgerecht, wordt deze laatste op verzoek van de Partijen benoemd door de Voorzitter van het Internationaal Gerechtshof.6. Een Partij maakt een zaak bij het scheidsgerecht aanhangig door middel van een verzoekschrift.7. Het scheidsgerecht legt zijn eigen procedure vast. Artikel 27 Elke partij stelt de andere partij ervan in kennis dat aan de voor de inwerkingtreding van dit Akkoord vereiste interne grondwettelijke en wettelijke procedures is voldaan.

Het Akkoord treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand die volgt op de datum van de laatste kennisgeving.

Dit Akkoord kan op verzoek van een partij worden herzien.

TEN BLIJKE WAARVAN de vertegenwoordigers van het Koninkrijk België en van Internationale Federatie van Rode Kruis- en Rode Halve Maanverenigingen dit Akkoord hebben ondertekend.

Gedaan te Brussel, op 29 juni 2012 en te Genève op 9 juli 2012, in tweevoud, in de Engelse taal.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld