2 DECEMBER 1997. Wet houdende aanpassing van de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1997 - Sectie 16 « Landsverdediging » (1)

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 74, 3°, van de Grondwet.

Art. 2.In artikel 2.16.20 van de wet van 16 december 1996 houdende de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1997, gewijzigd door artikel 2.16.4 van de wet van 11 juni 1997 houdende tweede aanpassing van dezelfde Algemene uitgavenbegroting, wordt het bedrag van 650,0 miljoen frank voor de betalingen vervangen door het bedrag van 1.250,0 miljoen frank.

Art. 3.Deze wet treedt in werking de dag waarop zij in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met s' Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 2 december 1997.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, Ph. MAYSTADT De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, H. VAN ROMPUY De Minister van Landsverdediging, J.-P. PONCELET Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, S. DE CLERCK Voor de raadpleging van de voetnoot, zie beeld