Etaamb.openjustice.be
Verslag
gepubliceerd op 22 maart 2017

Rentenfonds. - Verslag over de operaties van het boekjaar 2016, bekendgemaakt overeenkomstig artikel 7 van de besluitwet van 18 mei 1945 houdende oprichting van een Rentenfonds Dit verslag bevat de jaarrekening van het Rentenfonds zoals zij voor Dit is het laatste verslag over de operaties van het Rentenfonds omdat de wet van 25 oktober 2016 h(...)

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2017011337
pub.
22/03/2017
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN


Rentenfonds. - Verslag over de operaties van het boekjaar 2016, bekendgemaakt overeenkomstig artikel 7 van de besluitwet van 18 mei 1945 houdende oprichting van een Rentenfonds Dit verslag bevat de jaarrekening van het Rentenfonds zoals zij voor controle aan het Rekenhof is voorgelegd, samen met toelichtingen bij het verloop tijdens het boekjaar van de belangrijkste elementen van de balans, van de portefeuille overheidsfondsen en van de resultaten.

Dit is het laatste verslag over de operaties van het Rentenfonds omdat de wet van 25 oktober 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/10/2016 pub. 16/11/2016 numac 2016003379 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende oprichting van het Federaal Agentschap van de Schuld en opheffing van het Rentenfonds type wet prom. 25/10/2016 pub. 13/02/2017 numac 2017010551 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting van het Federaal Agentschap van de Schuld en opheffing van het Rentenfonds. - Duitse vertaling sluiten houdende oprichting van het Federaal Agentschap van de Schuld en opheffing van het Rentenfonds, verschenen in het Belgisch Staatsblad van 16 november 2016, op 1 januari 2017 in werking trad. De rechten en verplichtingen van het Rentenfonds werden van rechtswege overgenomen door de Belgische Staat of door het Federaal Agentschap van de Schuld.

Een vereffeningsverslag van het Rentenfonds zal apart in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd worden om de door het Comité van het Rentenfonds getroffen maatregelen voor de afsluiting van diens rekeningen te detailleren. 1. VERLOOP VAN DE VOORNAAMSTE BALANSPOSTEN VAN HET RENTENFONDS (zie tabel 1 en verklarende bijlage) De boekwaarde van de portefeuille overheidsfondsen nam sterk af van € 143,3 miljoen aan het einde van het vorige boekjaar tot € 94,3 miljoen aan het einde van dit verslagjaar.De marktwaarde daalde in een vergelijkbare mate, van € 149,6 miljoen tot € 99,9 miljoen.

Het Rentenfonds tekent op elke staatsbon in zodat de liquiditeitsverschaffer, die op de doorlopende markt actief is, bij het Fonds effecten kan aankopen of ontlenen in de vorm van cessies-retrocessies. Aldus kan de liquiditeitsverschaffer, als hij met een tekort aan effecten in een gegeven staatsbon wordt geconfronteerd, de liquiditeit in die bon op de secundaire markt verbeteren. De portefeuille overheidsfondsen is afgenomen omwille van de terugbetalingen op eindvervaldag van de staatsbons 4 % - 4 december 2016 waarin het Fonds een portefeuille van meer dan € 54 miljoen aanhield.

De voorschotten aan de Belgische Staat gingen jaar-op-jaar omhoog van € 7,7 miljoen tot € 57,1 miljoen, omwille van de voornoemde terugbetalingen. Zoals in 2015 heeft de winst, die nog met € 0,3 miljoen daalde, geen storting aan de Staat toegelaten. De statutaire toevoeging aan de reserve bedroeg € 0,1 miljoen, tegenover € 0,4 miljoen in 2015. 2. SCHOMMELINGEN VAN DE PORTEFEUILLE OVERHEIDSFONDSEN (zie tabel 2) De nominale waarde van de portefeuille overheidsfondsen is afgenomen van € 142,3 miljoen aan het einde van het voorgaande boekjaar tot € 94,3 miljoen. Het Fonds tekende voor € 7,5 miljoen in op staatsbons, wat licht lager uitvalt dan de vorig jaar opgetekende inschrijvingen ten belope van € 8,2 miljoen. Het aantal uitgiften van staatsbons nam af van vijf in 2015 naar drie tijdens dit verslagjaar. Het lage peil van de langetermijnrente was weinig aantrekkelijk voor de privé-beleggers.

De inningen van terugbetaalbare effecten beliepen € 77,8 miljoen. In 2015 werd € 20,1 miljoen geïnd. De terugbetalingen hadden hoofdzakelijk betrekking op staatsbons en op één OLO met vlottende rente.

De buitenbeurstransacties sloten per saldo af met een netto-aankoopbedrag van € 22,3 miljoen, d.i. € 5 miljoen minder dan in 2015. Het betrof operaties van herbeleggingen in staatsbons, voornamelijk van voorschotten aan de Belgische Staat en in mindere mate van liquiditeiten uit op eindvervaldag gekomen effecten. 3. RESULTATEN (zie tabel 3) 3.1. Financiële resultaten op de portefeuille Op de portefeuille overheidsfondsen werd over het boekjaar een positief financieel resultaat van € 2,2 miljoen opgetekend. Het vloeit uitsluitend voort uit lopende financiële resultaten.

De lopende financiële resultaten op de portefeuille overheidsfondsen worden verkregen door de renteresultaten te verminderen met de interesten op de voorschotten van de Belgische Staat, die in het verleden de portefeuille gedeeltelijk hebben gefinancierd. Behalve in het derde trimester hoefde het Rentenfonds het voorbije jaar opnieuw geen beroep te doen op voorschotten van de Belgische Staat, zodat de portefeuille bijna integraal uit eigen middelen werd gefinancierd. De negatieve interesten op voorschotten van de Belgische Staat bleven beperkt. De lopende financiële resultaten en de renteresultaten blijven hierdoor aan elkaar gelijk. 3.1.1. Renteresultaten De renteresultaten bestaan uit, enerzijds, de verworven bruto-interesten en, anderzijds, het verschil tussen de boekwaarde van de effecten, die dagelijks op basis van hun gemiddelde actuariële rendement wordt herberekend, en hun vorige gemiddelde boekwaarde. De waarderingsverschillen met de vorige inventariswaarde worden ook in de renteresultaten opgenomen.

De renteresultaten van het boekjaar bedroegen € 2,2 miljoen, dat is € 0,6 miljoen minder dan tijdens het voorgaande boekjaar. Deze vermindering vloeit voort uit de daling van de gemiddelde opbrengstvoet van de portefeuille overheidsfondsen, namelijk van 2,20 % in 2015 tot 1,58 %. 3.1.2. Transactieresultaten De transactieresultaten omvatten de verschillen tussen, enerzijds, de opbrengst van de tijdens het boekjaar verkochte effecten en, anderzijds, de gemiddelde boekwaarde van die effecten.

Het Rentenfonds verkocht gedurende onderhavig jaar weinig effecten, zodat de transactieresultaten verwaarloosbaar werden. De lineaire obligaties en de gesplitste effecten werden verkocht in anticipatie op het nakende einde van het Fonds. In 2015 werden geen transactieresultaten geboekt. 3.2. Intresten op voorschotten aan de Belgische Staat Ingevolge de overeenkomst van 1 juli 1994 tussen de Belgische Staat en het Rentenfonds betreffende de financiering door de Staat van de activiteiten van het Rentenfonds, stelt het Fonds zijn liquiditeitsoverschotten tegen het Eonia-rentetarief ter beschikking van de Belgische Staat.

Het monetaire beleid van de Europese Centrale Bank resulteerde in een daling van de gemiddelde rentevoet van de voorschotten verstrekt aan de Belgische Staat, van -0,10 % in 2015 tot -0,33 %. De Europese Centrale Bank zette haar kwantitatief versoepelingsbeleid verder, wat de geldmarktrentes meer en meer omlaag duwde. Hierdoor resulteerden deze voorschotten aan de Belgische Staat in negatieve interesten ten belope van ongeveer € 27.000, vergeleken met zowat € 22.000 in 2015.

De negatieve interesten konden wel sterk beperkt worden door de aankopen van staatsbons die uitgevoerd werden om het peil van de voorschotten aan de Belgische Staat terug te dringen. 3.3. Terugneming van waardeverminderingen op de portefeuille overheidsfondsen De daling van de rentetarieven gedurende het hele jaar leidde tot een stijging van de beurswaarde van de staatsbons. In overeenstemming met de boekhoudkundige principes, is een terugneming van waardeverminderingen doorgevoerd op de effecten van de portefeuille die tijdens het voorgaande jaar een lagere beurswaarde hadden dan de boekwaarde, wat maakt dat dit disagio in het verslagjaar is verdwenen.

Deze terugneming van de waardeverminderingen beliep in totaal € 0,1 miljoen, namelijk het van de resultaten in 2015 afgetrokken bedrag. 3.4. Algemene administratieve kosten De algemene administratieve kosten bestaan uit bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen, en andere administratieve kosten.

Het Rentenfonds verleent, overeenkomstig artikel 2, 2° van zijn organieke wet, technische bijstand op het vlak van het benodigde menselijke potentieel voor de activiteiten van het in de Algemene Administratie van de Thesaurie opgericht Agentschap van de Schuld. Aan de daarmee samenhangende bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen werd een bedrag van € 2,1 miljoen besteed, tegenover € 2,3 miljoen in 2015.

De andere administratieve kosten omvatten in hoofdzaak de beurskosten, juridische consultancykosten zowel als recruterings- en selectiekosten. De andere administratieve kosten stegen van € 32.000 in 2015 tot € 94.000 in gevolge de juridische consultancykosten en recruterings- en selectiekosten voor rekening van het Agentschap van de Schuld. 3.5. Nettowinst van het boekjaar Het boekjaar werd afgesloten met een te bestemmen nettowinst van € 0,1 miljoen. Zij vloeit voor uit de financiële resultaten op de portefeuille overheidsfondsen ten belope van € 2,2 miljoen en terugnemingen van waardeverminderingen op deze portefeuille ten belope van € 0,1 miljoen, na aftrek van diverse lasten ten bedrage van ongeveer € 2,2 miljoen.

Krachtens de in artikel 6 van de statuten van het Rentenfonds opgenomen verdelingsregels voor het nettoresultaat, werd € 0,1 miljoen bij de reserve gevoegd. Net zoals in 2015 was de dit jaar vastgestelde nettowinst ontoereikend om een bedrag aan de Schatkist te kunnen storten.

Verklarende bijlage BALANS Activa Voorschotten aan de Belgische Staat Als het Rentenfonds overtollige liquiditeiten beschikbaar heeft, worden die aan de Belgische Staat uitgeleend in de vorm van voorschotten. Zij worden voor één bankwerkdag verstrekt en bij hun terugbetaling worden de interesten betaald. Tot 30 november 2014 werd de geldende marginale rentevoet van de basisherfinancieringstransacties (MRO-Marginal Rate) van de Europese Centrale Bank aangerekend. Vanaf 1 december 2014 is de aangerekende rentevoet het Eonia-rentetarief (Euro OverNight Index Average) die door Euro Money Markets Institute (EMMI) gepubliceerd wordt. In geval de publicatie van Eonia wordt stopgezet, zal een marktrente die het nauwst bij deze laatste rente aansluit toegepast worden.

Portefeuille overheidsfondsen De portefeuille overheidsfondsen bestaat hoofdzakelijk uit de staatsleningen die door het Rentenfonds worden gebruikt, hetzij voor de regulering van de fixingmarkt hetzij, om effecten te lenen aan de liquiditeitsverschaffer op de doorlopende markt.

De portefeuille wordt gewaardeerd volgens de principes van een beleggingsportefeuille van kredietinstellingen. Bij aankoop worden de effecten geboekt tegen de aanschaffingsprijs. Naderhand worden zij geëvalueerd op basis van hun gemiddeld actuarieel rendement bij aankoop. Indien de boekwaarde van een lening echter boven haar beurswaarde uitkomt, wordt het verschil geboekt als waardevermindering teneinde die boekwaarde in overeenstemming te brengen met de beurswaarde. Wanneer deze waardeverminderingen afnemen of verdwijnen in het volgende boekjaar, vindt een terugneming van de provisie plaats. Indien de boekwaarde van de lening daarentegen lager uitvalt dan haar beurswaarde, dan wordt volgens het voorzichtigheidsbeginsel geen meerwaarde geregistreerd in de resultatenrekening.

Overige activa Deze post omvat hoofdzakelijk de tijdens het beschouwde boekjaar te veel betaalde sociale lasten die pas het volgende boekjaar zullen worden terugbetaald.

Overlopende rekeningen Deze post omvat voornamelijk de verlopen interesten op overheidsfondsen die maar in de loop van het volgende boekjaar daadwerkelijk kunnen worden geïnd.

Passiva Voorschotten van de Belgische Staat De voorschotten van de Belgische Staat vormen de voornaamste externe financieringsbron van de portefeuille overheidsfondsen. Zij worden voor één bankwerkdag verstrekt en bij hun terugbetaling worden de interesten betaald. Tot 30 november 2014 werd de geldende marginale rentevoet van de basisherfinancieringstransacties (MRO-Marginal Rate) van de Europese Centrale Bank aangerekend. Vanaf 1 december 2014 is de aangerekende rentevoet het Eonia-rentetarief (Euro OverNight Index Average) die door Euro Money Markets Institute (EMMI) gepubliceerd wordt. In geval de publicatie van Eonia wordt stopgezet, zal een marktrente die het nauwst bij deze laatste rente aansluit toegepast worden.

Cessies-retrocessies Deze rekening omvatte de tegenwaarde van de effecten die het Rentenfonds ter beschikking stelde van LCH.Clearnet door middel van cessies-retrocessies van effecten. Dit mechanisme was ingevoerd om, bij een te late levering van op de beursrentemarkt verkochte effecten, LCH.Clearnet in staat te stellen de transactie op de geplande datum af te wikkelen.

Deel van de winst te storten aan de Belgische Staat Het deel van de winst dat aan de Staat toekomt, is de op de balans vastgestelde nettowinst verminderd met het bedrag dat statutair bij de reserve moet worden gevoegd. Het wordt op 31 maart van het jaar dat volgt op het beschouwde boekjaar aan de Schatkist uitgekeerd.

Overige passiva In deze post zijn in hoofdzaak de bezoldigingen en sociale lasten opgenomen betreffende het beschouwde boekjaar die pas gedurende het volgende jaar zullen worden betaald.

Overlopende rekeningen Deze post omvat de nog te betalen interesten op voorschotten van de Belgische Staat.

Voorziening voor pensioenen en soortgelijke verplichtingen Deze voorziening dekt de contractuele verplichtingen met betrekking tot het personeel, die in de loop van een jaar zijn ontstaan maar pas in een volgend boekjaar worden uitgekeerd.

Dotatie van de Schatkist Deze post bevat het bedrag dat door de Schatkist krachtens artikel 9 van de wet van 19 juni 1959 aan het Rentenfonds is toegekend.

Reserve Krachtens artikel 6 van de statuten van het Rentenfonds wordt ieder jaar normaliter een deel van de nettowinst ten belope van maximaal 3 % van de dotatie, hetzij ongeveer € 2 miljoen, bij de reserve gevoegd.

POSTEN BUITEN BALANSTELLING Te liquideren contantverrichtingen op effecten De gesloten contantaankopen en -verkopen van effecten waarvan de afwikkelingstermijn nog niet is verstreken, worden opgenomen tegen hun boekwaarde.

Gegeven waarborgen De rekening « activa bezwaard met zakelijke zekerheden voor eigen rekening » bevatte de nominale waarde van de effecten die ter beschikking zijn gesteld van LCH.Clearnet in het kader van de in de passiefrekeningen van de balans beschreven cessies-retrocessies en die in pand zijn gegeven in het kader van het verrekeningsstelsel beheerd door LCH.Clearnet om de goede afloop van de transacties te garanderen.

Ten gevolge van de stopzetting van de beursverrichtingen van het Rentenfonds werden de waarborgen op 10 februari 2016 teruggetrokken.

Waarden van derden in bewaarneming De rekening « op termijn te leveren euro's » bevatte de tegenwaarde van de terug te storten contanten aan LCH.Clearnet bij de afwikkeling van de met deze laatste gesloten cessies-retrocessies.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^