Etaamb.openjustice.be
Vergunning van 08 juli 2022
gepubliceerd op 10 oktober 2022

Verordening nr. 22-01 tot vaststelling van de rekening over het dienstjaar 2020, bekrachtigd bij collegebesluit nr. 20212022-0847

bron
vlaamse gemeenschapscommissie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2022015569
pub.
10/10/2022
prom.
08/07/2022
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST


8 JULI 2022. - Verordening nr. 22-01 tot vaststelling van de rekening over het dienstjaar 2020, bekrachtigd bij collegebesluit nr. 20212022-0847


De Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie heeft aangenomen en wij, het College, bekrachtigen hetgeen volgt: VERORDENING Hoofdstuk 1. - De begrotingsrekening Afdeling 1. - De gewone begroting Artikel 1.

De vastleggingen van de gewone uitgaven uitgevoerd ten laste van de begrotingskredieten over het dienstjaar 2020 belopen 206.197.940,35 EUR, onderverdeeld als volgt:

Kredieten

Vastleggingen

Uitgaven voorzien in de begroting

143.929.560,01

136.799.598,90

Overboekingen voorzien in de begroting

65.238.747,61

65.403.136,47

Uitgaven voorzien in vorige dienstjaren (=SVS)

4.356.701,52

3.995.204,98

Totaal

213.525.009,14

206.197.940,35


Artikel 2.

De vastgestelde rechten voor de gewone begroting over het dienstjaar 2020 belopen 214.401.938,47 EUR, onderverdeeld als volgt:

Ramingen

Vastgestelde rechten

Ontvangsten voorzien in de begroting

175.530.254,29

177.500.301,65

Overboekingen voorzien in de begroting

29.235.838,79

28.140.586,44

Ontvangsten voorzien voor vorige dienstjaren

4.404.348,86

8.761.050,38

Totaal

209.170.441,94

214.401.938,47


Artikel 3. § 1. De aangerekende uitgaven van de gewone begroting over het dienstjaar 2020 belopen 200.562.762,50 EUR, onderverdeeld als volgt:

Vastleggingen

Aanrekeningen

Uitgaven voorzien in de begroting

136.799.598,90

132.203.364,93

Overboekingen voorzien in de begroting

65.403.136,47

65.403.136,47

Uitgaven voorzien in vorige dienstjaren (=SVS)

3.995.204,98

2.956.261,10

Totaal

206.197.940,36

200.562.762,50


§ 2. De naar het dienstjaar 2021 over te dragen vastleggingen belopen 5.635.177,85 EUR. Afdeling 2. - De buitengewone begroting Artikel 4.

De vastleggingen van de buitengewone uitgaven uitgevoerd ten laste van de begrotingskredieten over het dienstjaar 2020 belopen 162.451.161,29 EUR, onderverdeeld als volgt:

Kredieten

Vastleggingen

Uitgaven voorzien in de begroting

135.240.490,69

103.300.356,39

Overboekingen voorzien in de begroting

1.739.765,00

1.658.752,33

Uitgaven voorzien in vorige dienstjaren (=SVS)

58.327.809,76

57.492.052,57

Totaal

195.308.065,45

162.451.161,29


Artikel 5.

De vastgestelde rechten voor de buitengewone begroting over het dienstjaar 2020 belopen 162.451.161,29 EUR, onderverdeeld als volgt:

Ramingen

Vastgestelde rechten

Ontvangsten voorzien in de begroting

53.499.545,90

51.064.100,68

Overboekingen voorzien in de begroting

83.480.679,79

53.059.250,85

Ontvangsten voorzien voor vorige dienstjaren

0,00

58.327.809,76

Totaal

136.980.225,69

162.451.161,29


Artikel 6. § 1. De aangerekende uitgaven van de buitengewone dienst over het dienstjaar 2020 belopen 83.112.447,38 EUR, onderverdeeld als volgt:

Vastleggingen

Aanrekeningen

Uitgaven voorzien in de begroting

103.300.356,39

62.756.253,73

Overboekingen voorzien in de begroting

1.658.752,33

1.658.752,33

Uitgaven voorzien in vorige dienstjaren (=SVS)

57.492.052,57

18.697.441,32

Totaal

162.451.161,29

83.112.447,38


§ 2. De naar het dienstjaar 2021 over te dragen vastleggingen belopen 79.338.713,91 EUR. Hoofdstuk 2. - Het begrotingsresultaat Artikel 7.

Het begrotingsresultaat van de gewone begroting voor het dienstjaar 2020 wordt als volgt vast- gesteld:

Vastgestelde rechten

214.401.938,47

Onverhaalbare en oninbare bedragen

0,00

Netto vastgestelde rechten

214.401.938,47

Vastgelegde uitgaven

206.197.940,35

Begrotingsresultaat

8.203.998,12


Artikel 8.

Het begrotingsresultaat van de buitengewone begroting voor het dienstjaar 2020 wordt als volgt vastgesteld:

Vastgestelde rechten

162.451.161,29

Onverhaalbare en oninbare bedragen

0,00

Netto vastgestelde rechten

162.451.161,29

Vastgelegde uitgaven

162.451.161,29

Begrotingsresultaat

0,00


Hoofdstuk 3. - Het boekhoudkundig resultaat Artikel 9.

Het boekhoudkundig resultaat van de gewone begroting voor het dienstjaar 2020 wordt als volgt vastgesteld:

Netto vastgestelde rechten

214.401.938,47

Aanrekeningen

200.562.762,50

Boekhoudkundig resultaat

13.839.175,97


Artikel 10.

Het boekhoudkundig resultaat van de buitengewone begroting voor het dienstjaar 2020 wordt als volgt vastgesteld:

Netto vastgestelde rechten

162.451.161,29

Aanrekeningen

83.112.447,38

Boekhoudkundig resultaat

79.338.713,91


Hoofdstuk 4. - Slotbepalingen Artikel 11.

De verdeling van de begrotingsverrichtingen over de begrotingsartikelen, de lijst der artikelen van de naar het volgend dienstjaar over te dragen begrotingskredieten en vastleggingen, de lijst per artikel en per schuldenaar van nog te innen vastgestelde invorderingsrechten, de resultatenrekening, de balans, het verslag van de Vlaamse Minister van begroting en financiën en het verificatiebesluit van het College zijn opgenomen in de bijlagen bij deze verordening.

Deze verordening wordt in het Belgisch Staatsblad bekend gemaakt.

De Collegeleden : P. SMET S. GATZ E. VAN DEN BRANDT

^