gepubliceerd op 23 mei 2011
Belgisch Instituut voor Ruimte-Aëronomie . - Vacature (m/v) van wetenschappelijk personeelslid van de klasse SW1 (assistent-stagiair) of SW2 (eerstaanwezend assistent in proefperiode). - Vacaturenummer HRM S1095 (planetologie van de nabije pl(...) 1. Positie van de functie binnen de instelling. Het gaat om een voltijdse betrekking van statuta(...)
PROGRAMMATORISCHE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WETENSCHAPSBELEID
Belgisch Instituut voor Ruimte-Aëronomie (BIRA). - Vacature (m/v) van wetenschappelijk personeelslid van de klasse SW1 (assistent-stagiair) of SW2 (eerstaanwezend assistent in proefperiode). - Vacaturenummer HRM S1095 (planetologie van de nabije planeten) 1. Positie van de functie binnen de instelling. Het gaat om een voltijdse betrekking van statutair wetenschappelijk personeelslid.
Titel en klasse van de wetenschappelijke loopbaan : assistent-stagiair (klasse SW1) of eerstaanwezend assistent in proefperiode (klasse SW2).
Activiteitengroep van de wetenschappelijke loopbaan waartoe de betrekking behoort : activiteitengroep I « Wetenschappelijk onderzoek en experimentele ontwikkeling ».
De betrekking zal uitgeoefend worden binnen de Operationele directie"Zonnestraling in atmosferen" van het Belgisch Instituut voor Ruimte-Aëronomie (Ringlaan 3, 1180 Brussel-Ukkel). 2. Taalregime. Deze betrekking is toegankelijk voor kandidaten die kunnen ingedeeld worden bij de Nederlandse taalrol bij toepassing van de regels hiertoe bepaald door de wetten op het gebruik van talen in bestuurszaken. 3. Functiecontext. Het Belgisch Instituut voor Ruimte-Aëronomie, gelegen te Ukkel aan de zuidkant van Brussel, is een wetenschappelijk kennis- en onderzoekscentrum dat samen met het KMI en de Koninklijke Sterrenwacht de Ruimtepool van het Belgische federale Wetenschapsbeleid vormt. Haar hoofdtaken behelzen de verwerving van wetenschappelijke en technische expertise binnen het domein van de ruimte-aëronomie, alsook de verspreiding van deze kennis en informatie.
Deze multidisciplinaire wetenschap bestudeert de samenstelling van de atmosfeer van de Aarde en van de andere planeten behorend tot ons Zonnestelsel. Ze doet onderzoek naar de fysica en chemie van de atmosferen, alsook naar de interacties met de zon en de onderliggende omgeving (biosfeer, hydrosfeer,...).
Maatschappelijk actuele thema's zoals de invloed van wijzigingen in de atmosferische samenstelling op de klimaatsverandering en de opwarming van de Aarde, het gat in de ozonlaag en de samenstelling van de Martiaanse atmosfeer vallen onder haar activiteiten.
Maar ook minder gekende onderzoeksthema's die al dan niet een directe impact op ons dagelijkse leven hebben, komen aan bod : de invloed van magnetische stormen op elektriciteitsnetwerken, telecommunicatie en luchtvaart; de effecten van vulkanisme op de atmosfeer; de aanwezigheid van stralingsgordels die schade kunnen berokkenen aan astronauten en elektronica tijdens ruimtevluchten,...
Naast de onderzoekstak beschikt het Belgisch Instituut voor Ruimte-Aëronomie ook over een belangrijke ondersteunende dienst engineering die actief is op het vlak van ruimte-elektronica en -mechanica, alsook technische expertise levert voor metingen van op grondniveau. Dit alles gebeurt vaak in partnership met de Belgische ruimtevaartindustrie.
Ook het Belgische operatie- en coördinatiecentrum voor Belgische experimenten aan boord van het Internationaal Ruimtestation en de ruimtevluchten van Belgische astronauten maakt deel uit van het Belgisch Instituut voor Ruimte-Aëronomie.
Geboeid door de ruimte(vaart) ? Kijk dan zeker ook op onze website www.aeronomie.be 4. Inhoud van de functie. 4.1. Doelstellingen van de functie ten aanzien van de opdrachten van de instelling.
De vacature heeft tot doel bij te dragen aan het onderzoek dat betrekking heeft op planetologie van de nabije planeten en situeert zich in de operationele directie 'Zonnestraling in atmosferen'.
De interactie van de zonnestraling met de atmosfeer van de Aarde en van de nabije planeten is een fundamentele component van de aëronomie die de hogere lagen van de atmosfeer bestudeert.
Deze OD bevat drie onderzoeksgroepen die allemaal een aanzienlijke betrokkenheid hebben met ruimte-instrumentatie en deelname aan ruimtezendingen. * Teledetectie van de rand van de atmosfeer om de aarde : hierbij worden de principes en de technieken van spectrofotometrie vanaf de ruimte toegepast op de verwerking van waarnemingen van de absorptie en de verstrooiing van het zonlicht. Dit gebeurt door samenwerking in internationale ruimtevaart projecten of door de ontwikkeling van originele instrumenten en missies. Sinds een paar jaren werkt de groep aan het ontwerp ALTIUS, de eerste Belgische micro-satelliet die de stratosfeer van de aarde zal waarnemen. * Zonnestraling : de Zon is de voornaamste energiebron van de atmosfeer van de Aarde. De spectrograaf SOLSPEC meet de zonnestraling van het ultraviolet tot het infrarood (180 tot 3200 nanometer). Het Belgisch Instituut voor Ruimte-Aëronomie is van nabij betrokken bij de bouw en het gebruik van zulke meetinstrumenten. De groep houdt zich ook bezig met de ontwikkeling en het onderhoud van een nationaal netwerk voor de opvolging van de UV-index. * Planetaire aëronomie : de theoretische en experimentele studie van de atmosfeer van andere hemellichamen van het zonnestelsel is belangrijk om inlichtingen te bekomen over de evolutie van de aardse atmosfeer. Onlangs is de groep zeer actief geweest in de verwerking van de gegevens van de experimenten Mars-Express, Venus-Express en momenteel neemt het BIRA deel aan de voorbereiding van de toekomstige missie EXOMARS met het instrument NOMAD dat geselecteerd werd door ESA en NASA. 4.2. Resultaatsgebieden. - Het verrichten van wetenschappelijk basisonderzoek in het domein van de atmosferische chemie en fysica van de nabije planeten. - Instaan voor atmosferische modellering en de ontwikkeling van globale CTM modellen, data-analyse, validatie van data en modellen. - Wetenschappelijke ondersteuning leveren bij de definiëring van de parameters voor wetenschappelijke meetinstrumenten. - Samenwerking met andere wetenschappelijke partners in het kader van deelname aan internationale wetenschappelijke projecten, alsook de uitoefening van (internationale) mandaten. - Het detecteren, overtuigen, uitwerken en uitschrijven van nieuwe onderzoeksprojectvoorstellen en het verwerven van financiering ervoor. - Het leiden van een kleine onderzoeksploeg. - Het verspreiden van de onderzoeksresultaten via wetenschappelijke publicaties, door middel van webcommunicatie en via deelname aan congressen en seminaries. 5. Competentieprofiel. 5.1. Vereiste diploma's en opleidingen.
De kandidaat/kandidate dient een diploma te bezitten van licentiaat/ licentiate of master in de fysica of scheikunde of houder te zijn van een diploma burgerlijk ingenieur.
Hij/Zij moet bovendien in het bezit te zijn van een doctorstitel behaald na verdediging in het openbaar van een verhandeling over een onderwerp verwant aan het functiedomein, bij voorkeur rond atmosfeeronderzoek. 5.2. Vereiste technische kundigheden.
De kandidaat/kandidate moet aan de hand van zijn/haar verwezenlijkingen en peer-reviewed publicaties kunnen aantonen dat hij/zij een grondige kennis heeft van atmosferische chemie en fysica van de Aarde en van de nabije planeten, en dat hij/zij ervaring heeft in bovenstaand onderzoek.
Van de kandidaat wordt tevens verwacht dat hij/zij een goede kennis heeft van de verschillende bestaande observatiemiddelen die kunnen aangewend worden in het betreffende onderzoek, en dat hij/zij ervaring heeft met de theoretische aspecten in atmosferische modellering en/of globale CTM modellen.
De kandidaat/kandidate moet hebben deelgenomen aan internationale projecten, en kunnen aantonen dat hij/zij een internationaal erkende ervaring bezit in het betreffende onderzoeksdomein.
De nadruk in de te begeven functie ligt op het wetenschappelijk basisonderzoek. Indien de kandidaat echter een bijdrage geleverd heeft tot wetenschappelijke dienstverlening, zal dit beschouwd worden als een pluspunt. 5.3. Generieke competenties.
Blijk geven van een sterk analytisch en integrerend vermogen : leggen van verbanden tussen verschillende gegevens, genereren van alternatieven en trekken van sluitende conclusies.
Vernieuwend kunnen denken door innovatieve en creatieve ideeën aan te brengen.
Gedragsindicatoren : * Ontdekt nieuwe verbanden in de informatie. * Vertaalt ideeën van anderen in een nieuwe zienswijze. * Bedenkt nieuwe benaderingen voor bestaande situaties. - Benadert een probleem vanuit een totaal nieuwe invalshoek. - Brengt originele ideeën aan die niet voortvloeien uit het gekende. - Bekijkt situaties vanuit een origineel perspectief.
Beslissingsvermogen : het nemen van beslissingen op basis van (on)volledige informatie en doelgericht acties ondernemen om de beslissingen uit te voeren.
In team kunnen werken en zijn/ haar kennis delen met collega's.
Uitbouwen van netwerken buiten het Instituut (op nationaal en internationaal niveau).
Goede schriftelijke en mondelinge communicatieve vaardigheden (opmaak van wetenschappelijke en technische documenten en publicaties, vulgariserende artikels gericht op een publiek van niet specialisten, presentaties van wetenschappelijke resultaten, deelname aan overleg- en opvolgingsvergaderingen).
Een goede mondelinge en schriftelijke kennis van de Engelse taal is vereist gelet op de internationale werkcontext.
Kennis van het Frans is een troef met het oog op integratie en samenwerking, gezien BIRA een tweetalige instelling is. 5.4. Vereisten waaraan moet worden voldaan voor een werving in de klasse SW2. * Minstens vier jaar wetenschappelijke ervaring bezitten die als wetenschappelijke anciënniteit kan worden gevaloriseerd in de zin van het statuut (art. 7, § 2 - 3, van het koninklijk besluit van 25 februari 2008Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/02/2008 pub. 07/04/2008 numac 2008021029 bron programmatorische federale overheidsdienst wetenschapsbeleid Koninklijk besluit tot vaststelling van het statuut van het wetenschappelijk personeel van de federale wetenschappelijke instellingen type koninklijk besluit prom. 25/02/2008 pub. 07/04/2008 numac 2008021028 bron programmatorische federale overheidsdienst wetenschapsbeleid Koninklijk besluit tot vaststelling van het geldelijke statuut van het wetenschappelijk personeel van de federale wetenschappelijke instellingen sluiten tot vaststelling van het statuut van het wetenschappelijk personeel van de federale wetenschappelijke instellingen). 6. Arbeidsvoorwaarden. 6.1. Duur van de stageperiode (klasse SW1) - Bezoldiging.
De gekozen kandidaat/kandidate wordt aangeworven als assistent-stagiair met de daaraan verbonden weddenschaal SW11 of SW10 (deze laatste indien de betrokkene geen erkende wetenschappelijke anciënniteit heeft ten belope van minstens twee jaar).
Minimumbezoldiging (brutobedragen rekening gehouden met de huidige index, reglementaire toeslagen niet inbegrepen) : * in de weddenschaal SW10 (met 0 jaar anciënniteit) : bruto euro 33.163,52 per jaar ( euro 2.763,62 per maand); * in de weddenschaal SW11 (met een anciënniteit van twee jaar) : bruto euro 40.963,31 per jaar ( euro 3.413,60 per maand).
De normale duurtijd van de stage bedraagt twee jaar. 6.2. Duur van de proefperiode (klasse SW2) - Bezoldiging.
De gekozen kandidaat/ kandidate wordt aangeworven als wetenschappelijk personeelslid in proefperiode met de titel van eerstaanwezend assistent en met de daaraan verbonden weddenschaal SW21.
Minimumbezoldiging (brutobedragen rekening gehouden met de huidige index en met een anciënniteit van vier jaar, reglementaire toeslagen niet inbegrepen) : bruto euro 52.018,82 per jaar ( euro 4.334,90 per maand).
De normale tijdsduur van de proefperiode bedraagt één jaar. 6.3. Andere voordelen. * U kunt genieten van de terugbetaling van de kosten wat betreft het woon-werkverkeer via het openbaar vervoer; * interessante verlofregeling en diverse mogelijkheden om de balans tussen werk en privéleven op elkaar af te stemmen (mogelijkheid tot thuiswerk, 38-urenweek met vlottend uurrooster); * hospitalisatieverzekering tegen interessant tarief (tussenkomst werkgever in de premie voor 75 %); * gratis toegang tot de federale musea. 7. Toelaatbaarheids- en deelnemingsvoorwaarden. 7.1. De gekozen kandidaat/ kandidate moet op de datum van zijn/ haar indiensttreding volgende voorwaarden vervullen : * Belg zijn of burger van een staat die deel uitmaakt van de Europese Economische Ruimte of de Zwitserse Confederatie; * de burgerlijke en politieke rechten genieten; * aan de dienstplichtwetten voldaan hebben; * een gedrag hebben dat beantwoordt aan de eisen van het gesolliciteerd ambt. 7.2. Uiterlijk op de dag waarop de termijn eindigt voor het indienen der kandidaturen, moeten volgende voorwaarden vervuld zijn : * de vereiste diploma's bezitten (zie punt 5.1 hierboven). * de vereiste technische kundigheden bezitten (zie punt 5.2 hierboven) en deze bewijzen; * de vereiste generieke competenties bezitten (zie punt 5.3 hierboven) en deze bewijzen;
Opdat een aanwerving in de klasse SW2 zou kunnen worden overwogen, dienen op dezelfde datum tevens de voorwaarden te zijn vervuld, bedoeld onder punt 5.4 hierboven. 7.3. In de beide hierna vermelde gevallen geldt volgend voorbehoud voor deelname aan de selectieprocedure. 7.3.1. Het vereiste diploma werd behaald in een ander land dan België.
In dit geval zal de voorzitter van de jury van het BIRA vooraf nagaan of het door de kandidaat/ kandidate voorgelegde diploma kan worden aanvaard bij toepassing van de bepalingen van de Richtlijnen 89/48/EEG of 92/51/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen.
Daarom dient de betrokken kandidaat/ kandidate aan zijn/haar kandidatuur, behalve een kopie van het voorgelegde diploma, volgende bescheiden en inlichtingen toe te voegen, nodig voor bedoeld onderzoek : * een vertaling van het diploma indien dit niet werd uitgereikt in het Nederlands, Frans, Duits of Engels (vertaling in het Nederlands voor de kandidaten die kunnen worden ingedeeld bij de Nederlandse taalrol); * een verklaring waarmee de onderwijsinrichting, die het diploma heeft uitgereikt, volgende inlichtingen verstrekt (voor zover deze inlichtingen niet voorkomen in het diploma zelf) : 1. het aantal studiejaren dat normalerwijze vereist is voor het behalen van het diploma;2. moest een verhandeling worden ingediend voor het behalen van het diploma ? 3.de verworven kennis en bekwaamheden die aan de basis liggen van het uitreiken van bedoeld diploma; * een vertaling van deze verklaring indien deze niet werd uitgereikt in het Nederlands, Frans, Duits of Engels (vertaling in het Nederlands voor de kandidaten die kunnen worden ingedeeld bij de Nederlandse taalrol). 7.3.2. Het vereiste diploma werd behaald in een andere taal dan het Nederlands. * De taal waarin de studies werden gedaan, die hebben geleid tot het behalen van het vereiste diploma, bepaalt in principe de taalrol waarbij de kandidaat/kandidate moet worden ingedeeld bij toepassing van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken. * Wanneer een diploma van doctor vereist is, dat werd behaald na verdediging in het openbaar van een proefschrift, of wanneer een dergelijk diploma wordt voorgelegd om te voldoen aan de diplomavereisten, wordt de taalrol dan ook bepaald door de taal waarin de studies werden gedaan die hebben geleid tot het universitair einddiploma dat toegang gaf tot het doctoraat. * In de gevallen waarin deze studies werden gedaan in een andere taal dan het Nederlands, dient de betrokken kandidaat/kandidate daarom in het bezit te zijn van een bewijs van taalkennis, afgeleverd door SELOR, het Selectiebureau van de Federale Overheid (voorheen : Vast Wervingssecretariaat), Bisschoffsheimlaan 15, 1000 Brussel (tel. : +32-(0)2 788 66 32; e-mail : taal@selor.be). Uit dit bewijs moet blijken dat de betrokkene geslaagd is in volgend taalexamen dat met betrekking tot het vaststellen van het taalregime in de plaats komt van het opgelegdediploma : - taaltest Nederlands - artikel 7, voor een functie van niveau 1/A. 8. Bijkomende inlichtingen. Meer informatie omtrent de inhoud van deze betrekking kan worden bekomen bij de heer Philippe Iterbeke, Ringlaan 3, 1180 Brussel (tel. : 02-373 03 76; fax : 02-375 93 36; e-mail : philippe.Iterbeke@aeronomie.be), die zal instaan voor de dispatching. 9. Selectieprocedure. * De jury van het BIRA bepaalt wie van de kandidaten (m/v), die een ontvankelijke kandidatuur hebben ingediend, het meest geschikt worden geacht voor de betrekking (maximum 5 kandidaten kunnen aldus worden geselecteerd). * Indien de jury het noodzakelijk acht, kan hij de kandidaten (m/v) vragen om eender welke bijkomende proef af te leggen die de Jury bepaalt om hun geschiktheid voor de te begeven functie te beoordelen. * De kandidaten (m/v) die aldus in aanmerking worden genomen, zullen vervolgens uitgenodigd worden om voor de jury te verschijnen voor een hoorzitting met het oog op de vaststelling van de rangschikking der kandidaten. * Deze rangschikking wordt pas definitief nadat ze werd meegedeeld aan de betrokken kandidaten (m/v) die daarbij de mogelijkheid hebben erover klacht in te dienen en te vragen om door de jury te worden gehoord. 10. Sollicitatieprocedure. 10.1. De kandidaturen moeten worden ingediend binnen 30 kalenderdagen volgend op de datum waarop deze vacature wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad, dus ten laatste op 22 juni 2011.
Ze moeten worden ingediend bij aangetekende brief gericht aan de Dienst Human Resources van de Federale Programmatorische Overheidsdienst (POD) Wetenschapsbeleid, Louizalaan 231, 1050 Brussel. 10.2. In de kandidatuur dient uitdrukkelijk te worden gepreciseerd : * de gesolliciteerde betrekking; * het adres waar de kandidaat/kandidate de aangetekende brief zal kunnen in ontvangst nemen waarmede hem/haar kennis zal worden gegeven van zijn/haar plaats in de rangschikking der kandidaten; elke wijziging van dit adres dient onmiddellijk te worden meegedeeld. 10.3. Aan de kandidatuur toe te voegen bescheiden * een volledig en waarheidsgetrouw curriculum vitae; * voor de reeds verrichte wetenschappelijke activiteiten : - een beschrijving van relevante activiteiten, de gespeelde rol en de behaalde resultaten, met inbegrip van een lijst van de eventueel gepubliceerde wetenschappelijke werken; - attesten om deze te rechtvaardigen (attesten afgeleverd door de werkgevers, de autoriteiten die beurzen toekenden,...; - voor meer informatie betreffende de te verstrekken inlichtingen : zie de nota betreffende de toekenning van de wetenschappelijke anciënniteit die kan worden geraadpleegd op de website van de POD Wetenschapsbeleid (www.belspo.be, rubriek "Vacatureberichten" - Belgisch Instituut voor Ruimte-Aëronomie) en die eveneens kan worden bekomen bij de dienst HR van de POD Wetenschapsbeleid (tel. : 02-238 34 19 of 02-238 35 68); * een kopie van het/ de vereiste diploma('s); * indien de kandidaat/kandidate een doctorsdiploma voorlegt om aan de diplomavereisten te voldoen, dient hij/zij aan zijn/haar kandidatuur eveneens een kopie toe te voegen van het universitair einddiploma dat toegang gaf tot het doctoraat; indien deze diploma's, of één ervan, werden uitgereikt in een andere taal dan het Nederlands, Frans, Duits of Engels dient daarvan tevens een vertaling te worden gevoegd bij het voorgelegde dossier (vertaling in het Nederlands voor de kandidaten die kunnen worden ingedeeld bij de Nederlandse taalrol); * de bescheiden en inlichtingen hierboven bedoeld onder punt 7.3.1, indien het/ de vereiste diploma(s), behaald door de kandidaat/ kandidate, werd(en) uitgereikt door een andere dan een Belgische instelling; * het bewijs van taalkennis bedoeld onder punt 7.3.2, ingeval dit bewijs noodzakelijk is of wanneer de kandidaat wenst dat zijn/haar indeling bij een taalrol gebeurt op basis van dat bewijs. 10.4. Er zal geen rekening worden gehouden met kandidaturen die niet werden ingediend overeenkomstig de hierboven bepaalde sollicitatieprocedure.