gepubliceerd op 05 mei 2001
Rechterlijke Orde. - Vacante betrekkingen - griffier bij de arbeidsrechtbank te Luik : 1, vanaf 19 januari 2002; - beambte : - bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Tongeren : 1; - bij het parket van de procureur des Kon - bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Brugge : 1; (...)
MINISTERIE VAN JUSTITIE
Rechterlijke Orde. - Vacante betrekkingen - griffier bij de arbeidsrechtbank te Luik : 1, vanaf 19 januari 2002; - beambte : - bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Tongeren : 1; - bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Gent : 1; - bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Brugge : 1; - administratief agent bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Dendermonde : 1 (*); - arbeider bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Ieper : 1, vanaf 1 juli 2001 (**).
De kandidaturen voor een benoeming in de Rechterlijke Orde moeten bij een ter post aangetekend schrijven aan de heer Minister van Justitie, Directoraat-Generaal Rechterlijke Organisatie, Dienst Personeelszaken - 3/P/R.O. II., Waterloolaan 115, 1000 Brussel, worden gericht binnen een termijn van één maand na de bekendmaking van de vacature in het Belgisch Staatsblad (artikel 287 van het Gerechtelijk Wetboek).
De kandidaten dienen een afschrift bij te voegen van het bewijs dat zij geslaagd zijn voor het examen voor de griffies en parketten van hoven en rechtbanken, ingericht door de Minister van Justitie, en dit voor het ambt waarvoor zij kandidaat zijn.
Voor elke kandidatuurstelling dient een afzonderlijk schrijven te worden gericht. _______ Nota's (*) De geslaagden voor een wervingsexamen voor de graden van telefoniste of bode behouden hun aanspraken op benoeming in de graad van administratief agent (artikel 24 van het koninklijk besluit van 19 maart 1996). (**) De geslaagden voor een wervingsexamen voor de graad van hulparbeider behouden hun aanspraken op benoeming in de graad van arbeider (artikel 24 van het koninklijk besluit van 19 maart 1996).