Etaamb.openjustice.be
Vacante Bettreking
gepubliceerd op 22 december 1999

BELGISCHE SENAAT Tweede oproep tot de kandidaten voor een mandaat van lid niet-notaris van de benoemingscommissies voor het notariaat De Senaat zal, overeenkomstig art. 38 van de wet van 25 ventôse jaar XI op het notarisambt, opnieuw(...)

bron
wetgevende kamers - senaat
numac
1999020067
pub.
22/12/1999
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

WETGEVENDE KAMERS - SENAAT


BELGISCHE SENAAT Tweede oproep tot de kandidaten voor een mandaat van lid niet-notaris van de benoemingscommissies voor het notariaat (De kandidaturen ingediend naar aanleiding van de eerste oproep Belgisch Staatsblad van 6 november 1999 - blijven geldig) De Senaat zal, overeenkomstig art. 38 van de wet van 25 ventôse jaar XI op het notarisambt, opnieuw ingevoegd en aangevuld door de wetten van 4 mei 1999, overgaan tot de benoeming van de leden niet-notarissen van de Nederlandstalige benoemingscommissie en de Franstalige benoemingscommissie voor het notariaat.

Samenstelling van benoemingsommissies Er wordt een Nederlandstalige en een Franstalige benoemingscommissie opgericht.

Elke commissie bestaat uit acht werkende en acht plaatsvervangende leden van Belgische nationaliteit. De mandaten worden als volgt verdeeld : 1° drie notarissen uit drie verschillende genootschappen;2° één geassocieerd notaris die geen titularis is;3° één magistraat in functie gekozen uit de zittende magistraten van de hoven en rechtbanken en de magistraten bij het openbaar ministerie;4° een docent of hoogleraar in de rechten aan een faculteit voor rechtsgeleerdheid van een Belgische universiteit, die geen notaris, kandidaat-notaris of geassocieerde notaris is;5° twee externe leden met een voor de opdracht relevante beroepservaring. Voor elk lid wordt een plaatsvervanger aangewezen die aan dezelfde voorwaarden voldoet.

Elk lid wordt volgens zijn taalrol aangewezen voor een van beide benoemingscommissies.

Ten minste één lid van de Franstalige benoemingscommissie of een plaatsvervanger, moet het bewijs leveren van de kennis van het Duits overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 43, § 13, tweede lid, en 43quinquies van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken.

Bevoegdheden en taken van de benoemingscommissies voor het notariaat De bevoegdheden en taken van elke benoemingscommissie en van de verenigde benoemingscommissies staan beschreven in artikel 38, §§ 2 en 3, van de wet van 25 ventôse jaar XI op het notarisambt.

Benoeming van de leden De vier leden niet-notarissen en hun plaatsvervangers worden afwisselend aangewezen door de Kamer en de Senaat met een meerderheid van twee derden van de uitgebrachte stemmen.

Zij worden voor de eerste keer door de Senaat aangewezen.

Duur van het mandaat De leden van een benoemingscommissie hebben zitting voor een termijn van vier jaar. Dit mandaat kan eenmaal hernieuwd worden. Een uittredend lid is niet onmiddellijk herkiesbaar.

Benoemingsvoorwaarden voor de leden niet-notarissen - Belg zijn; - op het ogenblik van de kandidaatstelling de leeftijd van 63 jaar niet bereikt hebben; - ofwel magistraat zijn, of docent of hoogleraar in de rechtsgeleerdheid van een Belgische universiteit (zie hierboven), of een voor de opdracht relevante beroepservaring hebben.

Onverenigbaarheden Gedurende de uitoefening van het mandaat is het lidmaatschap van een benoemingscommissie onverenigbaar met : 1° een mandaat in de Nationale Kamer van notarissen,in een kamer van notarissen, in een evaluatiecommissie of in een adviescomité;2° de hoedanigheid van procureur des Konings;3° een mandaat in de Hoge Raad voor de Justitie of in de Adviesraad van de magistratuur;4° een bij verkiezing verleend politiek mandaat. Het mandaat houdt van rechtswege op indien : 1° een onverenigbaarheid zoals hierboven bedoeld ontstaat;2° een lid de hoedanigheid verliest om zitting te kunnen hebben in een benoemingscommissie;3° een lid zich kandidaat stelt voor een benoeming tot notaris of kandidaat-notaris. Kandidaatstelling De individuele kandidaturen moeten, op straffe van verval, ten laatste op 31 januari 2000, aan de voorzitter van de Senaat worden gericht bij een ter post aangetekende brief, op het volgende adres : De voorzitter van de Senaat, Senaat, 1009 Brussel.

De kandidaturen moeten vergezeld zijn van de documenten die het bewijs leveren dat de kandidaten aan de voornoemde voorwaarden voldoen. Het betreft volgende documenten : - een bewijs van nationaliteit; - een uittreksel uit de geboorteakte; - alle documenten ter staving van de hoedanigheid van magistraat, van docent of hoogleraar aan een faculteit rechtsgeleerdheid van een Belgische universiteit, of een voor de opdracht relevante beroepservaring; - een eensluidend verklaarde kopie van het diploma.

De Franstalige kandidaten met kennis van het Duits dienen hiervan het bewijs te leveren.

In hun brief vermelden de kandidaten in welke hoedanigheid (magistraat, docent/hoogleraar of extern lid) zij zich kandidaat stellen.

^