MINISTERIE VAN JUSTITIE

Rechterlijke Orde Bekendmaking van openstaande plaatsen : - substituut-procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen : 1.

Deze plaats vervangt deze gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 10 december 1997.

De kandidaturen voor een benoeming in de Rechterlijke Orde moeten bij een ter post aangetekend schrijven worden gericht aan de heer Minister van Justitie, Bestuur Rechterlijke Orde, Dienst Personeelszaken, 3/P/R.O. I., Waterloolaan 115, 1000 Brussel, binnen een termijn van één maand na de bekendmaking van de vacature in het Belgisch Staatsblad (artikel 287 van het Gerechtelijk Wetboek).

Voor elke kandidatuur dient een afzonderlijk schrijven te worden gericht; - griffier : - bij het hof van beroep te Brussel : 1, vanaf 1 september 1998; - bij de rechtbank van eerste aanleg te : - Antwerpen : 1, vanaf 1 september 1998; - Tongeren : 1, vanaf 1 september 1998; - opsteller bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen : 1; - administratief agent bij het parket van het hof van beroep te Gent : 1, vanaf 1 juni 1998 (*).

De kandidaturen voor een benoeming in de Rechterlijke Orde moeten bij een ter post aangetekend schrijven worden gericht aan de heer Minister van Justitie, Bestuur Rechterlijke Orde, Dienst Personeelszaken, 3/P/R.O. II., Waterloolaan 115, 1000 Brussel, binnen een termijn van één maand na de bekendmaking van de vacature in het Belgisch Staatsblad (artikel 287 van het Gerechtelijk Wetboek).

De kandidaten dienen een afschrift bij te voegen van het bewijs dat zij geslaagd zijn voor het examen voor de griffies en parketten van hoven en rechtbanken, ingericht door de Minister van Justitie, en dit voor het ambt waarvoor zij kandidaat zijn. (*) De geslaagden voor een wervingsexamen voor de graden van telefoniste of bode behouden hun aanspraak op benoeming in de graad van administratief agent, voor zover zij slaagden in het examen georganiseerd in het gerechtsgebied van het hof van beroep waar zij zich kandidaat stellen (artikel 24 van het koninklijk besluit van 19 maart 1996).