Etaamb.openjustice.be
Overeenkomst
gepubliceerd op 16 september 1998

Europese Unie LIFE. - Communautair Financieel Instrument voor het Leefmilieu Programma LIFE Milieu 1999 1. Context. In het kader van de verordening nr 1404/96 van 15 Juli 1996 tot wijziging van Verordening nr. 1973/92 inzake de oprichti(...) De oproep heeft betrekking op de projecten in het kader van het luik LIFE milieu (art. 2, 1b. van d(...)

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
1998022571
pub.
16/09/1998
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU


Europese Unie LIFE. - Communautair Financieel Instrument voor het Leefmilieu Programma LIFE Milieu 1999 1. Context. In het kader van de verordening nr 1404/96 van 15 Juli 1996 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 1973/92 inzake de oprichting van een financieel instrument voor het leefmilieu (LIFE), wordt overgegaan tot een oproep tot het indienen van Belgische projectvoorstellen 1999.

De oproep heeft betrekking op de projecten in het kader van het luik LIFE milieu (art. 2, 1b. van de verordening). 2. Types projecten. Het gaat om acties die gericht zijn op de toepassing van het Europese beleid en wetgeving inzake leefmilieu : i) vernieuwende en demonstratieve acties ter bevordering van de duurzame ontwikkeling in de industriële activiteiten; LIFE steunt innoverende demonstratie- of proefprojecten die makkelijk overdraagbaar zijn naar de gehele sector en eventueel naar andere industriële sectoren in Europa. ii) demonstratie-, promotie- en technische bijstandsacties ten behoeve van lokale besturen. Deze acties moeten tot doel hebben milieu-overwegingen te integreren in de ruimtelijke ordening en het landgebruik, teneinde een duurzame ontwikkeling te bevorderen; iii) voorbereidende acties met het oog op de uitvoering van het communautaire beleid en de communautaire wetgeving op milieugebied, met name : - bescherming en rationeel beheer van de kustzones; - afvalbeperking, voornamelijk van toxische en gevaarlijke afvalstoffen; - bescherming van het water, met inbegrip van de behandeling van afvalwater; - luchtverontreiniging, verzuring, troposferische ozon.

Meer gedetailleerde informatie en voorbeelden van types van acties die in aanmerking komen voor LIFE milieu is terug te vinden in de informatiebrochure, die verkregen kan worden bij de federale Diensten voor het Leefmilieu (zie § 6). 3. Criteria. De in § 2 voorgestelde acties moeten in overeenstemming zijn met de bepalingen van het Verdrag en de communautaire wetgeving. Daarnaast moeten zij aan de volgende criteria voldoen : 1. Algemene criteria : - de acties zijn van belang voor de Europese Unie doordat ze in belangrijke mate bijdragen tot de toepassing van het communautaire beleid en de communautaire wetgeving op het gebied van het leefmilieu; - ze worden uitgevoerd door deelnemers die technisch en financieel betrouwbaar zijn; - de acties zijn uitvoerbaar, zowel op het vlak van de technische voorstellen als van het projectbeheer (tijdsschema, budget) en het rendement; - bijdragen tot een multinationale aanpak kan een bijkomend criterium vormen voor zover een dergelijke aanpak, in vergelijking met een nationale aanpak, vermoedelijk meer resultaten oplevert voor wat betreft haalbaarheid, logica en kostprijs. 2. De acties op het gebied van de industriële activiteiten (§ 2, i) moeten daarbij beantwoorden aan een of meer passende criteria uit de volgende : - oplossingen verstrekken voor een probleem dat zich frequent voordoet in de Unie of dat voor sommige Lidstaten een belangrijk voorwerp van bezorgdheid is; - technisch innoverend zijn en een vooruitgang betekenen; - een voorbeeldfunctie hebben en vooruitgang betekenen ten opzichte van de huidige situatie; - een ruime toepassing van milieuvriendelijke praktijken en technologie bevorderen; - gericht zijn op de ontwikkeling en de overdracht van know-how die in identieke of gelijkaardige situaties kan worden gebruikt; - een kosten-batenverhouding bieden die vanuit milieu-standpunt potentieel bevredigend is. 3. De acties ten gunste van lokale besturen (§ 2, ii) moeten beantwoorden aan een of meer passende criteria uit de volgde : - oplossingen bieden voor een probleem dat zich veelvuldig voordoet in de Unie of dat een belangrijk voorwerp van bezorgdheid is voor bepaalde Lidstaten; - vernieuwing van de beoogde acties inhouden door de toegepaste methode; - een voorbeeldfunctie hebben en vooruitgang betekenen ten opzichte van de huidige situatie; - samenwerking op milieugebied bevorderen. 4. De voorbereidende acties (§ 2, iii) moeten voldoen aan de volgende criteria : - verband houden met een onderwerp dat deel uitmaakt van het beleid van de Unie en dat op dit ogenblik uitgewerkt of herzien wordt; - een transnationaal partnerschap opzetten, gericht op samenwerking of kennisoverdracht; - acties van meer structurele aard voorbereiden. 4. Financiële voorwaarden.1. Haalbaarheid. De financiële haalbaarheid van het project moet worden aangetoond.

Bijgevolg moet de Europese Commissie in kennis worden gesteld van de voor de uitvoering van het project gekozen financiële opzet en van de voortgang van de onderhandelingen met de verschillende partners. 2. Totale kostprijs. Teneinde een te grote spreiding van de kredieten te vermijden, zullen in principe enkel projecten met een totale kostprijs hoger dan 400 000 ecu door de Europese Commissie gekozen worden. 3. Financiële ondersteuning. De financiële ondersteuning door LIFE is beperkt tot maximaal 50 % van de aanrekenbare kosten.

Dit bedrag wordt beperkt tot maximum 30 % van de kosten van de acties die verwacht worden significante inkomsten op te leveren. In dit geval moet de bijdrage van de begunstigden in de financiering ook minstens gelijk zijn aan de communautaire tussenkomst.

Alleen uitgaven die rechtstreeks verband houden met de uitvoering van een project kunnen voor een bijdrage in aanmerking komen.

Projecten of delen van projecten waarvoor steun word ontvangen via de Stuctuurfondsen, het Cohesiefonds of andere budgetare instrumenten van de Unie komen niet in aanmerking voor financiële bijstand door LIFE. Uitgaven m.b.t. activiteiten die vóór 1 februari 1999 zijn begonnen, komen evenmin in aanmerking voor een bijdrage van LIFE. Uitgaven voor activiteiten na deze datum kunnen wel in aanmerking genomen worden, maar zij gebeuren op risico van de indiener in afwachting van de uiteindelijke beslissing inzake financiering. 4. Niet-aanrekenbare kosten. De hiernavolgende kosten worden in geen geval in aanmerking genomen : - de uitgaven voor studies die niet specifiek zijn gewijd aan de doelstelling die door de gefinancierde acties wordt beoogd; - uitgaven betreffende zware infrastructuurinvesteringen of voor structurele investeringen die geen vernieuwing inhouden; - uitgaven voor activiteiten die te maken hebben met onderzoek en technologische ontwikkeling; - de activiteiten die reeds op industriële schaal zijn bevestigd. 5. Selectieprocedure. De procedure voor de behandeling van een voorstel is als volgt : - Indienen van de voorstellen in België. Wanneer het gaat om acties waaraan meer dan één Lidstaat deelneemt, worden de voorstellen overgemaakt door de Lidstaat waar de overheid of organisatie die de coördinatie van de actie waarneemt, is gevestigd. - Ontvangst, registratie en administratieve controle door de federale Diensten voor het Leefmilieu; doorsturen van de dossiers naar de Europese Commissie. - Preselectie op Belgische niveau door een comité van vertegenwoordigers van federale en regionale leefmilieuautoriteiten. - Onderzoek door de diensten van de Europese Commissie. - Evaluatie door comité van onafhankelijke deskundigen. - Uiteindelijke beslissing door het LIFE beheerscomité, bestaande uit vertegenwoordigers van de Europese Commissie en van elke Lidstaat.

Indien een voorstel wordt geselecteerd, zal door de Commissie hiervan mededeling worden gedaan onder de vorm van een individuele beslissing.

De voorstellen worden geselecteerd op basis van de mate waarin de projecten beantwoorden aan de criteria vermeld in § 3.

De hele procedure is strikt vertrouwelijk. 6. Informatiebrochure. De informatiebrochure « LIFE milieu 1997-1999 » kan schriftelijk aangevraagd worden op volgend adres : Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu Federale Diensten voor het Leefmilieu Dienst Studie en Coördinatie (LIFE) Pachecolaan 19 PB 5 1010 BRUSSEL fax : 02/210.48.52 e-mail : LIFE.env@health.fgov.be 7. Opmaak van een voorstel. Het voorstel moet opgemaakt worden gebruik makend van de bij de informatiebrochure gevoegde formulieren.

Het moet de volgende elementen bevatten : 1° een technische beschrijving van het project (maximaal 20 pagina's);2° een reeks fiches die de administratieve en financiële gegevens van het project bevatten;3° een samenvatting van het projectvoorstel. De samenvatting moet vertaald worden in het Frans, Engels of Duits, indien het voorstel niet in één van deze talen werd opgesteld. Wanneer het voorstel wel in één van deze drie talen is opgesteld, moet een vertaling in één van de twee andere talen worden bijgevoegd.

Hoewel niet verplicht, wordt een vertaling van de technische beschrijving in het Engels zeer op prijs gesteld.

Het volledige voorstel moet in 7 exemplaren ingediend worden. 8. Uitsluiting van de selectieprocedure. Projecten die niet aan alle formele indieningsvoorwaarden voldoen, worden uitgesloten van de selectieprocedure.

Concreet betekent dit dat alleen de voorstellen die opgesteld zijn gebruik makend van de formulieren opgenomen in de brochure, met een samenvatting in twee talen, alsmede een technische beschrijving en een taakomschrijving, dit alles correct, duidelijk en volledig ingevuld overeenkomstig de voorschriften van de brochure, in aanmerking komen.

Aanvragen die (volledig of ten dele) met de hand zijn ingevuld, worden evenmin in aanmerking genomen. 9. Indiening 1.Uiterste indieningsdatum : Het volledige voorstel moet ten laatste op 8 januari 1999, 16 uur toekomen op het onderstaande adres. 2. Adres voor indienen van de voorstellen : Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu Federale Diensten voor het Leefmilieu Dienst Studie en Coördinatie (LIFE) kantoren : Rijksadministratief Centrum Vesaliusgebouw, 7e verdieping postadres : Pachecolaan 19 PB 5 1010 BRUSSEL 3.Wijze van toezending : De voorstellen kunnen per post aangetekend worden toegezonden of op het bovenvermelde bezoekadres worden afgegeven. De voorkeur wordt gegeven aan toezending per post.

Als bewijs van indiening geldt de poststempel of het ontvangstbewijs, gedateerd en ondertekend door de ambtenaar die de zending in ontvangst heeft genomen.

^