Etaamb.openjustice.be
Overeenkomst van 20 mei 2015
gepubliceerd op 30 december 2015

Administratieve schikking betreffende de toepassing van de overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en de Republiek Moldavië

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2015022575
pub.
30/12/2015
prom.
20/05/2015
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID


20 MEI 2015. - Administratieve schikking betreffende de toepassing van de overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en de Republiek Moldavië


Bij toepassing van artikel 22 van de Overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en de Republiek Moldavië, hebben de Belgische en Moldavische bevoegde autoriteiten de volgende bepalingen in gemeen overleg vastgesteld: TITEL I. - Algemene bepalingen Artikel 1 Definities 1. Voor de toepassing van deze Schikking: (1) verstaat men onder "Overeenkomst" de Overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en de Republiek Moldavië, ondertekend in Brussel op 12 september 2012;(2) verstaat men onder "Schikking" de Administratieve Schikking betreffende de toepassing van de Overeenkomst betreffende de sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en de Republiek Moldavië.2. De in deze Schikking gebruikte termen hebben de betekenis die daaraan in artikel 1 van de Overeenkomst wordt gegeven. Artikel 2 Verbindingsorganen Worden met toepassing van artikel 22 van de Overeenkomst als verbindingsorganen aangewezen: In België: 1. Invaliditeit (1) in algemene regel: Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, Brussel;(2) voor zeelieden: Hulp- en voorzorgskas voor zeevarenden, Antwerpen.2. Rust, overleving Rijksdienst voor pensioenen, Brussel.3. Arbeidsongevallen Fonds voor arbeidsongevallen, Brussel.4. Beroepsziekten Fonds voor de beroepsziekten, Brussel. In Moldavië: Rijksdienst voor sociale verzekeringen: voor ouderdomspensioenen, pensioenen voor invaliditeit veroorzaakt door algemene ziekten, pensioenen en uitkeringen voor invaliditeit veroorzaakt door arbeidsongevallen of beroepsziekten en overlevingspensioenen.

Artikel 3 Bevoegde organen Worden met toepassing van artikel 22 van de Overeenkomst als bevoegde organen aangewezen: In België: 1. Invaliditeit (1) in algemene regel: Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, Brussel, samen met de verzekeringsinstelling waarbij de werknemer aangesloten is of is geweest;(2) voor zeelieden: Hulp- en voorzorgskas voor zeevarenden, Antwerpen.2. Rust, overleving Rijksdienst voor pensioenen, Brussel.3. Arbeidsongevallen (1) ongevallen overkomen vanaf 1 januari 1988: a) in algemene regel: de verzekeringsonderneming bij wie de werkgever verzekerd of aangesloten is;b) uitbetaling van de uitkeringen en renten betreffende een blijvende ongeschiktheid tot en met 19%: Fonds voor arbeidsongevallen, Brussel;(2) ongevallen overkomen vóór 1 januari 1988: a) in algemene regel: de verzekeringsonderneming bij wie de werkgever verzekerd is;b) uitbetaling van de aanvullingen op een rente of van renten betreffende een blijvende ongeschiktheid van minder dan 10%: Fonds voor arbeidsongevallen, Brussel;c) uitbetaling van verstrekkingen na de herzieningstermijn: Fonds voor arbeidsongevallen, Brussel (3) regeling voor zeelieden en vissers en in geval van niet-verzekering: Fonds voor arbeidsongevallen, Brussel.4. Beroepsziekten Fonds voor de beroepsziekten, Brussel. In Moldavië: 1. De Rijksdienst voor sociale verzekeringen: voor ouderdomspensioenen, pensioenen voor invaliditeit veroorzaakt door algemene ziekten, pensioenen en uitkeringen voor invaliditeit veroorzaakt door arbeidsongevallen of beroepsziekten en overlevingspensioenen.2. De Nationale raad voor de vaststelling van handicaps en arbeidsgeschiktheid: voor de vaststelling van de invaliditeits-/handicapgraad en de arbeidsgeschiktheidsgraad. TITEL II. - Bepalingen betreffende de toepasselijke wetgeving Artikel 4 Onderwerpingsformulier 1. In de gevallen bedoeld in artikel 7, paragraaf 2, en in artikelen 8, 9 en 11 van de Overeenkomst stelt het in paragraaf 2 van dit artikel aangeduid orgaan van de overeenkomstsluitende Staat waarvan de wetgeving van toepassing is, de werknemer, op verzoek van de werkgever of van de werknemer, een formulier ter hand waaruit blijkt dat deze wetgeving van toepassing blijft op de daarin vermelde werknemers en tot welke datum.2. Het formulier bedoeld in paragraaf 1 van dit artikel wordt uitgereikt: Wanneer de toepasselijke wetgeving die van België is: (1) wat betreft artikelen 8 en 9 van de Overeenkomst, door: de Rijksdienst voor sociale zekerheid, Brussel;(2) wat betreft artikel 11 van de Overeenkomst, door: - Wanneer het gaat om individuele gevallen van bepaalde personen: door de Rijksdienst voor sociale zekerheid, Brussel; - Wanneer het gaat om bepaalde categorieën van personen: door de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid, Directie-generaal Beleidsondersteuning, Brussel.

Wanneer de toepasselijke wetgeving die van Moldavië is: De Rijksdienst voor sociale verzekeringen. 3. Het origineel van het formulier bedoeld in paragraaf 1 van dit artikel wordt aan de werknemer of de ambtenaar;het moet in zijn bezit zijn tijdens gans de vermelde periode om zijn toestand van onderwerping te kunnen bewijzen in het gastland. 4. Een kopie van het formulier uitgereikt bij toepassing van paragraaf 1 van dit artikel door het bevoegd orgaan van Moldavië wordt, wat de werknemers en de ambtenaren betreft, verzonden naar het bevoegd orgaan van België.Evenzo wordt een kopie van het formulier uitgereikt door het bevoegd orgaan van België verzonden naar het bevoegd orgaan van Moldavië. 5. Het bevoegd orgaan dat het formulier heeft uitgereikt, kan beslissen dit in te trekken.In dat geval, brengt het daarvan het bevoegd orgaan van de andere overeenkomstsluitende Staat op de hoogte.

Artikel 5 Uitwisseling van gegevens in geval van gelijktijdige activiteit als werknemer 1. Wanneer de wetgeving van een overeenkomstsluitende Staat van toepassing is krachtens artikel 7, paragraaf 2, van de Overeenkomst, dient een werkgever die gevestigd is buiten de bevoegde lidstaat, alle verplichtingen na te komen waarin de op zijn werknemers toepasselijke wetgeving voorziet, met name de verplichting tot het betalen van de in die wetgeving bedoelde premies en bijdragen, alsof hij zijn statutaire zetel of vestiging in de bevoegde overeenkomstsluitende staat zou hebben.2. Een werkgever die geen vestiging heeft in de overeenkomstsluitende staat waarvan de wetgeving van toepassing is en de werknemer kunnen overeenkomen dat de werknemer de verplichtingen van de werkgever inzake de betaling van premies en bijdragen voor rekening van deze laatste nakomt, zonder afbreuk te doen aan de onderliggende verplichtingen van de werkgever.De werkgever brengt een dergelijke regeling ter kennis van het bevoegde orgaan van die overeenkomstsluitende staat.

TITEL III. - Bijzondere bepalingen betreffende de prestaties HOOFDSTUK 1. - Arbeidsongevallen en beroepsziekten Artikel 6 Evaluatie van de graad van arbeidsongeschiktheid in geval van een voorheen overkomen arbeidsongeval of beroepsziekte Voor de evaluatie van de graad van arbeidsongeschiktheid, voor de aanspraak op de prestaties en voor de vaststelling van het bedrag ervan in de gevallen bedoeld bij artikel 12 van de Overeenkomst, moet de aanvrager het bevoegd orgaan van de overeenkomstsluitende Staat waarvan de wetgeving op hem van toepassing was bij het overkomen van het arbeidsongeval of bij de eerste medische vaststelling van de beroepsziekte alle inlichtingen mededelen over arbeidsongevallen of beroepsziekten waardoor hij vroeger getroffen is geweest terwijl de wetgeving van de andere overeenkomstsluitende Staat op hem van toepassing was, ongeacht de graad van arbeidsongeschiktheid veroorzaakt door deze vroegere gevallen. Het bevoegd orgaan kan zich richten tot gelijk welk ander orgaan dat vroeger bevoegd was om de inlichtingen die het nuttig acht te bekomen.

Artikel 7 Procedure in geval van blootstelling aan het risico van een beroepsziekte in beide Staten In het geval bedoeld in paragraaf 1 van artikel 13 van de Overeenkomst, wordt de aangifte van de beroepsziekte verzonden ofwel naar het bevoegd orgaan inzake beroepsziekten van de overeenkomstsluitende Staat onder de wetgeving waarvan de getroffene laatstelijk een activiteit heeft uitgeoefend die de bedoelde ziekte zou kunnen veroorzaken, ofwel naar het orgaan van de woonplaats.

Artikel 8 Verergering van een beroepsziekte In het geval bedoeld in artikel 14 van de Overeenkomst, is de belanghebbende verplicht het bevoegd orgaan van de overeenkomstsluitende Staat waarbij hij zijn rechten op prestaties laat gelden alle inlichtingen mede te delen over prestaties toegekend vóór de bedoelde beroepsziekte. Dit orgaan kan zich richten tot elk orgaan dat voorheen bevoegd was, om de inlichtingen die het noodzakelijk acht te verkrijgen.

HOOFDSTUK 2. - Ouderdom, overlijden en invaliditeit Artikel 9 Onderzoek van de aanvragen om prestaties 1. De aanvrager dient zijn aanvraag om prestaties krachtens de wetgeving van de andere overeenkomstsluitende Staat in bij het bevoegd orgaan van de Staat van de woonplaats of rechtstreeks bij het bevoegd orgaan van de andere overeenkomstsluitende Staat. Een aanvraag die wordt ingediend bij het bevoegd orgaan van de Staat van de woonplaats moet worden gedaan met inachtneming van de procedure waarin de wetgeving van de Staat van de woonplaats voorziet.

Indien de aanvraag rechtstreeks bij het bevoegd orgaan van de andere overeenkomstsluitende Staat wordt ingediend, moet dit gebeuren met inachtneming van de procedure waarin de wetgeving van deze Staat voorziet. 2. Het verbindingsorgaan dat een dergelijke aanvraag ontvangt, bezorgt deze onverwijld aan het verbindingsorgaan van de andere overeenkomstsluitende Staat, door de daartoe voorziene formulieren te gebruiken.3. Bij deze verzending laat het verbindingsorgaan van de Staat van de woonplaats het verbindingsorgaan van de andere overeenkomstsluitende Staat weten of het al dan niet akkoord gaat met de rechtstreekse uitbetaling van de achterstallen ten gunste van de aanvrager.4. De aanvrager bezorgt alle beschikbare documenten die nodig zouden kunnen zijn opdat het bevoegd orgaan van de andere overeenkomstsluitende Staat het recht van de aanvrager op de bedoelde prestatie zou kunnen vaststellen.5. De gegevens betreffende de burgerlijke stand die het aanvraagformulier bevat, worden voor echt verklaard door het verbindingsorgaan, dat bevestigt dat oorspronkelijke documenten deze gegevens staven. Artikel 10 Mededeling van de verzekeringstijdvakken 1. Het verbindingsorgaan bezorgt aan het verbindingsorgaan van de andere overeenkomstsluitende Staat een formulier waarop de verzekeringstijdvakken vervuld krachtens de wetgeving van de eerste Staat vermeld zijn.2. Na ontvangst van het formulier voegt het verbindingsorgaan van de andere Staat de inlichtingen betreffende de verzekeringstijdvakken vervuld krachtens de wetgeving die het toepast eraan toe en zendt het dit formulier onverwijld terug naar het verbindingsorgaan van de eerste Staat. Artikel 11 Mededeling van de beslissing 1. Elk van de bevoegde organen stelt de rechten van de aanvrager en, in voorkomend geval, van zijn echtgenoot vast, bezorgt het verbindingsorgaan zijn beslissing en stuurt een kopie van deze beslissing naar de aanvrager.Dit laatste orgaan bezorgt deze beslissing, die overigens de middelen en termijnen voor het instellen van een beroep voorzien in zijn wetgeving moet vermelden, aan het verbindingsorgaan van de Staat van de woonplaats waarbij de aanvraag werd ingediend. Dit orgaan deelt per aangetekend schrijven de beslissing mede aan de aanvrager. De termijnen inzake beroep beginnen te lopen vanaf de datum waarop de aanvrager deze aangetekende brief heeft ontvangen. 2. Dit orgaan bezorgt tegelijk de kennisgeving van de beslissing bedoeld in paragraaf 1 alsook zijn eigen beslissing aan het verbindingsorgaan van de andere overeenkomstsluitende Staat en deelt het, in voorkomend geval, het bedrag mede dat het ter compensatie moet terugvorderen op de achterstallen van de prestatie verschuldigd door de andere overeenkomstsluitende Staat. Artikel 12 Uitwisseling van informatie over de situatie van de verzekerden 1. Wanneer het verbindingsorgaan van de Staat van de woonplaats kennis heeft van het feit dat een gerechtigde op een invaliditeits-, rust- of overlevingsprestatie van de andere overeenkomstsluitende Staat, of eventueel zijn echtgenoot, niet alle beroepsactiviteiten heeft stopgezet of een dergelijke activiteit heeft hervat, stelt het verbindingsorgaan van bedoelde overeenkomstsluitende Staat onverwijld in kennis daarvan.2. Het verbindingsorgaan van de Staat van de woonplaats zal daarenboven alle beschikbare inlichtingen mededelen over de aard van het verrichte werk en over het bedrag van de winsten of inkomsten die de belanghebbende of zijn echtgenoot geniet of heeft genoten.3. Het verbindingsorgaan van de overeenkomstsluitende Staat waar een gerechtigde op een, rust-, overlevings- of invaliditeitsprestatie van de andere overeenkomstsluitende Staat woont, en in voorkomend geval zijn echtgenoot, brengt het verbindingsorgaan van deze laatste Staat op de hoogte van het overlijden van deze gerechtigde of zijn echtgenoot. Artikel 13 Storting van de prestaties 1. De bevoegde organen storten de prestaties aan de gerechtigden door rechtstreekse uitbetaling.2. In geval van toepassing van artikel 29 van de Overeenkomst worden de nabetalingen van achterstallen en de ingehouden bedragen overgemaakt aan het crediteurorgaan door toedoen van de verbindingsorganen. TITEL IV. - Diverse bepalingen Artikel 14 Statistische inlichtingen De verbindingsorganen wisselen jaarlijks statistische gegevens uit over het aantal in de andere overeenkomstsluitende Staat verrichte stortingen en de bedragen daarvan.

Artikel 15 Administratieve en medische controle 1. Het verbindingsorgaan van een overeenkomstsluitende Staat verstrekt, op verzoek, het verbindingsorgaan van de andere Staat alle medische informatie en documentatie over de ongeschiktheid van de aanvrager of de gerechtigde.2. Wanneer de gerechtigde op een prestatie verblijft of woont op het grondgebied van de andere Staat dan die waar het debiteurorgaan zich bevindt, geschiedt de administratieve en medische controle op verzoek van dit orgaan door het orgaan van de verblijf- of woonplaats van de gerechtigde volgens de modaliteiten voorzien bij de wetgeving die laatstgenoemd orgaan toepast.Het debiteurorgaan beschikt echter steeds over de mogelijkheid de gerechtigde te laten onderzoeken door een arts van zijn keuze. 3. De kosten voor medische controle worden terugbetaald aan het orgaan van de verblijf- of woonplaats door het bevoegd orgaan van de andere Staat.Deze kosten worden vastgesteld door het crediteurorgaan op basis van zijn tarief en worden door het debiteurorgaan terugbetaald na overlegging van een gedetailleerde staat van de verrichte uitgaven.

Deze kosten worden niet terugbetaald wanneer het gaat om expertises die werden uitgevoerd in het belang van de beide overeenkomstsluitende Staten.

Artikel 16 Getuigschriften, attesten, formulieren Het model van de getuigschriften, attesten of formulieren die voor de uitvoering van de Overeenkomst en van de Schikking nodig zijn, wordt in gemeen overleg vastgesteld door de verbindingsorganen van beide overeenkomstsluitende Staten en, wat het Belgisch verbindingsorgaan betreft, na goedkeuring door de Belgische bevoegde autoriteit.

Artikel 17 Inwerkingtreding Deze Schikking treedt in werking op dezelfde datum als de Overeenkomst en zal dezelfde duur hebben.

Gedaan te Brussel, op 20 mei 2015 in tweevoud, in de Nederlandse, Franse en Roemeense taal, alle teksten zijnde gelijkelijk rechtsgeldig.

Voor de Belgische bevoegde autoriteit : Hendrik Hermans Adviseur-Generaal Voor de Moldavische bevoegde : Laura Grecu, Vice-Minister

^