gepubliceerd op 01 november 2020
Ministeriele omzendbrief GPI 94bis betreffende de richtlijnen inzake de genomen maatregelen ter bestrijding van het virus COVID-19 en inzake de politionele monitoring
FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN
28 OKTOBER 2020. - Ministeriele omzendbrief GPI 94bis betreffende de richtlijnen inzake de genomen maatregelen ter bestrijding van het virus COVID-19 en inzake de politionele monitoring
Aan de Heer Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Aan de Dames en Heren Provinciegouverneurs, Aan Mevrouw de Hoge Ambtenaar belast met de uitoefening van bevoegdheden van de Brusselse Agglomeratie, Aan de Dames en Heren Voorzitters van de Politiecolleges, Aan de Dames en Heren Burgemeesters, Aan de Heer Commissaris-generaal van de Federale Politie, Aan de Dames en Heren Korpschefs van de Lokale Politie, Aan de Heer Voorzitter van de Vaste Commissie van de Lokale Politie, Ter informatie: Aan de Heer Minister van Justitie, Aan de Heren Procureurs-generaal, Aan de Heer Inspecteur-generaal van de Federale Politie en van de Lokale Politie, Aan Mevrouw de Voorzitster van het Comité P, Aan de Heer Directeur-generaal van het Nationaal Crisiscentrum, Aan de Heer Directeur-generaal van de Algemene Directie Veiligheid en Preventie, Mijnheer de Minister-President, Mevrouw, Mijnheer de Gouverneur, Mevrouw de Hoge Ambtenaar, Mevrouw, Mijnheer de Voorzitter, Mevrouw, Mijnheer de Burgemeester, Mijnheer de Commissaris-generaal van de Federale Politie, Dames en Heren Korpschefs van de Lokale Politie, Dames, Heren, De uitzonderlijke crisissituatie waarbij we gezamenlijk en vastberaden de strijd blijven aangaan tegen het virus COVID-19 (SARS-CoV-2), kent opnieuw een hoogtepunt en bevestigt de noodzaak tot voortzetting van de federale fase van het nationaal noodplan. Dit gaat nog steeds gepaard met het nemen van dwingende en dringende maatregelen die op nationaal niveau worden opgelegd en onder meer middels de opeenvolgende ministeriële besluiten worden geformaliseerd, zonder afbreuk te doen aan het belang van de diverse complementaire, versterkende of flankerende acties die op andere beleidsniveaus worden gevoerd.
De evolutie van de COVID-19 pandemie noodzaakt ons strenge en kordate acties te ondernemen. Het welslagen van deze federaal uitgevaardigde maatregelen en derhalve ook het overwinnen van deze pandemie, zijn evenwel zeer sterk afhankelijk van de volgehouden en verstrengde handhaving ervan door onder meer de beide componenten van de geïntegreerde politie. Het toekennen van het statuut van `essentiële sector' aan de politie, als "dienst die noodzakelijk is voor de bescherming van de vitale belangen van de Natie" is hier uiteraard niet vreemd aan. De politiediensten hebben zich sinds het begin van deze sanitaire crisis ook ononderbroken gekweten van deze taak en voor de komende periode dring ik bij de respectieve politieverantwoordelijken aan op een zeer zichtbare politionele aanwezigheid in het straatbeeld ter handhaving van de maatregelen ter bestrijding van het coronavirus.
De onafgebroken inzet en inspanningen van alle medewerkers binnen de geïntegreerde politie, bevestigen in ongeziene mate het belang van hun rol binnen onze samenleving en onderstreept ondubbelzinnig het essentiële karakter van de politie als onmisbare schakel in crisistijden. Ik maak hen bij deze dan ook deelgenoot van mijn waardering voor de onafgebroken inzet en inspanningen.
Het belang van coherentie en uniformiteit bij dit doortastend nationaal beleid om deze langdurige uitzonderingssituatie het hoofd te bieden, blijft evenwel onmiskenbaar gelden en vergt van onze uitvoerende departementen over het ganse grondgebied, niet enkel volharding, flexibiliteit en operationele wendbaarheid, maar eveneens het vermogen om zich onderling te aligneren binnen een groter handhavingsgeheel, wat zodoende de gezamenlijke inspanningen in de komende periodes nog resultaatgerichter en doeltreffender moet maken.
De strikte toepassing en handhaving van de uitgevaardigde federale regels blijven ook de komende tijd ontegensprekelijk van cruciaal belang. Ik ben er mij terdege van bewust dat snel wijzigende regelgevende teksten, ofschoon die steeds trachten in te spelen of te anticiperen op de eveneens snel wijzigende evolutie van de huidige COVID-pandemie, een bron van vragen of twijfels kunnen vormen waarop we als overheid onverwijld antwoorden moeten bieden zodat geen ruimte kan ontstaan voor eigen interpretaties of invulling.
In dit raam heeft de eertijds opgerichte politionele "Task Force GPI COVID-19" de voorbije maanden haar meerwaarde al aangetoond en heeft zij telkenmale heldere richtlijnen met dwingend karakter voor het politielandschap uitgevaardigd en waar nodig bijgestuurd, dit op zowel operationeel als ondersteunend vlak (HRM, logistiek, communicatie,...). Deze Task Force GPI zal derhalve blijven instaan voor een eenduidig beleid en behoudt het mandaat om de eenvormige toepassing van de regelgevende en reglementaire teksten binnen de gehele geïntegreerde politie te garanderen. Graag breng ik ook in herinnering dat de Task Force GPI is vertegenwoordigd in het federaal coördinatiecomité (COFECO), dat ingevolge de afkondiging van de federale fase van het nationaal noodplan werd opgericht en namens de Minister van Binnenlandse Zaken door de Directeur-generaal van het nationaal crisiscentrum wordt voorgezeten.
De recent aangekondigde verhoging en verstrenging van de politionele handhavingsinitiatieven zijn aldus te beschouwen als conditio sine qua non om het tij te doen keren en we dienen er dan ook over te waken dat deze handhavingscapaciteit geenszins in het gedrang komt.
Politiemensen maken evenwel deel uit van het maatschappelijk weefsel, komen beroepshalve frequent in fysiek contact met de bevolking en zijn dus ook vatbaar voor besmetting of dienen in thuisisolatie te verblijven, ondanks de gezondheidsrichtlijnen en -maatregelen die ook intern de geïntegreerde politie werden uitgevaardigd.
In het verlengde hiervan en om zeer snel te kunnen (re)ageren met het oog op het vrijwaren van de continuïteit van de politiewerking en haar dienstverlening, is het evenwel van primordiaal belang dat we als overheid in real time kunnen beschikken over betrouwbare gegevens inzake de beschikbare handhavingscapaciteit, de evolutie van de afwezigheden alsook van de terreininteracties ingevolge het verstrengde en geïntensifieerde handhavingsbeleid (bv. melding van incidenten).
Daarom wens ik er in het bijzonder op aan te dringen dat volgende infoflux-maatregelen onverkort en zeer stringent worden uitgevoerd: - alle afwezigheden van de personeelsleden die gerelateerd zijn aan COVID-19 worden onmiddellijk en conform de reeds verspreide interne GPI-procedure gemeld aan het hiertoe opgerichte contactcenter COVID-19; - alle directies en diensten van de GPI verwittigen onmiddellijk het secretariaat van de Task Force GPI wanneer zij hun Business Continuity Plan zullen activeren; - alle incidenten gerelateerd aan het beheer van de COVID-19 crisis en de dringende noodmaatregelen die genomen worden dienen onmiddellijk, overeenkomstig de vigerende GPI-procedures gemeld te worden aan de directie van de operaties van de bestuurlijke politie (DGA/DAO); - de federale steun wordt, conform de bestaande GPI-procedures, aangevraagd via de betrokken directeur-coördinator en toegekend na afstemming met DGA/DAO. Verder dring ik er op aan dat de verspreide schriftelijke informatie steeds aandachtig wordt gelezen en nauwgezet wordt toegepast. Deze informatie is beschikbaar voor alle personeelsleden via het "COVID-19 - infoportaal" op WiKiPol - GPI. Voor zover die nota's, richtlijnen, FAQ, etc. ontoereikend zouden zijn, kunnen de personeelsleden van de geïntegreerde politie terecht bij het "Contact Center COVID-19", dit op de volgende manieren: Per mail: federal.contactcenter@police.belgium.eu Per telefoon: - Van maandag tot vrijdag, telkens van 8.30u tot 17.00u: - NL: 02 642 66 76 - FR: 02 642 66 75 - 's Avonds en tijdens het weekend wordt de permanentie verzekerd door DGA/DAO op het tel.nr. 02/642 63 81, maar enkel voor het melden van verdachte of bevestigde gevallen van COVID-19 (en dus niet voor statutaire vragen).
Middels deze omzendbrief wordt beoogd bij te dragen tot het voortzetten van het éénvormig beleid binnen de geïntegreerde politie bij de aanpak van de heropflakkering in de epidemie van het virus SARS-CoV-2, tot het versterkt handhaven van de maatregelen ter bestrijding van deze evolutie en tot het nauwgezet monitoren van het politiebestel en van de handhavingsgerelateerde incidenten, opdat de slagkracht van de politie als essentiële schakel, kan verzekerd blijven.
Deze omzendbrief vervangt de omzendbrief GPI94 van 30 maart 2020.
De Minister van Binnenlandse Zaken, A. VERLINDEN