MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN

13 NOVEMBER 2001. - Omzendbrief PLP 15 inzake de vertegenwoordiging van de Nederlandse taalgroep in de politieraden van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad

Aan Mevrouw de Gouverneur van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, Aan de Dames en Heren Burgemeesters van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, Aan de Dames en Heren Voorzitters van de Politiecolleges van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, Ter informatie : Aan de Heer Commissaris-Generaal van de Federale Politie Aan de Heer Vaste Voorzitter van de Vaste Commissie van de Lokale Politie Mevrouw de Gouverneur, Mevrouw, Mijnheer de Burgemeester, Mevrouw, Mijnheer de Voorzitter van het Politiecollege, De Wet van 13 juli 2001 houdende diverse institutionele hervormingen betreffende de lokale instellingen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (Belgisch Staatsblad, 31 augustus 2001) voegt een artikel 22bis toe aan de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus (WGP). Dit artikel legt de verplichting op om in een gewaarborgde vertegenwoordiging van de Nederlandse taalgroep in de politieraden van de politiezones van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad te voorzien.

De politieraden van die zones moeten ten minste het volgend aantal leden van de Nederlandse taalgroep omvatten (cfr. artikel 22bis § 1 WGP) : -twee voor de zone van Ukkel, Oudergem en Watermaal-Bosvoorde; - vier voor de zone Anderlecht, Vorst en Sint-Gillis; - drie voor de zones van Sint-Jans-Molenbeek, Sint-Agatha-Berchem, Ganshoren, Jette en Koekelberg; - vier voor de zone van Brussel en Elsene; - vier voor de zone van Schaarbeek, Sint-Joost-ten-Node en Evere; - twee voor de zone van Etterbeek, Sint-Lambrechts-Woluwe en Sint-Pieters-Woluwe.

De wet vereist niet dat er nieuwe verkiezingen worden georganiseerd voor die politieraden waar voornoemd aantal leden van de Nederlandse taalgroep nog niet bereikt werd. Het volstaat voor de politieraden dat zij de vereiste bijkomende leden onder de gemeenteraadsleden of de opvolgers die tot de Nederlandse taalgroep van de gemeenteraden van de betrokken zone behoren, coöpteren. Deze leden worden gecoöpteerd bij volstrekte meerderheid van de leden van de politieraad door middel van evenveel geheime en afzonderlijke stemmingen als er leden te coöpteren zijn (cfr. artikel 22bis § 2 WGP). Ik heb vernomen dat bepaalde politiezones zich de vraag stelden of enkel diegenen die reeds voor de laatste gemeenteraadsverkiezingen hun taalaanhorigheid hebben laten vaststellen, in aanmerking komen om gecoöpteerd te worden in de politieraden. Ik wijs er hier echter op dat § 3 van artikel 22bis uitdrukkelijk vermeldt dat met het oog op de coöptatie de verklaring van taalaanhorigheid kan worden afgelegd tot de indiening van de akte van de voordracht van de kandidaten voor de verkiezing van de van de gemeenteraad volgend op die van 8 oktober 2000, namelijk de gemeenteraadsverkiezingen van 2006. Met andere woorden, de keuze van de te coöpteren kandidaten mag niet beperkt zijn tot diegenen die voordien reeds hun taalaanhorigheid lieten vaststellen.

Ik nodig de politiecolleges van de zones uit om, ingeval een coöptatie zich opdringt, met dit gegeven rekening te houden bij de organisatie van de coöptatieprocedure. Daartoe lijkt het mij aangewezen dat elke burgemeester van de betrokken zone de gemeenteraadsleden van zijn gemeente en hun opvolgers de gelegenheid biedt om hun kandidatuur te stellen en hen wijst op de mogelijkheid tot het desgevallend alsnog afleggen van een verklaring van de Nederlandse taalaanhorigheid overeenkomstig het bepaalde in artikel 22bis, § 3 in fine, zoals hiervoor vermeld.

Mag ik u er op wijzen dat binnen de twee maanden na de inwerkingtreding van de wet van 13 juli 2001 de politieraden moeten worden samengesteld overeenkomstig bovenvermelde principes zoals bepaald in artikel 22bis van de WGP. Dit betekent dat aan artikel 22bis WGP moet voldaan zijn binnen twee maanden na 10 september 2001.

Zolang aan deze voorwaarde niet voldaan is, zijn de besluiten van de politieraad bij betwisting vatbaar voor vernietiging door de Raad van State.

Ik kan u meedelen dat ik deze brief rechtstreeks heb verstuurd naar de burgemeesters van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad.

De Minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE