MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST

12 MAART 2004. - Ministeriële omzendbrief tot bepaling van de tijdelijke modaliteiten voor het verstrekken van de gegevens bedoeld in artikel 85, § 1, van het Waalse Wetboek van ruimtelijke ordening, stedenbouw en patrimonium

Krachtens artikel 150, eerste lid, 5°, van het Waalse wetboek van ruimtelijke ordening, stedenbouw en patrimonium, ingevoegd bij het decreet van 18 juli 2002, is de Waalse Regering bevoegd om de voorwaarden te bepalen waaronder degenen die verplicht zijn tot het verstrekken van de informatie bedoeld in artikel 85, § 1, van genoemd Wetboek, die gegevens bij de betrokken besturen kunnen verkrijgen.

Bij besluit van 17 juli 2003, dat in werking getreden is op 7 oktober 2003, heeft de Regering de procedure bepaald voor het verstrekken van die gegevens en de inhoud van de aanvraag om notariële informatie en de lijst van de te verstrekken gegevens vastgelegd.

Als bij de aanvraag te voegen stukken vereist het bij bovenbedoeld besluit van 17 juli 2003 gevoegde formulier III A (bijlage 49 - aanvraag om notariële informatie) een uittreksel uit een recent kadastraal plan op schalen die variëren naar gelang van de ligging van het goed (al dan niet in een stad of een agglomeratie gelegen).

Nu blijkt dat de leden van de Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat ingevolge de inwerkingtreding van die nieuwe bepalingen problemen ondervinden om informatie binnen redelijke termijnen te verkrijgen.

Het voornaamste probleem dat de notarissen tegenkomen is immers de lengte van de gecumuleerde termijn voor de afgifte van het kadastrale uittreksel dat te voegen is bij de aanvraag om notariële informatie en om verstrekking ervan.

Die gecumuleerde termijn is vaak onverenigbaar met de kredietoffertes daar de Belgische Vereniging van Banken een maximumtermijn van twee maanden aanvaardt.

De Administratie van het Kadaster, de Registratie en Domeinen geeft toe dat er moeilijkheden bestaan. Die zijn voornamelijk te wijten aan een aanzienlijke verhoging over minder dan een jaar van de aanvragen om kadastrale uittreksels en, meer bepaald, om uittreksels uit perceelplannen (stralen van 50 tot 500 meter).

Ze deelt mee dat bedoeld probleem evenwel op middellange termijn opgelost zou moeten worden na opstelling van een vectorkadaster tegen eind 2004. De tenuitvoerlegging van een digitaal kadastraal perceelplan zal immers de mogelijkheid bieden om binnen vijftien dagen in te spelen op uittrekselsaanvragen.

Anderzijds verzet de Administratie van het Kadaster, de Registratie en Domeinen zich niet tegen het feit dat gescande kadastrale kaarten en het geïnformatiseerde lokalisatieplan (PLI) ter inzage van de notarissen gelegd worden op de beveiligde Intranetsite van de Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat, mits een aanhangsel bij het protocol van terinzagelegging van het 'PLI'.

Ik wijs erop dat ik toestemming gegeven heb opdat de gescande kadastrale kaarten ter inzage zouden worden gelegd van de Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat op voorwaarde natuurlijk dat bedoeld aanhangsel getekend wordt door de Minister van Financiën, de heer Didier Reynders, mijn collega de heer Michel Daerden en mezelf.

In afwachting verzoek ik de gemeentelijke mandatarissen erom hun administratie bevel te geven tot mededeling aan de notarissen van de gegevens bedoeld in artikel 445/1 van het Waalse wetboek van ruimtelijke ordening, stedenbouw en patrimonium, ingevoegd bij het besluit van 17 juli 2003 tot bepaling van de wijze waarop de inlichtingen bedoeld in artikel 150, eerste lid, 5°, van het Wetboek verstrekt worden zonder dat het vereiste uittreksel uit een recent kadastraal plan bij de aanvraag gevoegd wordt.

Ik zal niet nalaten de gemeentebesturen te informeren zodra de kadastrale kaarten ter inzage zullen liggen op de beveiligde Intranetsite van de Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat.

Namen, 12 maart 2004.

De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, M. FORET